Algemeen

Milieu-educatieve werking Ecocampus met vier jaar verlengd

Op voorstel van Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege (zie foto) keurde de Vlaamse Regering het nieuwe Ecocampus-project voor een periode van vier jaar (2011-2015) goed. Ecocampus stimuleert de structurele invoering van milieuzorg en duurzame ontwikkeling in het Vlaams hoger onderwijs en wil meer milieubewuste afgestudeerden afleveren.

Vlaanderen koestert de ambitie om tegen 2020 uit te groeien tot een duurzame topregio. De vraag naar professionelen die de principes van duurzame ontwikkeling en milieuzorg toepassen, zal blijven toenemen. Deze experten worden vandaag opgeleid aan onze universiteiten en hogescholen. De rol van het hoger onderwijs in de overgang naar een duurzame maatschappij is van onmiskenbaar belang. Om die inspanning te ondersteunen heeft Vlaams minister Schauvliege het Ecocampusproject in het hoger onderwijs nu met vier jaar verlengd. Bij de start in 2008 werd een 3-jarige samenwerkingsovereenkomst gesloten.

Het hoger onderwijs heeft al aanzienlijke stappen gezet in het integreren van duurzame ontwikkeling. Milieuzorg en duurzaamheid vinden meer en meer hun weg in de curricula en in succesvolle initiatieven zoals de markt Duurzaam Hoger Onderwijs en de Lerende Netwerken waar nuttige ervaringen en goede praktijken worden uitgewisseld.

Ecocampus wordt getrokken door de Dienst Natuur- en Milieueducatie van het departement Leefmilieu, Natuur en Energie. Het educatief project richt zich tot ca. 200.000 studenten, met een jaarlijkse instroom van 50.000 studenten, en werkt op drie domeinen: de integratie van milieuzorg in de instelling, in het curriculum én in het kot- en studentenleven.

Vlaams minister Schauvliege: “Ecocampus is de grote broer van Milieuzorg Op School (MOS) dat zich met toenemend succes op het basis- en secundair onderwijs richt. Mede dank zij milieuwerkgroepen in onze 22 hogescholen en 5 universiteiten wil Ecocampus veranderingsprocessen vergemakkelijken, studenten en docenten verbinden, en dynamieken op gang brengen. Uiteindelijk moet de aandacht voor milieu zich enten op de werking, de opleiding en de organisatie van ons hoger onderwijs. Die belangstelling en expertise moet kunnen uitgroeien én - niet het minst - worden doorgegeven.”
Build for Life