In juli trekt de bouwsector traditiegetrouw collectief op vakantie. De vakantieperiodes kunnen licht verschillen naargelang de regio. De meesten volgen de voorgestelde collectieve vakantieregeling van hun regio. Toch zegt 12,5 procent van de bevraagde bouwbedrijven dat ze dit jaar zullen afwijken van de periode van het collectief bouwverlof.
“In normale jaren wijkt ongeveer 5 procent van de bouwbedrijven af”, zegt Jean-Pierre Waeytens. “In 2020 gaf maar liefst 16 procent aan zich niet te houden aan de collectieve vakantieregeling, vooral door de grote vertragingen ten gevolge van de coronamaatregelen. Dit jaar zegt 12 procent van de bevraagden dat ze zullen afwijken. Dat is nog steeds bovengemiddeld veel. De wijzigingen gaan van een uitstel van enkele dagen, tot het volledig verplaatsten naar de maand augustus.”
De voornaamste reden die wordt gegeven is opnieuw het inhalen van werk door de coronamaatregelen, de stijgende drukte sinds het voorjaar en de materialenschaarste die weegt op de uitvoeringstermijnen. Bij de zeer kleine werkgevers kan ook de vaccinatiecampagne een rol spelen.
“Dit is het tweede jaar op rij dat we merken dat er meer bouwbedrijven zijn die de voorgestelde collectieve sluitingsperiodes niet volgen. Dergelijke afwijkingen worden steeds samen met het personeel overeen gekomen. Het bouwverlof is geen wettelijk verplicht te volgen periode. Veranderingen gebeuren steeds in overleg met de werknemers, en natuurlijk heeft iedereen recht op zijn wettelijke vakantie”, aldus Jean-Pierre Waeytens.
Studenten gezocht
De vraag naar studenten in de bouwsector blijft groot, zo blijkt uit de bevraging. De helft van de bevraagde bouwbedrijven met personeel doet tijdens de zomermaanden beroep op jobstudenten. 15 procent is nog steeds op zoek naar gemotiveerde jongeren die de handen uit de mouwen willen steken.De studenten komen uit diverse studierichtingen, maar het merendeel heeft een technische achtergrond. 83 procent van de bevraagde bedrijven heeft studenten uit een technische opleiding in dienst, 19 procent werkt met studenten uit een algemene secundaire richting en bij 32 procent werken hogeschool- of universiteitsstudenten. 80 procent schakelt de studenten in voor het verrichten van handenarbeid op de werf, 33 procent voor arbeid in het atelier en bij 24 procent gaat het om administratief werk.
“We doen een warme oproep naar de jongeren op om te kiezen voor een studentenjob in de bouw”, zegt Jean-Pierre Waeytens. “Het is een uitgelezen kans om de bouwsector te leren kennen. We hebben een divers aanbod aan jobs waarvoor zeker niet altijd een technische opleiding vereist is.”
Bouwunie pleit voor meer soepelheid om ook op zaterdag gebruik te kunnen maken van jobstudenten. Wie nu als student op zaterdag in de bouwsector aan de slag wil, moet verplicht een technische of beroepsopleiding volgen terwijl dat voor studentenwerk tijdens de vakantieperiode niet hoeft. Dat is een grote drempel, want studenten uit andere richtingen kunnen tijdens het jaar op die manier niet terecht in de bouw terwijl dat in de vakantieperiode wel kan.
