Door de locatie tussen de mensa, bibliotheek, campusterrein en het Forum en zijn positie als ‘schakel’ is het gebouw vorm gegeven als een aan de onderzijde opengewerkt volume van drie verdiepingen. De insnijding zorgt voor een sterke relatie met de buitenruimte en geeft het universiteitsgebouw een duidelijke, herkenbare ingang. Bovendien wordt de campus verrijkt met een zorgvuldig ontworpen buitenruimte, die in de toekomst bij evenementen en congressen ingezet kan worden.
Bekijk ook de fotospecial van dit bijzondere gebouw
Bij binnenkomst van het gebouw (onder het uitkragende gebouwdeel door) opent zich de hal naar boven: de open ruimte langs alle verdiepingen zorgt voor een gevoel van royale ruimtelijkheid. Het glazen dak laat het daglicht door de hele foyer stromen. Deze ruimte kan gebruikt worden door de universiteit, maar ook ingezet worden voor buitenuniversitaire evenementen.
De indeling als drie naast elkaar gelegen delen, leidt tot een heldere, eenvoudige en compacte plattegrond van het universiteitsgebouw. Aan weerszijden van het gebouw zijn de collegezalen en vluchttrappenhuizen gesitueerd, in het middelste deel bevinden zich de foyer, technische ruimten en de binnenplaats. De grote collegezalen liggen dwars op de hoofdrichting van het gebouw, en krijgen natuurlijk licht dankzij de binnenplaats. Als gevolg van de bestaande topografie zijn de hoogtes van het terrein doorgevoerd in het nieuwe gebouw, waardoor duidelijk en eenvoudig de gevraagde grotere hoogtes van het plafond in de collegezalen kon worden uitgevoerd.
Het hart van het nieuwe universiteitsgebouw wordt gevormd door het zogenaamde leerlandschap. Dit in niveaus opgebouwde landschap ontstaat door de uitsnede in het bouwvolume. Het Forum wordt als het ware binnenin het gebouw voortgezet. Zo ontstaat een centrale plek voor ontmoeting, communicatie, gemeenschappelijk leren en het uitwisselen van kennis. Door de ruimtelijke kwaliteit en de markante uitsnede heeft dit leerlandschap de potentie binnen de campus een bijzondere plek te worden met een geheel eigen identiteit.
In het ‘landschap’ zijn alle verdiepingen met elkaar verbonden. Plateaus van verschillende breedte, met parketvloeren van gerookt eiken, creëren verblijfszones. Tafels en zitobjecten beginnen op het ene en eindigen op het andere plateau, zodat de verschillende niveaus als het ware aan elkaar ‘geniet’ worden. De tafels en zitobjecten bieden de gebruikers verschillende mogelijkheden om te werken en te studeren. Los meubilair zoals zitzakken en zitkubussen nodigen verder uit om eigen opstellingen te maken, al naar gelang behoefte. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de akoestiek en de functie van licht in het gebouw: geluidsabsorberende materialen en geïntegreerde lichtelementen zorgen voor een aangename verblijfsatmosfeer.
Voor het bewegwijzering van de nieuwbouw wordt een eigen, grafische typografie ontwikkeld. Op de muren gedrukte citaten en verzamelingen van woorden inspireren en maken nieuwsgierig. Al deze grafische elementen hebben de kleur groen als thema. Dezelfde typografie wordt gebruikt op glazen wanden en deuren, als contrastmarkering voor slechtzienden.
Met de kleur groen refereert het nieuwe gebouw aan de ‘kiemcel’ van de universiteit, waarvan de wortels liggen in de faculteiten Agrarische Wetenschappen en Landschapsarchitectuur van de voormalige ‘Hogere Landbouwschool’. Deze frisse, stimulerende en inspirerende kleur geeft mooie, contrasterende accenten aan een gebouw dat verder wordt gekenmerkt door terughoudend kleur- en materiaalgebruik.
Gevel
De strakke structurering van de gevel met het rasterpatroon van 1.25m, wordt door het plaatsen van ramen van verschillende hoogte wat luchtiger gemaakt. Door de rangschikking van deze verschillende formaten ramen zijn de afmetingen en vorm van de diverse binnenruimtes ook aan de buitenzijde van het gebouw goed af te lezen. Zo ontstaat er een los samenspel van een helder, geordend raster en gevarieerde hoogtes. Ook in het interieur zijn de verschillende situaties duidelijk af te lezen door de balustrades van uiteenlopende hoogte.De buitenschil is als tweeledige structuur ontworpen: het bouwvolume wordt bekleed met een isolerende, groene membraanfolie die de gevel beschermt tegen wind en regen. Op een aluminium onderconstructie wordt een bekleding van gevouwen panelen gemonteerd, aan de zijkanten geperforeerde aluminium panelen,. Door de perforatie van deze metalen huid ontstaan allerlei doorzichten en een afwisselend, levendig aanzicht van de gevel: telkens zie je achter de metalen gevelbekleding het groene bouwvolume schitteren. De geanodiseerde aluminiumpanelen hebben een zacht, bijna fluwelig oppervlak en geven het gebouw een voorname, maar toch vriendelijke en uitnodigende uitstraling.
