Nieuwbouw

Fraudebestrijdingsmaatregelen goede gespreksbasis

De regering wil de deloyale concurrentie en de sociale en fiscale fraude stevig aanpakken. Ze keurde op voorstel van Staatssecretaris voor Fraudebestrijding, John Crombez (sp.a), een eerste ontwerp van programmawet goed. Hiermee wil ze een hoofdelijke aansprakelijkheid in het leven roepen voor de betaling van de lonen van de werknemers van een zwaar tekortkomende onderaannemer en de ketenaansprakelijkheid herinvoeren. Bouwunie is vóór de bestrijding van de fraude in de bouwsector en reageert na een eerste lezing van de voorstellen positief. Ze vormen een goede vertrekbasis voor de gesprekken in het paritair comité bouw.

Sociale en fiscale fraude, zwartwerk en alle andere vormen van oneerlijke concurrentie in de bouwsector moeten inderdaad streng en kordaat aangepakt worden, aldus Bouwunie. Goede maatregelen daartoe zijn eenvoudig en duidelijk, leggen geen extra verplichtingen op aan de reguliere bouwbedrijven en treffen daadwerkelijk de malafide bedrijven en personen.

Vlaamse bouw-kmo’s komen steeds moeilijker aan de bak. Voor kleine opdrachten bij particulieren krijgen ze steeds meer concurrentie van zwartwerkers (in al hun mogelijke verschijningsvormen en gradaties). Grotere opdrachten gaan naar de grote bouwondernemingen die vaak een beroep doen op buitenlanders om de werken in onderaanneming uit te voeren. In de krappere markt stoot oneerlijke concurrentie des te harder tegen de borst. Nochtans dragen de Vlaamse bouw-kmo’s veel bij tot de economische groei. Ze zorgen voor - binnenlandse! - tewerkstelling en dus voor welvaart in ons land.

“Het vrij verkeer van diensten zonder controle leidt naar de ondergang van de bonafide bedrijven en de sociale zekerheid”, aldus emeritus professor arbeidsrecht Roger Blanpain. En dat is precies wat de bouw-kmo’s echte zorgen baart. Ons land wordt overspoeld door arbeidskrachten uit de Europese lageloonlanden, vooral uit Oost-Europa maar ook uit Portugal. Dit heeft voordelen in de zin dat sommige knelpuntberoepen eindelijk ingevuld geraken. Maar er is vooral sprake van sociale dumping omdat dit gepaard gaat met massale fiscale en sociale fraude. De eigen bonafide ondernemingen en werknemers gaan onderuit, de financiering van de sociale zekerheid ook. De oorzaak ligt in de Europese regels over het vrij verkeer van diensten, gecombineerd met het gebrek aan samenwerking inzake controle onder de EU-landen. Wie hier komt werken, moet aan Belgische lonen en arbeidsvoorwaarden werken. Maar deze regel wordt zonder scrupules met de voeten getreden. Er wordt gebruik gemaakt van (schijn)zelfstandigheid en onterechte detachering.

Deze fraude moet streng en doortastend aangepakt worden! Want een kortzichtige visie (snel geld verdienen zonder zich iets aan te trekken van de gevolgen op langere termijn) ondermijnt onze sociale zekerheid en betekent de ondergang van de bonafide bouwbedrijven en hun werknemers.
Maar, de aanpak moet wel doelgericht zijn! Zo is het voorstel van de elektronische aanwezigheidsregistratie dat de regering in lopende zaken in oktober nog voorstelde zeker niet het juiste antwoord!

De maatregelen die staatsecretaris Crombez nu voorstelt, zijn – mits enkele aanpassingen – voor Bouwunie een goede vertrekbasis.

Bedrijven zullen hierdoor binnenkort hoofdelijk aansprakelijk gesteld kunnen worden voor de betaling van de lonen van werknemers van de medecontractant waarbij de inspectie zwaarwichtige tekortkomingen vaststelt. De inspectie stuurt bij het vaststellen van dergelijke tekortkomingen een brief naar de hoofdaannemers en/of opdrachtgevers om hen op de hoogte te brengen van de hoofdelijke aansprakelijkheid die hen boven het hoofd hangt. Die gaat pas daadwerkelijk in vanaf de 15de dag na de verwittiging door de inspectie. Bouwunie is tevreden dat de inspectiediensten hun rol zullen spelen. Bonafide bouwbedrijven die onwetend met een malafide onderaannemer in zee zijn gegaan, kunnen op het moment van de verwittiging door de inspectie hun contract met de fraudeur verbreken. De hoofdelijke aansprakelijkheid zal dan niet spelen. Ze zullen wel op zoek moeten naar een andere onderaannemer om de geplande werken uit te voeren. Dat is natuurlijk niet altijd evident. Het zou volgens Bouwunie dan ook beter zijn, moest deze regeling aangevuld worden met een lijst van malafide bedrijven, opgesteld door de inspectie, zodat iedereen vooraf weet dat je met de opgelijste bedrijven niet in zee moet gaan. Bouwunie is al langer vragende partij voor een databank waarop bedrijven die hun loonverplichtingen niet respecteren een “rood licht” bij hun naam krijgen. Reguliere bedrijven kunnen dan de databank raadplegen en een samenwerking met rode-licht-bedrijven weigeren. Zonder dergelijke databank moeten bedrijven een beetje een sprong in het duister wagen wanneer ze samenwerken met andere bedrijven.

Blijven de opdrachtgevers buiten schot?

Bouwunie vindt het wel spijtig dat de particuliere opdrachtgevers de dans ontspringen. Na verwittiging door de inspectie kunnen particulieren immers ook beslissen de samenwerking met de fraudeur stop te zetten. Fraudebestrijding is enkel efficiënt en eerlijk als iedereen zijn steentje bijdraagt.

Met de herinvoering van een ketenaansprakelijkheid voor sociale en fiscale schulden is Bouwunie niet erg gelukkig. Wanneer er in een keten van aannemers-onderaannemers iemand in die keten frauduleus werkt, kunnen de anderen uit diezelfde, vaak lange, keten, zelfs de bonafide bedrijven, opdraaien voor de sociale en fiscale schulden van de fraudeur. Met uitzondering van de opdrachtgever. Bouwunie vindt het onaanvaardbaar dat een professionele opdrachtgever hier niet aansprakelijk is. Indien iedereen uit de keten moet weten wie er allemaal in de keten zit, wat die precies uitspoken en daarvoor verantwoordelijk zijn, dan ook de opdrachtgever (in dit geval enkel de professionele, niet de particuliere).

Ook interessant