Algemeen

'Halfwas ondernemer' komt tekort

De achilleshiel van menig ondernemer is niet het vakmanschap, maar bekwaam ondernemerschap, stelt Kees Slingerland. Het handelen in en onderhandelen over dat product. Een vak apart, dat dan ook apart moet worden aangeleerd.

Bedolven word je momenteel onder het aanbod van trainingen in effectief ondernemerschap. Toch hoop ik, dat de ondernemers in de bouw door de kwantiteit heen kijken en de boodschap erachter serieus nemen. Ondernemers, train jezelf in ondernemerschap. Dit klinkt misschien vreemd omdat ze één en hetzelfde lijken, maar ‘ondernemer’ en ‘ondernemerschap’ zijn in veel gevallen twee aparte werelden.

Dynamiek
Recente ontwikkelingen onderstrepen dat het alléén op vakmanschap gebaseerde ‘halfwas ondernemerschap’ – zo noem ik het gemakshalve – lang niet voldoende is om stand te houden in toekomstige tijden. Ik las in de populaire versie van het jaarverslag van het Hoofdbedrijfschap Ambachten, waaronder 60.000 ondernemers in veertig branches vallen, dat deze publiekrechtelijke organisatie van ondernemers- en werknemersorganisaties aanstuurt op modern, dynamisch ondernemerschap. “Met alleen vakmanschap kom je er niet meer”, zo citeer ik het HBA-jaarverslag.

De tijd dat horlogemaker, pedicure, kapper, of, wat de bouw betreft dakdekker, straatmaker, glazenier, rolluiken- of markiezenmaker of parketvloerenlegger ‘de show kon stelen’ met zijn of haar vakmanschap, is definitief voorbij. Ook deze vakman of vakvrouw moet inspelen op veranderende markten, maatschappelijke wensen en strengere eisen. De aansprakelijkheid en de nadruk op de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemer worden groter. Ook de toenemende internationalisering klinkt door in de (bouw)ambachten. Al deze ontwikkelingen vergen dynamisch ondernemerschap.

Codes
Ik kan nog even doorgaan wat betreft de hedendaagse eisen ten aanzien van ondernemerschap: De Sociaal-Economische Raad (SER) pleit eveneens voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dit betekent aandacht voor goede arbeidsvoorzieningen, scholing, arbo- en milieuzorg, je wapenen tegen steeds grotere concurrentie en niet te vergeten inzicht kweken in consumentenvoorkeuren die doorlopend verschuiven. Lang niet alles kan de ondernemer in z’n eentje.
Het opvijzelen van het imago van een branche doe je met elkaar. Met goed ondernemerschap en collectieve ondersteunende instrumenten kunnen bedrijfstakken ook op langere termijn sterk functioneren. Binnen de Hoofdbedrijfschappen wordt hard gewerkt aan codes voor de ambachtelijke branches waarin de uitgangspunten voor verantwoord ondernemerschap zijn verwoord.
Ook dichter bij huis constateer ik dat de aandacht voor het ondernemerschap terrein wint. Je ziet het aan de rode draad in de trainingen van het NVOB Kwaliteitscentrum, die steevast elementen bevatten van marketing, communicatie, relatiebeheer.
BOB Kennisoverdracht heeft zelf in samenwerking met de Ondernemersvereniging Bestratingsbedrijven Nederland (OBN) het kader en management van bestratingsbedrijven getraind in het complexe ondernemerschap, want je wilt het fraaie straatwerk dat je maakt ook graag verkopen.

Regie
De komende maanden komen nieuwe groepen aan bod. Niet het vakmanschap, want dat is hen stuk voor stuk wel toevertrouwd, maar de regiefunctie staat centraal. Want zonder regie is een verzameling vakmensen nog geen effectief bedrijf. Ook training in medewerkersmanagement – dat klinkt wat meer betrokken dan personeelsmanagement – want het gaat doorgaans om teamwerk.
In eerste instantie is de algemene houding bij ondernemerstrainingen zoiets van ‘Dat heb ik niet nodig, want ik ben al jaren ondernemer’. Ook heerst het misplaatste idee van de ‘schoolbanken’. Totdat ondernemers daadwerkelijk aan trainingen meedoen, inzien dat er meer komt kijken bij modern ondernemerschap en enthousiast worden. De markt ontwikkelt zich; wil je blijven meedoen, dan moet je mee ontwikkelen.
Het is ook het beste bewijs dat de eigen beleving van ondernemerschap iets anders is dan de benodigde beleving van ondernemerschap. Ik hoop dat veel ‘halfwas ondernemers’ in de bouwsector beseffen dat zij weliswaar kunnen bogen op vakmanschap én ervaring, maar lang niet altijd op de pure ondernemersvaardigheden.

Mager
Nu de economische tijden op z’n minst mager zijn te noemen, zijn deze ondernemersvaardigheden toch bijna vereiste nummer één. Ik zeg bijna, want ik blijf hoogwaardig vakmanschap omarmen. Daar kom je een eind mee. Maar niet ver genoeg. Nu bedrijven nog volop meedraaien in de economie, is het zinvol juist naar dat ondernemerschap te kijken.

Om in termen van straatmakers te blijven: je kunt je straatje het beste ophogen bij mooi weer. Parallel hieraan kunnen ondernemers zich nu nog voorbereiden op de toekomst. Voordat er echt slecht economisch weer dreigt.
Build for Life