Nieuwbouw

Woning van hybride houtbouwsysteem

Bij de eerste woon/werkunit op het EcoPark Emmeloord is een volledig houten hoofddraagconstructie toegepast. Het ‘hybride’ industrieel, flexibel en demontabele (IFD) bouwsysteem is behalve voor toepassing in de kantorenmarkt en woningbouw een aantrekkelijk alternatief voor tijdelijke huisvesting.

De nieuwkomer staat Op het in aanbouw zijnde ecologische bedrijvenpark in Emmeloord nabij de A6, onderdeel van bedrijventerrein De Munt 2, is voor het eerst een ‘hybride’ industrieel, flexibel en demontabele (IFD) bouwsysteem toegepast.

De eerste ideeën voor het duurzame woon/werkpark dat zich kenmerkt door een integrale benadering, dateren al vanaf 1996. Niettemin is bedrijfsleider ing. P.D. Oostra van Geurzen Bouw “dolgelukkig” met de oplevering van de eerste woon/werkunit volgens een bouwsysteem dat volledig industrieel, flexibel en demontabel is. Het betreft een van de IFD-demonstratieprojecten van de Sev. “Meer dan 50 procent van het hele gebouw is uiteindelijk her te gebruiken.”
Architect Renz Pijnenborgh van ArchiService spreekt van “een hybride houtbouwsysteem”. Pijnenborgh: “Het is een houten draagconstructie, ingevuld met niet dragende houtskeletbouw-elementen. In feite is het een modulesysteem waarmee je ruimten maakt. Door de vrije indeelbaarheid kun je opdrachtgevers redelijk maatwerk leveren. De geprefabriceerde dak- en gevelelementen zijn ook nog onderling uitwisselbaar.”
Het project van ontwikkelaar BGM werd in 2001 onderscheiden met de Houtinnovatieprijs van Centrum Hout. De geschroefde hoofddraagconstructie is volledig opgebouwd uit gelamineerde vuren kolommen en liggers met een stramienmaat van 4,5 meter; de overspanning kan steeds in één richting worden verdubbeld. Hiervoor worden kolommen van 25 bij 25 centimeter toegepast waarop T-stalen worden geschroefd. Deze worden ingelaten in de 11,5 centimeter dikke liggers en met stiften vastgezet. Alle wand-, vloer- en dakelementen zijn van houtskelet.
De standaard verdiepingshoogte is 3,20 meter inclusief vloerplaat. Voor de nieuwbouw van twee bouwlagen is hier één doorgaande kolom van 6,40 meter toegepast. Opdrachtgever Veldhuis Elektrotechniek heeft de balken in het zicht gelaten wat het ruimtelijk effect verhoogt. Kabels en leidingen zijn in de vloerelementen verwerkt. In de zwevende dekvloer op de verdieping is een droog vloerverwarmingssysteem van WTH opgenomen.
De eerste woon/werkunit is overigens slechts gedeeltelijk IFD. Oostra: “Om prijstechnische redenen is bij de bedrijfshal gekozen voor een stalen constructie. De houten vloer is het enige IFD-principe dat hier is toegepast.” Maar een stalen constructie voor de woning (9 x 9 meter) is zeker niet goedkoper, stelt hij. “Hout heeft een groter isolerend vermogen. Aan de spouwzijde van het skelet is Pavatex Isolair toegepast om de voorgeschreven isolatiewaarde te halen.”
Een van de grote voordelen van deze ‘droge’ bouwmethode is volgens Oostra de snelle bouwtijd. “We bouwen in 30 werkbare dagen een hele woning gerekend vanaf begane grond vloer. Het inhijsen van een element vergt gemiddeld zo’n 20 minuten. Opdrachtgevers moeten wel duidelijk van te voren weten wat ze willen. Een goede voorbereiding in het voortraject is essentieel.”
Een tegenvaller noemt Oostra het relatief vele handwerk. “Vooral het betimmeren van de liggers en de kolommen ter plaatse van de buitengevels en het monteren van de boeien. De buitengevelelementen van het woonhuis zijn namelijk voorzien van rabatdelen en het vergt nogal wat inspanning om de elementen van verdieping en begane grond goed op elkaar aan te sluiten.”
Ook de maatvoering is een leermoment. “Zowel de draagconstructie als de elementen hebben elk een bepaalde maattolerantie. Dat gaf een zeker spanningsveld. Beide moeten uiteindelijk exact op elkaar worden afgestemd.” De aannemer werkte daarbij nauw samen met Ingenieursbureau Boorsma uit Drachten.

Grondverbetering
De hele fundering is niet demontabel. Hoewel in de polder vrijwel altijd geheid moet worden, kon hier met schuimbeton worden volstaan, daar het gewicht van de totale opbouw slechts circa 25 procent bedraagt ten opzichte van traditionele bouwmethoden. Naar aanleiding van aanvullende eisen van de opdrachtgever is echter gekozen voor grondverbetering. Vanaf de ‘vaste’ laag, die hier op circa 2 meter onder maaiveld ligt, is begonnen met grondverbetering. Hierop werd een vlakke betonvloer met vorstrand gestort.
Het hybride houtbouwsysteem leent zich bij uitstek voor hallen, bedrijfsruimten en woningen of een combinatie daarvan, meent de architect. Ook voor tijdelijke huisvesting blijkt het een goed alternatief. “We hebben voor een project in Amsterdam uitgerekend dat we met dit systeem tot vijf bouwlagen hoog kunnen bouwen. De gevelelementen zorgen uiteindelijk voor de stijfheid. Daardoor is het prijstechnisch gezien concurrerend met containerbouw.”
De los in te schuiven gevelelementen (3,20 bij 4,50 meter) alsmede de daken en vloeren zijn vervaardigd door Kingma Bouw uit Lelystad. De nieuwbouw is gerealiseerd op het eerste duurzame woon/werkpark van Nederland, op een driehoekige perceel van 12 hectare dat plaats biedt aan 35 kavels (vanaf 1250 vierkante meter). Tweederde ervan is bestemd voor gecombineerd wonen/werken. Gegadigden zijn daarbij volledig vrij in de keuze voor aannemer/architect. Ontwikkelaar BGM stimuleert zelf financieel de toepassing van energiezuinige installaties als waterpompen en zonnecollectoren.
Het park kenmerkt zich door veel groen, water en is ruim van opzet. Zo is er een gesloten waterkringloopsysteem en zal uiteindelijk 50 procent minder water door het riool worden afgevoerd. Ondanks dat het hele procedurele traject voor veel vertraging heeft gezorgd, is Ronald Vissers van BGM hoopvol gestemd. “Er is vooral veel belangstelling vanuit het mkb.” Tot nu toe zijn twee kavels verkocht.