Algemeen

Herstel in de bouwsector zet zich door

Sinds het begin van het jaar zit de bouwconjunctuur duidelijk in de lift. Dit blijkt uit de enquête die de BOUWUNIE in het begin van september afnam bij een representatief staal van 301 Vlaamse bouwbedrijven. Vooral het werkvolume evolueert in positieve zin. Knelpunten blijven het prijspeil, de concurrentie, het aantal vakbekwame bouwarbeiders en de achterstallige betalingen, vooral vanwege de verschillende overheden. De BOUWUNIE eist dat alle overheden de afgesproken betalingstermijnen respecteren en bij het aanbesteden van werken meteen het daarvoor te betalen bedrag opzij zetten.

De Vlaamse bouwbarometer stijgt ook in september boven de gezonde grens van 100 indexpunten (meer optimisten dan pessimisten) uit. Na de duidelijke sprong voorwaarts in het vorige kwartaal, stabiliseert de bouwbarometer zich in september op een vrij hoog peil. De aangekondigde heropleving voor de bouwsector zet zich dus door. Dit blijkt vooral uit het werkvolume en de orderboekjes. 92% van de Vlaamse bouwbedrijven zeggen voldoende werk te hebben. 27% heeft nu meer werk dan in het vorige kwartaal, toen het werkvolume ook al serieus gestegen was, en de toekomst ziet er goed uit. 90% van de bouw-kmo’s verwacht het huidige activiteitspeil te handhaven of zelfs nog substantieel te verhogen. Dit weerspiegelt zich in de orderportefeuilles, die bij 36% duidelijk beter gevuld zijn dan in de voorbije maanden.

Deze evolutie vertaalt zich in een hogere vraag naar arbeidskrachten. 15% van de bouwondernemers heeft in de voorbije weken een of meerdere personeelsleden aangeworven. 13% denkt eraan dit in de komende maanden te doen. Een moeilijke opdracht weliswaar, want heel wat bouwberoepen behoren nog steeds tot de knelpuntberoepen. 58% van de Vlaamse bouw-kmo's ondervinden moeilijkheden bij het vinden van geschikte arbeidskrachten. Dit probleem stelt zich volgens een op vier zelfs scherper dan enkele maanden geleden. Dankzij het grotere werkvolume is ook de winstgevendheid van de bouwondernemingen wat verbeterd (volgens 22%, wat een hoger percentage is dan gewoonlijk). Deze verbetering is wel kleiner dan zou kunnen verwacht worden. En dit omwille van het prijspeil. De prijzen die aannemers voor hun werken kunnen vragen, liggen nog altijd te laag. 20% van de bedrijfsleiders spreekt zelfs van een verslechtering ten opzichte van enkele maanden geleden. De situatie is wel niet in alle subsectoren even dramatisch. Vooral in de wegenbouw, de sector van de kabel- en leidingleggers en de schrijnwerkerij zijn er, wat het prijspeil betreft, meer pessimisten dan optimisten.

Ondertussen woedt de concurrentiestrijd in de bouw in alle hevigheid voort. 29% van de aannemers zegt daarvan duidelijk meer last te ondervinden. Het gaat zowel om concurrentie vanwege collega-bouwbedrijven, als vanuit het zwarte en het grijze circuit. Een ander heikel punt is het toenemend aantal slechte betalers waar de bouwbedrijven mee te maken hebben. 23% spreekt van een duidelijke toename. Vooral de overheden betalen minder snel dan in het begin van het jaar. Blijkbaar zijn heel wat budgetten al zo goed als opgesoupeerd en laten de overheden de aannemers op hun geld wachten. Dit kan uiteraard niet door de beugel. De Bouwunie dringt er bij de overheden op aan om de afgesproken betalingstermijnen te respecteren en bij het aanbesteden van werken meteen het daarvoor te betalen bedrag te reserveren (lees: blokkeren). Daarbij is het van belang dat ze een juiste inschatting van de totale kostprijs maken zodat ze achteraf niet verrast worden door prijsherzieningen en meerwerken.

Op de vraag welke maatregelen prioritair zijn om het ondernemingsklimaat te verbeteren, antwoorden de Vlaamse bouw-kmo’s eensluidend: “we willen lagere loonlasten en minder administratieve rompslomp”. Uit dezelfde bevraging blijkt dat ze eerder kiezen voor het mogen doen van overuren dan voor een herinvoering van een 40-uren werkweek.

De heropleving voor de bouwsector volgt het algemeen economisch herstel. Het toenemende ondernemersvertrouwen tijdens de eerste negen maanden van het jaar en de relatief lage langetermijnrente leiden nu tot nieuwe bedrijfsinvesteringen. Dit weerspiegelt zich in de statistieken van de bouwvergunningen. De meest positieve evolutie kennen de nieuwbouw van flats en de renovatie van woningen, kantoren én opslagruimtes. Het grotere vertrouwen komt ook tot uiting in de gegevens van de architecten over hun verwachte opdrachten. Het Federaal Planbureau voorziet voor de komende maanden (in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 2006) meer overheidsinvesteringen (openbare werken en gebouwen). Specialisten verwachten als gevolg daarvan, voor 2004 een groei van de bouwactiviteit van 2 procent of meer.


De Bouwunie peilt met de bouwbarometer vier maal per jaar naar het sociaal-economisch klimaat bij de Vlaamse bouw-kmo's. De laatste peiling gebeurde begin september bij een representatief staal van 301 Vlaamse bouw-kmo's en –zelfstandigen, waarvan 21% zonder personeel, 29% met maximaal 4 werknemers, 23% met 5 tot 9 werknemers en 27% met 10 of meer medewerkers. De bouwbarometer geeft een beeld van de huidige en de verwachte economische ontwikkeling. De individuele indicatoren geven de verhouding aan tussen de optimisten en de pessimisten. Een positief getal wijst op meer optimisten, een negatief getal op een overwicht aan pessimisten.
Build for Life