Vastgoed

Jaarlijks minder extra ruimte nodig om te wonen

Door de overschakeling naar meer appartementen en een kleinere gemiddelde perceeloppervlakte is de extra ruimte die nodig is om onze stijgende bevolking op te vangen, sedert de jaren 80 en 90 sterk gedaald. Toen werd jaarlijks nog bijna 50 km² bijkomend in gebruik genomen om te wonen terwijl in 2010 nog maar 23 km² extra voor wonen werd bebouwd. De Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) gaat ervan uit dat deze trend zich in de toekomst zal verderzetten. Vlaanderen zal dus zeker niet volgebouwd zijn tegen 2050. Om de bevolking op te vangen volstaat de 16,5% van de Vlaamse oppervlakte die voor wonen is bestemd. Wel is het nodig hiervoor zowel de woon- als de woonuitbreidingsgebieden aan te snijden die beide vervat zitten in deze oppervlakte.

Meer flats en kleinere percelen

De Vlaamse bevolking groeit snel. Het antwoord van de sector op dit vlak is tweeërlei: enerzijds wordt een groter aandeel flats gebouwd - in 1996 bestond slechts 35% van de nieuwe woongelegenheden uit flats terwijl dit aandeel in 2013 58% bedroeg - en anderzijds worden huizen op een kleinere oppervlakte gebouwd. Op de huidige verkavelingsprojecten in Vlaanderen zijn de nieuwe huizen overwegend drie- en tweegevelwoningen. Tegelijk is de gemiddelde oppervlakte in deze verkavelingen gedaald tot ongeveer 3 are.

Verdichten en woonuitbreidingsgebieden aansnijden

Dat Vlaanderen volgebouwd lijkt, heeft te maken met de traditionele lintbebouwing. Maar het is niet realistisch tendensen op het vlak van ruimtebeslag uit het verleden zomaar verder te projecteren naar de toekomst. De Vlaamse bouwbedrijven maken nu veel efficiënter gebruik van de ruimte dan voorheen. Bovendien krijgen we juist bij de aanvang van deze eeuw te maken met een forse bevolkingsgroei. Het aanbod aan woningen moet dan ook worden verhoogd. Binnen de 16,5% van de Vlaamse oppervlakte die voor wonen is bestemd, is dat slechts mogelijk via een dubbele strategie: door verdichting van reeds bebouwde gebieden en tegelijk door het verstandig aansnijden van woonuitbreidingsgebieden, zoals trouwens het nieuwe Vlaamse regeerakkoord bepaalt.

Bijkomend ruimtegebruik neemt af

Door de overschakeling naar meer appartementen en een kleinere gemiddelde perceeloppervlakte is het bijkomend ruimtegebruik sedert de jaren 80 en 90 sterk gedaald. Toen werd jaarlijks nog bijna 50 km² bijkomend voor wonen in gebruik genomen. In 2010 is dit gedaald tot 23 km². De VCB verwacht dat deze trend zich om dezelfde redenen zal verderzetten. Figuur 1 (in bijlage) geeft weer hoe het bijkomend ruimtebeslag voor wonen sedert 1985 is gedaald en hoe het volgens de VCB in de toekomst verder zal dalen.

Respect voor bestemde woonruimte

Het resultaat van deze evolutie is dat we een antwoord kunnen geven op de vraag naar bijkomende woningen van de groeiende bevolking binnen de ruimte die nu voor wonen is bestemd. Gewestplannen reserveren momenteel 16,5% van de totale Vlaamse oppervlakte voor wonen. De sector zal zich immers blijven aanpassen aan de krimpende nog niet bebouwde ruimte binnen de gebieden die voor wonen zijn bestemd.

De VCB heeft berekend dat de vraag naar nieuwe woningen door de huidige en toekomstige bevolkingsgroei kan worden opgevangen binnen de beperkte ruimte die voor wonen is bestemd. Dat blijkt uit figuur 2 (in bijlage). Maar dan moeten wel al de voor wonen voorbehouden gebieden (zowel woon- als woonuitbreidingsgebieden) worden aangesneden. In 2050 blijft er dan nog een kleine reserve over. Die is noodzakelijk als buffer voor percelen die niet beschikbaar zijn op de markt, voor percelen waar de noodzakelijke verdichting niet gerealiseerd kan worden en als marge voor groei na 2050.

De woonbehoeften van de huidige en toekomstige Vlamingen zullen dus kunnen worden ingevuld zonder dat hiervoor landbouw-, natuur- of recreatiegebied moet worden opgeofferd. Berichten die spreken over een doemscenario van een volgebouwd Vlaanderen houden onvoldoende rekening met de huidige bouwtrends, de vertraging van het bodemgebruik voor wonen en de juridische voorraad die voor wonen is bestemd.

Ook interessant