Algemeen

VCB heeft alternatief: TSO en BSO promoten via Hoger Onderwijs

Vandaag wordt te Geel een vierde bacheloropleiding voor bouwplaatsleider aangekondigd en zopas hebben de Vlaamse Schilders voor ploegbazen in de schildersector de organisatie van Hoger Beroepsonderwijs bepleit. De Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) steunt beide initiatieven. Dankzij deze voortgezette opleidingen krijgen afgestudeerden uit het Technisch en Beroepssecundair Onderwijs voor bouw en decoratie kansen om verder te studeren. Begin 1993 vond de Staten-Generaal TSO/BSO plaats. Deze grootscheepse manifestatie had tot doel de maatschappelijke waardering voor TSO en BSO te verhogen. Maar vijftien jaar later heeft nauwelijks enige herwaardering plaatsgehad, volgens de VCB omdat zij verkeerd werd aangepakt. TSO en BSO zullen slechts succes kennen als zij perspectief bieden op hogere studie- en carrièremogelijkheden. Jongeren noch ouders kiezen voor studierichtingen die op 19-jarige leeftijd definitief ten einde lopen.

Op vijftien jaar tijd werden al talloze pogingen ondernomen om het Technisch en Beroepssecundair Onderwijs te herwaarderen: doorgaans met beperkt succes omdat al deze initiatieven zich beperkten tot het TSO en BSO als dusdanig. Van dit hokjesdenken moeten wij af geraken. Ook jongeren en ouders denken nooit in termen van TSO en BSO.

Jongeren denken bij hun studiekeuze: wat kan ik daarmee later bereiken? En ouders denken: wat zullen mijn kinderen dan later kunnen worden? Beide mikken zo hoog mogelijk. Weinig jongeren kiezen voor een studierichting die op 18- of hoogstens 19-jarige leeftijd ten einde loopt en uitsluitend uitmondt in een job. Zij willen integendeel kunnen doorgroeien. Ook hun ouders willen dat. Het onderwijs moet hun dan ook kans op een vervolgstudie bieden. TSO- en BSO-studierichtingen die dit perspectief niet bieden, worden ervaren als doodlopende straten. Zij gelden enkel nog als ‘laatste keus’, wanneer eerdere pogingen in meer prestigieuze studierichtingen zijn mislukt. Waardoor ze nog meer in het verdomhoekje terechtkomen.

Bouwbachelors

Vandaar dat de VCB het zo belangrijk vindt dat het secundair bouwonderwijs een vervolg krijgt via bachelor- en masteropleidingen. Tot voor kort bestond enkel in Aalst en Brussel een bacheloropleiding voor de bouw. In 2007 werd in Diepenbeek een derde opleiding tot bouwbachelor opgestart met overweldigend succes. In september 2008 gaat in Geel een vierde bacheloropleiding voor de bouw van start. De Katholieke Hogeschool Kempen heeft hiertoe nu al de goedkeuringen op zak. Enkel in West-Vlaanderen bestaat dan nog geen bacheloropleiding voor de bouw. Vanaf dit jaar kunnen leerlingen uit TSO- en BSO-scholen met een ruwbouwopleiding in vier van de vijf Vlaamse provincies nadien in een nabijgelegen bacheloropleiding terecht. De VCB verwacht dat dit perspectief de aantrekkelijkheid van de omliggende TSO- en BSO-scholen fors zal verhogen.

Vandaar dat de VCB ook het Hoger Beroepsonderwijs ondersteunt. Deze nieuwe, nog experimentele onderwijsvorm heeft eveneens tot doel aan TSO- en BSO-leerlingen bredere studie- en carrièreperspectieven te bieden. Via het Hoger Beroepsonderwijs kunnen zij hun kennis verbreden en daarna op het werk meer superviserende taken op zich nemen. Bovendien heeft Vlaams minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke uitdrukkelijk gesteld dat het Hoger Beroepsonderwijs een opstap naar een bacheloropleiding moet kunnen vormen.

Hoger Schilderonderwijs

De minister wil een aantal proefprojecten voor Hoger Beroepsonderwijs opzetten en heeft de sectoren gevraagd voor welke beroepen dit zou kunnen. De bouwsector heeft daarbij geopteerd voor een opleiding tot bouwplaatsleider/ploegbaas Schilder- en Decoratiewerken. De raad van beheer van de Vlaamse Schilders heeft dit voorstel fors ondersteund omwille van de grondige veranderingen in de schilder- en decoratiesector.

Eenmanszaken ruimen er steeds meer plaats voor KMO’s. Waar vroeger de zaakvoerder bijna altijd mee actief op de bouwplaats was, moet nu vaak een van de werknemers de ploeg (kunnen) leiden. De schilder-decorateur wordt geconfronteerd met veel sterker uiteenlopende ondergronden dan voorheen, met een almaar uitgebreider gamma aan producten en technieken. Het volstaat niet langer toe te passen wat de fabrikant kant en klaar aanbiedt. Daarnaast winnen ook de veiligheidsvoorschriften – bijvoorbeeld bij werken op hoogte – en de milieuverplichtingen aan belang. Schilder- en decoratiebedrijven maken steeds vaker deel uit van bouwteams. Meer samenwerking vraagt om meer overleg tussen de diverse bouwpartners. Dit overleg verloopt via de bouwplaatsleider of ploegbaas, die hiertoe over de nodige competenties moet beschikken.

Momenteel bestaat voor de schilder- en decoratiesector enkel een opleiding op BSO-niveau en geen doorstroommogelijkheid naar een aansluitende studierichting op hoger onderwijsniveau. De BSO-opleiding Schilderwerk en Decoratie leidt dan ook een schimmig bestaan. Zij levert voor gans Vlaanderen jaarlijks amper 110 à 150 leerlingen af terwijl de Vlaamse schildersbedrijven ongeveer 7.000 werknemers tellen en jaarlijks zo’n 700 nieuwe arbeidskrachten nodig hebben. In tegenstelling tot wat de werklozenstatistieken voorspiegelen, is het beroep van schilder-decorateur wel degelijk een knelpunt op de arbeidsmarkt. De meeste werkloze schilders zijn niet echt werkzoekend. Want precies schilder- en decoratiewerken worden vaak in het zwart uitgevoerd. De doorstroming van werklozen naar een reguliere job in schilder- en decoratiebedrijven is zeer zwak.

Volgens de VCB en de Vlaamse Schilders zal de BSO-opleiding Schilderwerk en Decoratie dankzij een voortgezette schilder- en decoratieopleiding in het kader van het Hoger Beroepsonderwijs weer aan prestige winnen en terug meer jongeren aantrekken omdat dan ook voor deze BSO-leerlingen een kans op hogere studie- en carrièremogelijkheden zal bestaan. Beide organisaties rekenen erop dat een aantal scholen Hoger Beroepsonderwijs voor de schilder- en decoratiesector zullen willen inrichten.
Build for Life