Algemeen

Energiebesparing begint bij prestatiegericht bestek

Bij aanbestedingen in de gww is de basis te leggen voor energiebesparing vóór de realisatie van een project. Bij een prestatiegericht bestek met meetbare criteria en beoordeling van prijzen op een benadering met Lifecycle costs (LCC) komt dat het best tot zijn recht.

Infrastructurele werken vergen voor goed functioneren veel energie. Signaleringen en regelingen, bewaking, communicatie, zuivering, waterkering, verwarming van installaties en technische gebouwen, verlichting van wegen en complexen, allemaal energievreters. Uit onderzoek van het Projectbureau Energiebesparing GWW, een samenwerkingsverband tussen Rijkswaterstaat en Novem, is komen vast te staan dat een aanzienlijke besparing op energie en op energiekosten mogelijk is bij het beheer en het onderhoud van kunstwerken en installaties.

O. Jobse van Projectbureau Energiebesparing GWW is ervan overtuigd dat in het aanbestedingstraject de basis al is te leggen van toekomstige energiebesparing. Binnen Rijkswaterstaat bijvoorbeeld wordt gewerkt aan het project voor de installaties die bij de nieuwe A73 nodig zijn. Die installaties zijn uit het RAW-bestek gehaald dat momenteel wordt gerealiseerd.
“We willen proberen de installaties op prestatiebasis aan te besteden. De inschrijvingen zullen dan ook op energiebesparing worden bekeken. Het civiele werk is al aanbesteed. Het voorontwerp voor de installaties hebben we natuurlijk al. Omdat we later aanbesteden kunnen we ook eisen stellen die zijn afgestemd op de laatste stand van de techniek”, aldus Jobse. Hij denkt dat bij de aanbesteding de laagste prijs niet het allesbepalende criterium moet zijn voor gunning. Met een LCC-benadering is ook het energiegebruik in de onderhoudsperiode in de afwegingen mee te nemen. De vraag blijft echter hoe dat goed in een contract te gieten is. Rijkswaterstaat is nu aan bezig aan het werken aan een beheersbaar en meetbaar contract.
Het projectbureau Energiebesparing GWW streeft naar zo’n aanpak bij het project voor de verdiepte ligging en de tunnel voor de A73 bij Swalmen. Daar zal het bijvoorbeeld gaan om de energieprestatie bij de verlichting. Over de aantoonbaarheid wordt nu overleg gevoerd met Philips Lighting BV. Rijkswaterstaat denkt aan een prestatiecontract met bonus/malusregelingen. Dat is niet eenvoudig en het vergt nog het nodige overleg met de markt.
Dat nu met Philips wordt overlegd moet in dit verband worden gezien. Philips heeft al eerder aangegeven niet langer alleen als gloeilampenleverancier te willen optreden, maar meer als leverancier van complete verlichtingsconcepten en –plannen. Als uit het overleg een goede manier komt om een en ander duidelijk in enige contractvorm te vatten, betekent dat niet dat Philips automatisch een contract krijgt. Is er iets te vergeven dan kan de hele markt meedingen mits men uiteraard aan de eisen voldoet, stelt Jobse.
Als voorbeeld van een aanbesteding die energiebesparing kan opleveren noemt Jobse een groot onderhoudsproject voor het Gemaal Leemans bij Den Oever. Het gaat om een project dat net voor de eeuwwisseling is aanbesteed en gerealiseerd. Het is volgens Jobse tot nu toe nog het meest aansprekende voorbeeld dat het projectbureau kan aandragen in de hoop dat anderen de aanpak gaan toepassen die op dat werk is gevolgd.

Splitsen aanbesteding
Het groot-onderhoudsbestek van het gemaal Leemans in Den Oever is aanbesteed in twee delen: een RAW bestek voor de civieltechnische constructies en een ‘design and construct’ deel voor pompen, aandrijvingen en leidingwerk. Doel van de splitsing was te komen tot optimalisatie van de exploitatiekosten in de beheerfase.
Alhoewel het project inmiddels al ruim vijf jaar is opgeleverd aan het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier is de weerslag van het streven naar energiebesparing op de wijze van aanbesteden nu nog steeds actueel.
“Vaak lijkt het er tegenwoordig op dat opdrachtgevers met volledige D+C-bestekken hun eigen verantwoordelijkheid steeds meer bij de aannemer willen leggen. De meeste aannemers hebben geen ontwerpcapaciteit en moeten voor specialistisch ontwerpwerk ook weer bij derden te rade. Het is daarom vaak beter het werk te splitsen in een deel D+C op prestatie en de rest op een gewoon RAW-bestek”, stelt ir. F.de Haan van Ingenieursbureau De Marne. Hij is destijds als projectleider betrokken geweest bij het voorbereiden van de aanbesteding van het onderhoudswerk aan het gemaal.
De energie-efficiency heeft bij de het project vooropgestaan. De Haan benadrukt dat een en ander goed meetbaar en aantoonbaar moet zijn. Dat is van belang omdat er al snel een regeling wordt gehanteerd waarbij een leverancier een duurder apparaat of systeem mag leveren, mits de meerkosten worden terugverdiend door besparingen op energiekosten. Voor het gemaal is een rendementseis voor het energieverbruik van de pompen gesteld met een te leveren garantie door de leverancier.
De pompleverancier heeft zelf binnen zijn D+C contract aandrijvingen bij zijn pompen voorzien om het water ook nog eens 1100 meter verder weg te kunnen afvoeren. Om de bemalingscapaciteit van 12,2 kubieke meter per seconde te halen zijn vier pompsystemen geïnstalleerd: twee van 250 kilowatt en twee van 450 kilowatt.

Selectie
Om de rendementen bij oplevering goed te kunnen meten zijn extra kosten gemaakt. In het ontwerp zijn namelijk vier ultrasone debietmeters opgenomen.
“Normaal zitten die nooit in een gemaal, want ze zijn nogal duur: toentertijd circa 15.000 euro per stuk. Zestigduizend euro investeren om een contract af te kunnen nemen is niet niks. Maar dat was nodig om op eenduidige manier te kunnen meten. Met een boeteregeling voor het overschrijden van het minimaal vereiste rendement van het systeem is dan alles contractueel in orde gebracht”, aldus De Haan.
Een van de lessen van de aanpak bij het Gemaal Leemans is dat bij het vooropzetten van energiebesparing de onderdelen die verantwoordelijk zijn voor het grootste energieverbruik uit een hoofdbestek moeten worden gehaald. Die worden vervolgens onderhands op prestatie aanbesteed.
Na selectie op prijs en kwaliteit worden de voorzieningen vervolgens als aparte bijlage met voorgeschreven onderaannemer toegevoegd aan het hoofdbestek. Betaling vindt plaats als doelstelposten in het hoofdbestek.
Build for Life