Algemeen

Het S-peil maakt nieuwe woningen duurder, zeggen de aannemers

Het S-peil maakt nieuwe woningen duurder, zeggen de aannemers
Foto: Recticel Insulation
Het S-peil meet hoeveel energie er nodig is om de temperatuur in een woning aan te houden, en dus om te felle afkoeling of oververhitting tegen te gaan. Het is een vrij nieuwe, verplichte eis voor alles wat deel uitmaakt van de schil van de woning. Dat zijn de daken, muren, ramen, vloeren en alle toebehoren. De verplichting geldt voor alle nieuwe woningen en appartementen en voor ingrijpende renovatieprojecten met een bouwaanvraag of melding vanaf 1 januari 2018. Naast het S-peil moet een nieuwe woning ook aan het E-peil voldoen. Het E-peil meet de energiezuinigheid van een woning.

Hoe minder energie er nodig is voor verwarming en koeling, en hoe efficiënter de vorm van de woning, hoe lager het S-peil. Het is niet alleen van belang om goed te isoleren. Vooral de luchtdichtheid, de verhouding glas-vloeroppervlakte en de vormefficiëntie wegen heel erg door in de berekening van het S-peil. De vormefficiëntie hangt af van de soort woning. Of het een open, halfopen of gesloten bebouwing is. En ook de vorm van de woning is bepalend (hoeveel hoekjes en kantjes er zijn). De oriëntatie en de grootte van de beglaasde ramen en deuren hebben een grote impact. Passieve energiewinsten (warmte uit de zon) verlagen het S-peil. Maar … te veel beglaasde oppervlakte waardoor in de zomer warmte binnenkomt, verhoogt het S-peil dan weer. Daar moet zonwerende beglazing uitkomst bieden, of buitenzonnewering zoals screens, rolluiken, lamellen of dakoversteken en luifels. Als het S-peil niet behaald wordt, dan moet de bouwheer een boete betalen. Voor een vrijstaande woning van 620 m³ met een S-peil van 35 in plaats van 31 bedraagt de boete zo’n 2.100 euro. Maar ze kan oplopen tot meer dan 8.000 euro.

Wie een nieuwe woning wil bouwen, heeft minder vrijheid

De eerste woningbouwprojecten die met het nieuwe S-peil te maken hebben, zijn in uitvoering. Tijd om te evalueren. Een enquête van Bouwunie bij haar leden-woningbouwers wijst uit dat 6 op 10 van de respondenten al ervaring hebben opgedaan met het S-peil. 65% ondervindt daar geen problemen mee. 35% dus wel. Die problemen situeren zich vooral bij vrijstaande en halfopen woningen. Het gaat dan om moeilijkheden op het vlak van de vormefficiëntie (bij 75%), met de beglazing (62%), de isolatiegraad van wanden, daken en vloer (50%), en/of de kans op oververhitting (50%). De problemen met de beglazing hebben vooral te maken met de grootte van de glasoppervlakte. Een streng S-peil belemmert dus de architecturale vrijheid.

Het S-peil maakt het bouwen van een nieuwe woning duurder

Waar alle respondenten het over eens zijn, is dat het S-peil het bouwen van een woning duurder maakt. 75% zegt dat er een ingrijpende meerkost is. De bouwkost stijgt met minstens 5% om het S-peil te kunnen behalen. Volgens 1 op 4 stijgt de kost zelfs met meer dan 10%. Dit komt vooral door het moeten voorzien van afdoende zonnewering (vast en mobiel), door de duurdere beglazing en door de materiaalkeuze, voor bijvoorbeeld andere isolatie.

65% van de woningbouwers voorzien problemen mocht het S-peil in 2021 verstrengen (van S31 naar S28). Op technisch vlak, maar zeker ook naar betaalbaarheid toe.

Bouwunie vraagt grondige evaluatie en op elkaar afgestemde bouweisen

Bouwunie is alvast van mening dat een verdere verstrenging van het S-peil pas kan na een grondige evaluatie. Hierbij moet nagegaan worden of de extra regels wel haalbaar en vooral betaalbaar zijn. Weegt de winst voor de energiezuinigheid en de energie-efficiëntie van de woning nog op tegenover de extra bouwkost? Een evaluatie kan ook pas als er al voldoende nieuwbouwwoningen zijn waarvoor een EPB- aangifte is ingediend.

Als we betaalbaar willen blijven bouwen, is het volgens Bouwunie beter - en zelfs noodzakelijk - dat alle EPB-eisen beter op elkaar worden afgestemd. EPB staat voor EnergiePrestatie en Binnenklimaat. De EPB-eisen voor nieuwe woningen gaan over het E-peil, het S-peil, het aandeel hernieuwbare energie, de ventilatie en de oververhitting. Een voorbeeld van tegenstrijdigheid in de eisen betreft opengaande ramen. Om oververhitting te voorkomen moet een woning voldoende vensters hebben die open kunnen om voor passieve koeling te zorgen. Maar in de berekening van het S-peil wordt hiermee geen rekening gehouden. De rekenmethodiek voor het S-peil moet dus aangepast worden.

Tot slot merkt Bouwunie op dat een goede gebouwschil inderdaad belangrijk is. Maar een te streng S-peil maakt het bouwen nodeloos duurder. Een te groot deel van het beschikbare bouwbudget wordt dan opgesoupeerd aan de gebouwschil. Hierdoor verkleint het budget voor de noodzakelijke energiezuinige technieken en installaties op hernieuwbare energie. De keuze valt dan snel op basistechnieken in plaats van op de meest klimaatvriendelijke technieken. Ook dit moet volgens Bouwunie meegenomen worden in de evaluatie en in het overleg om tot een betere afstemming van alle bouweisen te komen.

Ook interessant


Build for Life