Nieuwbouw

Sociaal huis in Wichelen wordt vandaag geopend

In 2005 werd door de gemeente Wichelen de beslissing genomen om hun diensten samen met die van het OCMW in een gemeenschappelijk gebouw onder te brengen. Dit idee was een vrij nieuw concept in Vlaanderen met een vrij simpele redenering, nl. het creëren van een dienstencentrum waar de burger voor alle administratieve zaken erecht kan, m.a.w. een ‘sociaal, open huis’. Het basisidee voor een samenvoeging had ook nog andere voordelen. Beide instellingen kampten met een acuut plaatsgebrek en hadden de dringende behoefte om uit te kijken naar een nieuw en ruimer gebouw dat voldeed aan de meest moderne technieken. Door samen te ‘bouwen’ kon het project op een effi ciëntere, en dus meer kostenbesparende manier gerealiseerd worden. Beiden kunnen samen gebruik maken van eenzelfde infrastructuur. Ook de gezamelijke uitbating zal een aanzienlijke winst opleveren.

Het ontwerp

We onderscheiden twee duidelijke volumes: een transparant en open gelijkvloers in glas en een eerder gesloten volume in baksteen op verdieping +1 en +2.

Het gebouw staat ietwat teruggetrokken t.o.v. de straat om de grote impact ervan t.o.v. de omliggende bebouwing wat te breken. Het gelijkvloers wordt opgevat als een glazen doos dat onder het massieve gebouw geschoven wordt. Op die manier wordt het volume verenigd met z’n ligging in een ‘parkzone’ en bekomen we een heel uitnodigend karakter, wat volledig strookt met de fi losofi e van een ‘open huis’. Het gelijkvloers omvat alle publieke functies, met name de baliediensten en de bibliotheek.

De balies worden gegroepeerd rond een centrale patio, waar daglicht tot middenin het gebouw naar binnen treedt. Door de verschillende diensten met heldere kleurcodes en aangepast meubilair aan te duiden, krijgen we een transparant en fris dienstencentrum. In die ‘open’ zone worden tevens een aantal wachtzones, infozuilen, … aangebracht.

Een centrale inkomzone met middenin een monumentale trap leidt naar het bovengelegen semi-publieke deel van het gebouw. Het bovengelegen volume huisvest over twee verdiepingen aan de ene zijde de minder publieke delen van de gemeente, aan de andere zijde die van het OCMW. De eerste verdieping omvat de administratieve functies, de tweede de bestuurlijke functies. Beide zones worden d.m.v. de monumentale trap en een aantal gemeenschappelijke ruimtes van elkaar gescheiden, zonder de eenheid van het gebouw te verliezen. Alle kantoren worden gegroepeerd rond een centrale gang, met o.m. wachtzones en sanitair.

Op de tweede verdieping vinden we centraal de raadzaal. Er werd bewust gekozen om de raadzaal op een zeer prominente wijze deel te laten uitmaken van het gebouw. Het volledig glazen volume straalt een en al openheid uit. Van buitenuit kan de toevallige passant mee genieten van de ‘openheid van bestuur’, van binnenuit kan de gebruiker optimaal genieten van het zicht over de gemeente. Het volume vormt een soort ‘statement’.

Naast de raadzaal zijn twee ruime terrassen voorzien, die een aangenaam zicht hebben op de Schelde-oevers, en ook een extra cachet geven aan het gebouw. De terrassen vormen het verlengde van de binnenruimtes en kunnen gebruikt worden voor recepties en andere evenementen.

De materiaalkeuze wordt getypeerd door soberheid. Het hoofdvolume is voorzien van een bruin genuanceerde gevelsteen. Het gelijkvloerse volume wordt heel transparant gehouden en bestaat uit glas en aluminium schrijnwerk. De glaspanelen worden op een vrij willekeurige manier afgewisseld met roosters in hetzelfde kleur van de ramen die zorgen voor de privacy van de achtergelegen lokalen. Vóór de gevel wordt een lamellenrooster geplaatst datdienst doet als zonnewering.

Duurzaamheid

De bouwheer was vragende partij om een extra inspanning te leveren inzake duurzaam bouwen. Dit uitte zich o.m. in een goedgekozen en duurzaam materiaalgebruik: verbeterde isolatie van gevels, daken en vloeren en isolerende beglazing over het ganse gebouw, het gebruik van groendaken, ...

Het neusje van de zalm is echter de keuze van het bestuur om bij het verwarmen en koelen van het gebouw gebruik te maken van een grondbuis.

Naast en achter het gebouw werden op 3m diepte 3 grote buizen geplaatst over een totale lengte van ongeveer 250m. Het principe is vrij simpel: de gemiddelde temperatuur van de grond op die diepte bedraagt ongeveer 10°C. In de zomer wordt de warme buitenlucht door de buis gestuurd, de warme lucht koelt af door de koelte van de ondergrond en levert ons een gratis koeling op. In de winter gebeurt het omgekeerde en wordt koude buitenlucht deels voorverwarmd tot 10°C.

Op termijn levert dit een aanzienlijke energiebesparing op en een kwaliteitsvolle meerwaarde. Als hierdoor een airco kan worden vermeden zijn de mindere investeringskost en maandelijkse facturen aanzienlijk, zo ook de milieuwinst.