Serge Celis, CEO van Orbix: “In het kader van de strengere milieunormen, de stijgende CO2-emissierechten en het zerowastebeleid in de EU brengt Carbstone heel wat voordelen met zich mee. Niet alleen zet het procedé metaalslakken om in een product met meerwaarde, het geeft de CO2 die bedrijven uitstoten ook een waardevolle bestemming én zorgt voor een permanente opslag van een substantiële hoeveelheid CO2. Steeds meer bedrijven kloppen bij ons aan, precies omdat ze een structurele oplossing zoeken. Carbstone tekent voor revolutionaire oplossingen met een negatieve CO2-voetafdruk: bij de productie van materialen wordt er meer CO2 opgenomen dan uitgestoten. We zijn trots dat we vandaag, na jaren wetenschappelijk onderzoek met o.a. het VITO, onze technologie van de labofase naar de industriële fase kunnen brengen.”
R&D Manager Dirk Van Mechelen is binnen Orbix peetvader van de Carbstone-technologie: “In 2004 ontdekten we dat de fijnste restfracties van staalslakken verharden onder invloed van de beperkte concentratie CO2 in de atmosfeer. Dit proces is gebaseerd op de carbonatatie van bepaalde bestanddelen van de slakken. Dat leidde, na heel wat wetenschappelijk onderzoek, tot een gepatenteerde technologie waarbij dit natuurlijk proces versneld kan worden om van deze fijne restfractie hoogwaardige bouwmaterialen te maken. Zo win je drie keer: de restfractie van de staalindustrie krijgt een nuttige oplossing, je haalt CO2 uit de lucht én je vermijdt cement als vervuilende productie.”
Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir: “De bouwsector is verantwoordelijk voor 40% van de CO2-uitstoot. Het verwondert dus niet dat de Vlaamse overheid vooral in de richting van de bouwbedrijven kijkt bij het zoeken naar partners om onze uitstoot terug te dringen. We merken wel meer en meer dat de bouwsector zelf een deel van oplossing wilt worden. Zo tekenen grensverleggende bedrijven als Orbix en Masterbloc de krijtlijnen voor de toekomst uit. Via technologie en ontwikkeling wijzen ze ons de weg naar een klimaatvriendelijkere bouwsector en leefbaar Vlaanderen.”