Nieuwbouw

Seriematige bouw begint inmiddels een achterhaald begrip te worden

Nu de gebruikers van woningen en kantoorgebouwen een duidelijke stempel drukken op het bouwproces, verandert langzamerhand de traditionele benadering van de bouwvraag. "Op zich niet vreemd dat de gebruiker zo weinig in beeld was", merkt Maarten van Hezik op. Van Hezik is voorzitter van de adviescommissie Week van de Bouw en hij begeleidt het overgangstraject van de BouwBeurs naar de Week van de Bouw.

"Ondanks tegenstrijdige berichten, moeten nog veel huizen gebouwd moeten worden de komende periode", geeft Maarten van Hezik aan. Hij vindt het niet nodig dat de bouwsector zich een negatief toekomstbeeld aanmeet. Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) heeft recent voorgerekend dat ten opzichte van de werkelijke vraag naar woningen er nog steeds een tekort is van circa 30 duizend woningen per jaar. Nederland heeft door de crisis de laatste jaren een behoorlijke achterstand opgelopen. En die moet worden ingehaald. Overigens geldt die sterke woningvraag niet voor elke regio. "In de Randstad en in de steden is meer behoefte aan woningen dan op het platteland."

Achterhaald

De uiteindelijke eindgebruiker van een woning of een kantoorpand kondigt zich steeds meer aan als professional in de bouw. Internet speelt hierbij een belangrijke rol. Gebruikers kunnen meer dan ooit hun wensen aangeven. Ze bepalen liever zelf hoe hun woning of kantoor eruit komt te zien. Hij ziet dat hierdoor anders naar de bouwvraag wordt gekeken. "Maar laten we eerlijk zijn", zo stelt hij vast, "als we eindgebruikers van te voren hun eigen laten woning laten ontwerpen, wijkt dat idee niet zo bijzonder veel af van wat een architect bedenkt. Kortom de architect heeft zich altijd in zijn doelgroepen verdiept en hij weet als geen ander hoe de gebruikerswensen en eisen vertaald moeten worden in het ontwerp."

Volgens Van Hezik is die woonwensontwikkeling niet zo dynamisch als misschien wordt gedacht. "Gebouwen en woningen hebben altijd wel aan de vraag voldaan. De doelgroepen veranderen overigens voortdurend, een belangrijk element van de bouwopgave. De bevolking vergrijst en steeds meer alleenstaanden zijn op zoek naar een woning." Van Hezik hoopt dat in de toekomst de eindgebruiker meer zeggenschap krijgt in het bouwproces dan ooit tevoren en dat hij zelf mag bepalen waar hij zijn huis zet.

"Die tendens is sterk afhankelijk van hoe de overheid zich hierin opstelt. Gemeenten zitten nu met geweldige stukken grond die ze moeten afboeken. De vraag is wat zij ermee gaan doen. Sommige gemeenten voeren succesvolle experimenten uit met projecten waarin ze bewoners zelf laten bouwen." Van Hezik hoopt dat zulke experimenten vaker worden opgepakt. "Dat helpt de differentiatie in de bouw te bevorderen en past ook veel beter bij de huidige vraag. Seriematige bouw begint inmiddels een achterhaald begrip te worden", zegt Van Hezik.

Schakels

Nog meer veranderingen binnen de bouwketen vallen op. Grote partijen die nu snel moeten schakelen, zoeken intensieve samenwerkingsverbanden op. Van Hezik: "Bouwtoeleveranciers worden een steeds belangrijke partij in de keten en bieden samen met partners interessante prefab- en totaaloplossingen aan. Of ze vullen gezamenlijk een bepaald specialisme in." Ook in dit proces blijft de architect de belangrijkste schakel van het bouwproces. Hij bepaalt immers het ontwerp en de materiaalkeuze. Volgens Van Hezik zal op den duur wel meer spanning ontstaan tussen aannemers en bouwtoeleveranciers, die taken overnemen van bouwers door binnen een paar dagen een complete woning te realiseren.

"De Week van de Bouw is natuurlijk een uitstekend platform om de nieuwste producten te kunnen laten zien en met elkaar in discussie te gaan over de invulling van de ideale bouwsector. Er is steeds meer vraag naar dit soort producten, maar we moeten wel goed met elkaar blijven communiceren en elkaar kritische vragen blijven stellen en beantwoorden."

Van Hezik vindt dat de Week van de Bouw vooral bedoeld is om nieuwe ontwikkelingen te ontdekken en volop informatie hierover te krijgen. Over keurmerken, bijvoorbeeld, en waarvoor ze dienen. Of informatie over oplossingen voor duurzaam bouwen en innovatieve ontwikkelingen en welke producten hier bij horen. Met name zal veel aandacht worden besteed aan ontwikkelingen in renovatie en transformatie. Van Hezik: "Veel bedrijven zullen het moeilijk krijgen als deze zich niet verdiepen in deze markt. Tegenwoordig richten verschillende bouwbedrijven zich zowel nieuwbouw als op renovatie. Of ze gooien het over een compleet andere boeg en zoeken voor hun producten andere sectoren op dan puur de bouw", zegt Van Hezik.

Verzekeraars

Hoe belangrijk het is om goed in de gaten te houden wat maatschappelijk gebeurt, tonen de ontwikkelingen in de zorg aan. Van Hezik: "Er moet de komende tijd bijzonder veel gebeuren op het gebied van de gezondheidszorg met andere en nieuwe voorzieningen. Wonen en zorg is een hot item voor gemeenten die ervoor moeten zorgen dat ouderen langer in hun eigen huis kunnen blijven wonen. Voor de bouw betekenen deze ontwikkelingen een zekere continuïteit van productie. Zowel in nieuwbouw als bestaande gebouwen."

Ook in de voedingsindustrie en in de logistiek ziet Van Hezik allerlei kansen voor bij de bouw, zoals het ontwikkelen van nieuwe veestallen en kaasfabrieken, bijvoorbeeld, of nieuwe transport- en overslagloodsen. De vraag naar kantoorpanden is sterk aan het veranderen. Slecht liggende gebouwen worden afgebroken en goed liggende gebouwen krijgen een herbestemming. Rollen verschuiven. Aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden veranderen. "Ik verwacht dat steeds meer verzekeraars als opdrachtgever optreden. Zij gaan eisen stellen aan de kwaliteit van een gebouw en zullen bijvoorbeeld sterk letten op wie goed en niet goed bouwt. Dus, wie goed bouwt krijgt een gunstige verzekeringspremie en met slechte bouwers worden geen zaken meer gedaan. Dit soort ontwikkelingen was een aantal jaren geleden ondenkbaar. Maar ze gaan nu heel rap!", aldus Van Hezik.

Ook interessant