Nieuwbouw

Vijf prioriteiten voor de bouw in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

De Confederatie Bouw Brussel-Hoofdstad heeft haar eisenbundel overgemaakt aan de Brusselse politieke wereld. Bij de prioriteiten onder meer administratieve vereenvoudiging, opleiding en mobiliteit. De CBB-H wil constructief samenwerken met de overheid om deze doelstellingen waar te maken.

Minder administratieve lasten

De administratieve lasten zijn probleem nummer één voor de bouwbedrijven in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het grote aantal administratieve verplichtingen en hun complexiteit maken de aannemers het leven zuur. De kostprijs van bouwwerken is moeilijk te voorspellen door de talrijke discrepanties in de gemeentelijke en gewestelijke reglementeringen. Een voorbeeld zijn de taksen op het gebruik van de openbare weg. De administratie lijkt op een onverteerbare lasagna waar laag na laag bovenop wordt gelegd. De procedures moeten vereenvoudigd, gerationaliseerd en op elkaar afgestemd worden. De CBB-H vraagt de Brusselse bestuurders om de administratieve lasten voor aannemers met de helft te verminderen. Hoe? Bijvoorbeeld door de tijdrovende rondreis langs de gemeenteloketten overbodig te maken. Deze kunnen vervangen worden door elektronische applicaties waarmee een aannemer in één beweging alle formaliteiten kan vervullen, bijvoorbeeld voor de aangifte van een bouwplaats: milieuvergunning, het gebruik van de openbare weg, de ondergrondse leidingen enzovoort. Daarnaast stelt de CBB-H voor om OSIRIS uit te breiden, het recente platform voor de coördinatie van bouwplaatsen in het gewest.

Betere mobiliteit en parkeermogelijkheid

De CBB-H is voorstander van een duurzamere mobiliteit in Brussel. Maar recente beperkingen op het autoverkeer hebben zware gevolgen gehad voor de doorstroming en dus voor de toegankelijkheid van Brussel. Het mobiliteitsprobleem is één van de belangrijkste redenen waarom ondernemingen verhuizen naar de rand van het gewest. Voor bouwbedrijven is een voertuig een werkinstrument. Maar dat voertuig parkeren in Brussel wordt steeds moeilijker en duurder. In het Parkeerbeleidsplan staat dat er voor aannemers vrijstellingskaarten komen voor tijdelijke werven en interventies. De CBB-H eist dat dit zo snel mogelijk gebeurt, en wil na een jaar een evaluatie. En een bezoek aan één loket moet volstaan om deze kaarten aan te vragen.

Bruggen tussen ondernemingen en onderwijs

Bouwbedrijven hebben geschoold personeel nodig. Maar relatief weinig schoolverlaters gaan naar onze sector. Al te vaak komen jongeren niet door positieve en proactieve keuzes maar door het watervalsysteem in een bouwrichting terecht. Deze trend moet omgebogen worden. Dat vraagt de herwaardering van het bouwonderwijs. Het moet in het systeem de plaats krijgen die het verdient. De bouw wil bruggen slaan tussen het onderwijs, de opleiding van werkzoekenden en de realiteit op de werkvloer. Het didactische materiaal, inclusief de werktuigen, zou bij de tijd moeten zijn. Er zijn partnerships nodig tussen scholen en bouwbedrijven, zodat deze laatste rechtstreeks en op de werkvloer kunnen bijdragen aan de opleiding van hun toekomstige personeel.

Cityboom: tempo woningbouw verdubbelen

In 2020 zal het Hoofdstedelijk Gewest ongeveer 120.000 inwoners meer tellen dan nu. Maar ondanks het Gewestelijke Huisvestingsplan komen er niet genoeg woningen en sociale woningen bij. Om de bevolkingsgroei op te vangen moet het tempo van de woningbouw zo snel mogelijk verdubbeld worden. De CBB-H pleit voor het opzetten van een kader dat zowel de privé- als de overheidsinvesteringen in woningen stimuleert. De woonbonus, die door de zesde staatshervorming een gewestelijke bevoegdheid is geworden, moet behouden blijven. Hij is van fundamenteel belang voor de capaciteit van de gezinnen om hun woning te financieren. Ook PPS kunnen bijdragen aan de groei van de woningbouw.

Meer overheidsinvesteringen

In de Europese lidstaten gaat ieder jaar gemiddeld 3 % van het BBP naar overheids- investeringen. In België is dat amper 1,7 %. De volgende Brusselse regering moet een meerjarenplan voor investeringen opstellen, met als doel het peil op te trekken tot het Europese gemiddelde. De CBB-H vraagt ook dat de regering zo snel mogelijk werken op de sporen zet om nieuwe infrastructuur te bouwen en de oude te onderhouden, om crèches en rusthuizen bij te creëren, dienstengebouwen ... Ze moet een verbetering van de energie- prestaties van gebouwen blijven steunen en die steun zelfs opdrijven. Het premiebeleid voor energiebesparende ingrepen moet voortgezet worden, net zoals de Alliantie Werkgelegenheid-Leefmilieu die is gesloten met de bouwsector. Beiden hebben hun relevantie en hun effectiviteit intussen bewezen.

Ook interessant