Vastgoed

AFM: maak vastgoedwaarderingen beter vergelijkbaar

Vastgoedbeleggingsinstellingen verstrekken meer informatie over vastgoedwaarderingen, maar zijn onderling moeilijk vergelijkbaar. Die conclusie trekt de AFM op basis van thematische onderzoeken uitgevoerd naar de financiële verslaggeving over 2011. Financiële instellingen met vastgoedbeleggingen informeren de belegger aanzienlijk minder goed.

In vergelijking met 2010 verstrekken vastgoedbeleggingsinstellingen over 2011, in de toelichting op vastgoedwaarderingen, meer gegevens over de waarderingsmethodieken en de daaraan ten grondslag liggende veronderstellingen. De meest voorkomende veronderstellingen zijn de verwachte huurinkomsten, de disconteringsvoet en de leegstandsverwachting.

Ook nemen bijna alle vastgoedbeleggingsinstellingen gevoeligheidsanalyses op. Deze uitgebreidere toelichting (zowel kwalitatief als kwantitatief) heeft de relevantie, en dus de kwaliteit, van de financiële verslaggeving vergroot.

Definities van de veronderstellingen en de aggregatieniveaus waarop deze informatie wordt verstrekt verschillen echter onderling. Voor beleggers is het daardoor lastig om de informatie te vergelijken. En juist vergelijkbare informatie is van groot belang voor hun besluitvorming, zo zegt de AFM. Nadere afstemming binnen de sector vindt de AFM gewenst.

Verder valt de AFM op dat de marktwaarde van vastgoedbeleggingsinstellingen aanzienlijk lager is dan de boekwaarde. Dit wijst erop dat de belegger ook hier rekening houdt met toekomstige afwaarderingen van de vastgoedportefeuille.

In tegenstelling tot vastgoedbeleggingsinstellingen verstrekken financiële instellingen met materiële vastgoedbeleggingen aanzienlijk minder informatie. Ook laten financiële instellingen hun vastgoedportefeuilles aanmerkelijk minder vaak extern taxeren dan vastgoedbeleggingsinstellingen. Dit komt de geloofwaardigheid van de vastgestelde reële waarden van de vastgoedbeleggingen niet ten goede, zo vindt de AFM