Vastgoed

Wat is een openbare verkoop en hoe werkt het?

Bij een openbare verkoop wordt een bouwgrond of woning toegewezen aan de meestbiedende. Men spreekt van een openbare verkoop, omdat de verkoop bekend gemaakt wordt via advertenties in de plaatselijke of nationale media of via aanplakbiljetten. Iedereen die geïnteresseerd is, kan in principe naar de zitdag komen en deelnemen aan de openbare verkoop.
Wanneer de eigenaar er zelf voor kiest om zijn woning of grond openbaar te verkopen, spreekt men van een vrijwillige openbare verkoop. De eigenaar hoopt op veel belangstelling, zodat er veel kandidaat kopers zijn die tegen elkaar opbieden.

Daarnaast bestaat er ook de gedwongen of gerechtelijke openbare verkoop. Dit komt bijvoorbeeld voor wanneer de rechtbank de opdracht geeft om een onroerend goed te verkopen met het oog op een uitvoerend beslag.

Een bod uitbrengen bij een openbare verkoop
Bij een openbare verkoop is elk uitgebracht bod bindend. Laat je dus niet zomaar meeslepen in een opbodspel, maar ga eerst langs bij de bank om je leencapaciteit te weten te komen. Zorg ervoor dat je voor het bieden een maximumbedrag in je hoofd hebt. Verzeker je ervan dat de woning of grond volledig aan je verwachtingen voldoet en breng meerdere bezoeken vooraleer je beslist om een bod uit te brengen.

Zitdagen of verkoopdagen
Volgens de nieuwe wet wordt er in principe slechts één zitdag of verkoopdag georganiseerd. De notaris kan zelf kiezen of er al dan geen instelprijs vastgelegd wordt om de prijsvorming meteen op een bepaald niveau te brengen. Deze instelprijs wordt meestal bepaald op basis van de geschatte voorwaarde van het pand, eventueel in overleg met een deskundige. Als er bij de openbare verkoop niemand bereid is om deze instelprijs te bieden, zal de notaris proberen om een lager bod uit te lokken. Het bieden begint dan opnieuw vanaf dit lager geboden bedrag. Indien er geen instelprijs bepaald werd, begint het bieden vanaf 0 euro.

Als een grond of woning op de eerste zitdag aan een koper wordt toegewezen, gebeurt dat onder de opschortende voorwaarde dat er geen hoger bod komt. Iedereen heeft namelijk het recht om een hoger bod uit te brengen 15 dagen na de eerste zitdag. Dit hoger bod dient wel aan bepaalde voorwaarden te voldoen: het moet minstens één tiende van de prijs bedragen, het mag niet lager zijn dan €250 en hoeft het niet hoger te zijn dan €6.200.

Komt er na de eerste zitdag geen hoger bod, wordt de woning of grond definitief toegewezen aan de hoogste bieder op de zitdag en komt er geen tweede zitdag. Komt er wel een hoger bod, dan volgt een tweede zitdag met als instelprijs het laatste bod van de vorige zitdag, vermeerder met het surplus van het hogere bod.