Nieuwbouw

Zware magneet op zijn plek gehesen

Vier ton weegt de grootste magneet van het toonaangevende NMR-lab van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Gisteren werd hij verhuisd en tot op de millimeter nauwkeurig op zijn nieuwe plek gezet door de hijsspecialisten van Convoi.

De poten waarop de grote magneet in Nijmegen werd geplaatst, bleken toen puntje bij paaltje kwam toch niet precies te passen. Er moest dus op het laatste moment nog wat worden geboord en dat viel niet mee met de keiharde wapening in de betonnen vloer.

Die wapening is uitgevoerd in roestvast staal omdat dat niet magnetisch is en de metingen in het nieuwe laboratorium niet verstoort. Omdat de boor wegliep op de harde staven, moesten ook de voetjes van de magneet worden aangepast. Maar meer dan een half uur vertraging leverde dat niet op.
De grote magneet, de ‘800’ voor insiders, vindt samen met een handvol kleinere magneten een plekje in een ondergrondse bunker die nieuw wordt neergezet op het terrein van bèta-faculteit van de Katholieke Universiteit Nijmegen. In de bunker onderzoekt de universiteit materialen en moleculen met behulp van kernspinresonantie. De magneten gedijen het best in een omgeving die is afgeschermd van elektromagnetische straling en klimaat- en temperatuurschommelingen.
Boven de grond verraadt het gebouw zijn aanwezigheid door het paviljoen dat door architect Jan Decker is vormgegeven als een lotusbloem met een dak. De bloem komt uiteindelijk ogenschijnlijk te drijven in een vijver, die hoofdaannemer BAM tegen 2007 aanlegt, als sluitstuk van de ingrijpende nieuwbouwoperatie. Dat is volgens Decker niet alleen fraai, maar houdt ook effectief mensen en stalen voorwerpen of voertuigen op een afstand van de magneten die gevoelig zijn voor de kleinste verstoring in de directe omgeving.
Het vijverwater wordt bovendien gebruikt voor warmteopslag van een aanpalend laboratorium. Bij calamiteiten beschikt de brandweer bovendien over een flinke waterbron om branden te blussen.