Rekenhof bekritiseert verkoop overheidsgebouwen

De regeringen-Verhofstadt zijn bij de verkoop van overheidsgebouwen vanuit een begrotingsobsessie vaak te overhaast tewerk gegaan en blonken niet uit als vastgoedpromotor. Dat concludeert Le Soir op basis van een omstandig rapport van het Rekenhof. Tot 2004 bedroegen de totale opbrengsten van 37 overheidsgebouwen 940.718.509 euro. Het Rekenhof stelt dat de keuze voor sale en leaseback operaties (eerst verkopen en daarna huren) louter was ingegeven door het bereiken van een begrotingsevenwicht op korte termijn. De selectie van gebouwen was niet gebaseerd op duidelijke criteria. In geen enkele nota is sprake van de kosten die met de verkoop gepaard gingen, noch over de impact van huurgelden voor de gebouwen waar de verhuizende ambtenaren werden ondergebracht.

Het Rekenhof geeft het voorbeeld van het Rijksadministratief Centrum. "De verkoopprijs bedroeg 27,1 miljoen euro, terwijl een schatting van de waarde was uitgekomen op 70 miljoen euro." De verkoop van de Financietoren (276 miljoen euro) gebeurde zonder gedetailleerde schatting van het gebouw, aldus het Rekenhof.