Interieur

Vakschilder geeft klant méér kwaliteit én service

99% van de schilders krijgt van de klant vragen om advies over kleur, over het interieur in het algemeen of over de combinatie van muren, gordijnen en vloerbekleding. 76% zegt dat dit nu meer het geval is dan vroeger. Samen met het leveren van kwaliteit (vakmanschap tonen en zorgen voor een professionele afwerking tot in de kleinste details) is een goede service aan de klant (geven van advies, direct en veelvuldig overleggen en het opbouwen van een vertrouwensrelatie voor, tijdens en na de werken) een van de belangrijkste troeven van het moderne schildersbedrijf. De oneerlijke concurrentie en de hoge kosten vormen samen met het tekort aan goede vakmensen reële bedreigingen voor de schilderssector. Dit alles blijkt uit de enquête van Bouwunie, de bij Unizo aangesloten Unie van het KMO-bouwbedrijf, bij 144 Vlaamse schildersbedrijven.

Kan schilder tegelijkertijd rendabel en concurrentieel zijn en blijven ?

24% van de Vlaamse schilders heeft nu meer werk dan voor de jaarwisseling terwijl 70% ongeveer evenveel om handen heeft. Ook de vooruitzichten zijn goed: niemand verwacht in de komende maanden een daling van het werkvolume. 21% heeft meer opdrachten uit te voeren. Voldoende werk hebben, is uiteraard erg positief. Maar welke prijzen kunnen de Vlaamse schilders hiervoor aanrekenen ? Slechts 55% van de schilders geeft aan dat de prijzen winstgevend zijn. Nochtans zijn enkel dergelijke prijzen verantwoord. Wie met succes zijn bedrijf wil uitbouwen, moet winst maken. Bovendien heeft 21% van de schilders beduidend meer af te rekenen met slechte betalers (klanten die de factuur te laat, slechts gedeeltelijk of helemaal niet betalen), wat de liquiditeit van deze bedrijven aantast. Eenzelfde percentage voelt de concurrentiedruk toenemen. De reden hiervoor (vaak ontoereikende prijzen, laattijdige betalingen en veel, meestal oneerlijke, concurrentie van zwartwerkers, bijberoepers en klusjesdiensten) is niet ver te zoeken. De kloof tussen de kostprijs van materialen en arbeidsuren, en de prijs die de klant voor de werken wil en kan betalen, is erg groot. De hoge kosten maken het de schilder moeilijk om tegelijk rendabel en concurrentieel te zijn. Vooral de administratieve rompslomp en de hoge loonkosten zijn een doorn in het oog. Hierdoor tiert het zwartwerk en de oneerlijke concurrentie in de schilderssector welig. Aangezien de particuliere markt erg belangrijk is voor een doorsnee schildersbedrijf, is het van het grootste belang dat de prijskloof gedicht kan worden. Hoe ? Door een verlaging van de kosten. Vooral de sociale lasten dienen naar omlaag. Voorts zou de overheid de reguliere arbeid kunnen bevoordelen door dienstencheques “oude stijl” herin te voeren (dit zijn dienstencheques waarmee de klant reguliere schildersbedrijven kan betalen) of door facturen van geregistreerde schildersbedrijven aftrekbaar te maken. Tegelijkertijd moet de overheid het zwartwerk en de oneerlijke concurrentie harder bestrijden. Bouwunie wil onder meer een stopzetting van de oneerlijke concurrentie die schilders vaak ondervinden van bijberoepers. Hiertoe wil Bouwunie bijberoepers een maximumtermijn van drie jaar geven om een keuze te maken: fulltime schilder worden of stoppen met de schildersactiviteiten. Daarnaast moet het invaliden, loopbaanonderbrekers en gepensioneerden onmogelijk gemaakt worden om als bijberoeper in de bouw aan de slag te kunnen. Van twee walletjes tegelijk eten, ten koste van de reguliere schildersbedrijven, kan niet langer. Ook het recente voorstel om klusjesdiensten te bevoordelen door het bestaande dienstenchequesysteem uit te breiden naar klusjes en schilderwerken, vindt geen genade in de ogen van de schilders.

Dringend gezocht: goed opgeleide en vooral gemotiveerde schilders

Op vlak van tewerkstelling ogen de enquêteresultaten goed, in die zin dat er nauwelijks ontslagen vallen (of dan toch niet om economische redenen). 82% van de schilders werkt met evenveel of zelfs meer volk in vergelijking met enige tijd terug. 12% van de bedrijven wil extra werkkrachten aantrekken. Maar dit zal niet van een leien dakje lopen. 73% van de bedrijven heeft vacatures openstaan die moeilijk of niet ingevuld geraken. Bij 82% vormen deze een rem op de ontwikkeling van het bedrijf. De krapte op de arbeidsmarkt laat zich duidelijk voelen. Zeker voor technische beroepen. Heel wat schilders moeten werk weigeren omdat ze te weinig werkkrachten hebben. Het vervangen van een zieke of (brug)gepensioneerde werknemer met vakmanschap en ervaring, door een gelijkwaardige werkkracht is een schier onmogelijke taak. Er is grote nood aan goed opgeleid en gemotiveerd personeel ! Om hieraan tegemoet te komen, is onder meer een herwaardering van het schildersonderwijs nodig. Nu kunnen jongeren enkel schildersopleidingen op beroepsniveau volgen en dat blijkt onvoldoende hoog te zijn. Het schildersvak is technisch een heel moeilijk beroep. De professionele schilders werken met heel ingewikkelde verfsystemen, echte neusjes van de zalm op chemisch gebied. De kennis van ondergronden is fundamenteel om een goed resultaat te bekomen en toch zijn er enkel BSO-schildersscholen (beroepssecundair) waar de leerkrachten, hun ongelooflijke inzet te spijt, alleen maar vrij algemene opleidingen kunnen en mogen geven. De vraag van Bouwunie om dringend te starten met een opleiding op TSO-niveau (technisch secundair) is meer dan ooit gerechtvaardigd.

Het proefproject van Vlaams minister van onderwijs Frank Vandenbroucke, in samenwerking met Bouwunie, om een hoger beroepsonderwijs voor schilders-ploegbazen in te voeren, kan enige soelaas brengen. Het gaat om een extra opleiding na het secundair beroepsonderwijs met veel praktijkuren en algemene vakken toegespitst op het schildersberoep met als doel meestergasten en ploegbazen op te leiden. 90% van de ondervraagde schilders vindt dit een goede zaak. 73% zou iemand met dergelijk diploma willen aanwerven.

Vakschilder levert kwaliteit en service

85% van de schilders geeft aan dat de klant tegenwoordig meer kleurbewust is. 99% moet de klant vaak adviseren, niet alleen over kleur, maar ook over het interieur in het algemeen of over de combinatie van muren, gordijnen en vloerbekleding. 76% zegt dat dit nu meer het geval is dan vroeger. Deze evolutie legt meteen een van de troeven van het moderne schildersbedrijf bloot. Samen met het leveren van kwaliteit (vakmanschap tonen en zorgen voor een professionele afwerking tot in de kleinste details) is een goede service aan de klant een van de belangrijkste sterke punten van het schildersbedrijf. Een goede service geven is erg ruim en omvat onder meer het geven van persoonlijk advies, direct en veelvuldig contact onderhouden met de klant (open communicatie), het maken van en het houden aan duidelijke afspraken met de klant en het opbouwen van een vertrouwensrelatie voor, tijdens en na de werken. Daarnaast zetten heel wat schilders ook hun kennis, ervaring en het feit dat ze blijven mee-evolueren met de markt, zich constant bijscholen om nieuwe producten en technieken onder de knie te krijgen, mee bovenaan hun troevenlijstje. Deze kwaliteiten geven de vakschilder een duidelijke meerwaarde tegenover zwartwerkers en klusjesmannen. De vakschilder zorgt voor een snellere en betere afwerking (hij levert kwaliteit, zowel in de uitvoering als voor de gebruikte materialen en het materieel) en kan de klant garantie geven op het geleverde werk. Die kan niet alleen voor en tijdens de werken bij de schilder terecht, maar ook nog nadien.

Ook interessant