Na een uitzonderlijk lange winter begin 2010, enkele uitzonderlijk natte maanden in de zomer en het najaar van 2010, een bijzonder vroege winter eind 2010 hebben de meeste bouwbedrijven nu ook de start van 2011 gemist door een bijzonder natte maand januari. Elke bijkomende dag onwerkbaar weer is nu rampzalig voor de bouw. Steeds meer bouwcontracten worden uitgedrukt in kalenderdagen in plaats van in werkdagen. Dit betekent dat de werken voor een bepaalde datum af moeten zijn. Door het aanhoudend slechte weer dreigen daardoor zware boetes. Die komen bovenop de zware verliezen bij de bouwbedrijven doordat hun vaste kosten doorlopen terwijl ze geen prestaties kunnen aanrekenen. De Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) pleit bij de opdrachtgevers voor een verlenging van de uitvoeringstermijnen.
Voor de eerste 24 dagen van januari is er al meer neerslag dan gemiddeld voor gans de maand januari. En vandaag valt er weer heel wat regen. Een groot aantal bouwbedrijven (plaatsers van hellende en platte daken, wegenbouwers, ruwbouwbedrijven enz.) zijn er omwille van het regenweer nauwelijks in geslaagd de werkzaamheden te hervatten terwijl de bouwwerken vorig jaar vanaf 27 november hebben stilgelegen omwille van sneeuw en vorst. Nog voor de kerstvakantie zat de bouw in Vlaanderen omwille van sneeuw en vorst al aan een winterverletperiode van 20 à 21 dagen (voor West- en Oost-Vlaanderen) tot 24 dagen (in Limburg). Dit is al meer dan het gemiddeld aantal dagen winterverlet voor gans een winter tijdens de laatste twee decennia.
De vele dagen winterverlet van november en december 2010 kwamen bovenop de uitzonderlijk lange winterverletperiode van januari en februari 2010. Vervolgens kregen de bouwbedrijven in de zomer en het najaar af te rekenen met drie zeer abnormaal natte maanden. Zowel de maand november als de maand september werd door het KMI (Koninklijk Meteorologisch Instituut) op basis van het neerslagtotaal als zeer abnormaal nat beschouwd, de maand augustus zelfs als uitzonderlijk nat. Ook te natte bouwgronden en daken kunnen de werken onmogelijk maken.
Een belangrijk probleem is dat de uitvoeringstermijnen van de bouwwerken almaar vaker worden uitgedrukt in kalenderdagen in plaats van in werkdagen. Vroeger werden bijna alleen voor de bouw van sociale woningen uitvoeringstermijnen in kalenderdagen toegepast. Op dit ogenblik worden uitvoeringstermijnen in kalenderdagen ook toegepast bij projecten die worden uitgevoerd via PPS (publiek-private samenwerking). Bij PPS-projecten betaalt de overheid beschikbaarheidsvergoedingen naarmate een project of infrastructuur beschikbaar komt voor gebruik. Als door het aanhoudend slechte weer de beschikbaarheidsdatum verschuift, moeten de financiers langer op hun vergoedingen wachten. Bouwbedrijven worden daardoor sterk onder druk gezet om zo snel mogelijk weer op te starten. Ook de uitvoering van reguliere wegenwerken (zonder PPS) wordt nu vaker dan voorheen in kalenderdagen uitgedrukt.
Dat de bouwbedrijven hun bouwplaats zo lang moeten stilleggen, betekent ook een belangrijk verlies aan omzet. Tijdens de maanden dat zij stilliggen, moeten zij vaste kosten doorbetalen, onder meer aan huurlasten voor gebouwen en materieel, verzekeringspremies, lonen van bedienden, rentelasten enz. Bij wegenbouwbedrijven lopen de vaste kosten door het kostelijke en uitgebreide machinepark zwaar door. Voor grote bedrijven met een belangrijke bovenbouw aan bedienden lopen deze vaste kosten op tot maar liefst 50.000 euro per dag. Voor gans de sector kan het verlies op ongeveer 10 miljoen euro per dag worden geraamd. Het belangrijk verlies aan omzet omwille van het slechte weer tast dus in aanzienlijke mate het bedrijfsresultaat aan.
Meest gelezen
- Bouw & Wonen Partners:
