Vastgoed

Woonakkoord zorgt voor onbetaalbare huurwoningen

Sociale huurwoningen dreigen door het woonakkoord onbetaalbaar te worden voor de mensen voor wie ze eigenlijk zijn bedoeld. Dat blijkt uit 'Marktconforme huren en woonuitgaven', een onderzoek dat onderzoeksinstituut OTB van de TU Delft, uitvoerde voor De Vernieuwde Stad.

Hoogleraar Peter Boelbouwer en Cor Lamain van het OTB hebben de effecten doorgerekend van de huurmaatregelen van het woonakkoord, het akkoord dat op 13 februari 2013 werd gesloten door de kabinetspartijen en D66, ChristenUnie en SGP. De studie voor De Vernieuwde Stad, een koepel van grote woningcorporaties die met grootstedelijke problematiek te maken hebben, berekent of sociale huurwoningen in de toekomst nog wel bereikbaar zijn voor huishoudens met een laag inkomen.

De onderzoekers gaan er daarbij van uit dat verhuurders de woning bij vertrek van de zittende huurder, optrekken naar (100 procent van) de maximale huurprijs op basis van het puntenstelsel. Dat is helaas geen onrealistisch scenario, gezien de druk op verhuurders om de verhuurdersheffing te kunnen voldoen. Verder zijn Nibud-normen gebruikt om vast te stellen welke huur huishoudens nog kunnen opbrengen, rekening houdend met de kosten voor primaire levensbehoeften.

Onthutsend
De berekeningen geven een onthutsend beeld. Voor een alleenstaande huurder met een minimuminkomen is nu zo'n 30 procent van de sociale huurwoningen in Nederland bereikbaar en betaalbaar. Maar als de huren in de toekomst worden opgeschroefd naar het maximumniveau, dan leidt dat er in alle regio's toe dat nog slechts een zeer klein deel van de sociale huurwoningen beschikbaar is voor alleenstaanden: nog geen 2 procent.