Verbouwen

(Ver)bouwers krijgen fiscale ondersteuning

Minister van Financiën Didier Reynders [foto] gaf woensdagmorgen tijdens Batibouw een overzicht van de fiscale nieuwigheden waarvan (ver)bouwlustigen kunnen genieten. Bouwunie, de bij Unizo aangesloten Unie van het KMO-bouwbedrijf, bevestigt dat de minister het afgelopen jaar opnieuw inspanningen heeft gedaan voor de bouw. Tegelijkertijd wijst Bouwunie erop dat het werk van de minister nog niet af is. Zo vraagt Bouwunie de minister snel duidelijkheid te scheppen over de voorwaarden waaraan het onderhoud van een stookketel moet voldoen om in aanmerking te komen voor de belastingvermindering. Om de hoge brandstofkosten wat te compenseren, vraagt Bouwunie dat diesel voor bouwcamionetten als professionele diesel wordt beschouwd en dus recht geeft op een terugbetaling van een gedeelte van de accijnzen. Tot slot wil Bouwunie een verlaagd BTW-tarief voor nieuwbouwwoningen en voor afbraakwerken, nu Europa hiertoe de mogelijkheid geeft.

Minister Reynders heeft het laatste jaar een aantal maatregelen genomen die de bouwsector ten goede komen. Bouwunie verwijst hierbij in het bijzonder naar de volgehouden inspanningen van minister Reynders om van Europa een verlenging van het verlaagde BTW-tarief (6% in plaats van 21%) te bekomen (tot 31 december 2010) voor renovatiewerken aan woningen van 5 jaar en ouder. Hij maakte hiertoe zelfs een Koninklijk Besluit op alvorens de Europese Commissie hierover een akkoord bereikte. Minister Reynders verruimde bovendien het toepassingsgebied van de belastingvermindering voor energiebesparende investeringen en trok het maximumbedrag daarvoor op tot het wettelijk toegelaten. Twee maatregelen waarvoor Bouwunie minister Reynders trouwens nomineerde voor de Glazen Baksteen 2005.

Toch wenst Bouwunie eraan te herinneren dat een aantal maatregelen nog niet helemaal rond zijn. De programmawet van 27 december 2005 bepaalt dat voortaan ook een belastingvermindering mogelijk is voor het onderhoud van een stookketel. Aan welke voorwaarden dit onderhoud of deze ketel moeten voldoen, is nog altijd niet gekend. Met alle gevolgen vandien. De onzekerheid veroorzaakt wrevel bij de installateurs die het onderhoud uitvoeren én bij hun particuliere klanten. Bouwunie vraagt minister van Financiën Reynders snel duidelijkheid te scheppen. Het is best mogelijk dat klanten die vandaag een onderhoud laten uitvoeren in de veronderstelling dat ze een deel van die kosten kunnen recupereren, toch niet voor de belastingvermindering in aanmerking komen omdat het om een ander soort stookketel gaat. De aannemer die het onderhoud doet, moet waarschijnlijk, zoals nu al het geval is voor de andere investeringen die recht geven op een belastingvermindering, welbepaalde vermeldingen op de factuur zetten. Deze vermeldingen hebben betrekking op het uitgevoerde onderhoudswerk en de ketel die het onderhoud kreeg. Een aannemer moet zijn factuur maken binnen een bepaalde termijn na de uitvoering van de werken. Dit betekent dat hij, eens de voorwaarden bekend, ofwel alle gemaakte facturen moet aanpassen ofwel voor elke uitgeschreven factuur een bijkomend stuk met de juiste vermeldingen moet maken. Een onverantwoorde en nodeloze verhoging van de administratieve rompslomp voor de aannemers. Zolang niet alle voorwaarden gekend zijn, moeten alle onderhoudswerken door een geregistreerde aannemer aan eender welke stookketel in aanmerking komen voor een belastingvermindering, aldus Bouwunie.

De diesel is het voorbije jaar flink duurder geworden. Dit heeft grotere gevolgen voor de bouwsector dan op het eerste zicht gedacht. Die diesel dient voor de vrachtwagens en camionetten om materialen en personeel naar de werf te vervoeren en voor het laten draaien van grotere machines zoals kranen en bulldozers, materieel zoals compressoren en stroomaggregaten en kleiner gereedschap zoals breekhamers en slijpschijven. Alles samen betekent de stijging van de brandstofprijzen voor deze bouwbedrijven een rechtstreekse meerkost van zo'n 2%. En deze meerkost kan zomaar niet worden gerecupereerd bij de opdrachtgevers. Sinds 2004 betaalt de federale overheid een deel van de accijnzen op zogenaamde professionele diesel terug. Dit geldt enkel voor voertuigen van meer dan 7,5 ton die dienen voor het vervoer van goederen over de weg. Bouwunie vraagt minister Reynders om het toepassingsgebied van deze maatregel te verruimen naar alle vervoersmiddelen die de bouwsector voor professioneel vervoer gebruikt (dus ook voor lichte vrachtwagens en voor minibusjes voor het collectief vervoer van arbeiders), zoals dit trouwens nu ook al geldt voor de taxi's.

Tot slot wijst Bouwunie op de mogelijkheid die Europa biedt op de toepassing door lidstaten van een verlaagd BTW-tarief voor nieuwe "sociale" woningen. Tijdens de de discussie met Polen van begin dit jaar heeft de Europese Commissie immers nog eens duidelijk gesteld dat de lidstaten een verlaagd BTW-tarief mogen toepassen op nieuwbouw, renovatie en transformatie van woningen in het kader van een "sociale politiek". Wat een sociale politiek precies inhoudt, heeft de Commissie niet omschreven. Bouwunie vraagt de Belgische regering deze kans aan te grijpen. De regering kan zo haar plannen voor een BTW-verlaging voor de nieuwbouw van woningen uit de ijskast halen. Bouwunie stelt voor een verlaagd BTW-tarief in te voeren voor nieuwbouwwoningen die een bouwwaarde van 125.000 euro (exclusief BTW en grond) (dit om nog het label "sociaal" te kunnen dragen) niet overschrijden, en voor afbraakwerken, om zo verloederde buurten op te waarderen en het bouwgrondenaanbod te verhogen.