Uit het loonkloofrapport dat de Expertengroep Concurrentievermogen en Werkgelegenheid (EGCW) in opdracht van de regering maakte, blijkt dat de Belgische bouwvakker competitiever is dan zijn Nederlandse, Duitse en Franse collega’s. De arbeidskosten liggen in België wel hoger maar dat geldt ook voor de productiviteit. Een werknemer die veel kost maar ook meer dan gemiddeld produceert, is eigenlijk minder duur dan op het eerste gezicht lijkt.
Bouwunie en UNIZO zijn niet verwonderd over deze resultaten. Het is al langer geweten dat de productiviteit van de Belgische bouwvakker hoog ligt. Net zoals bekend is dat de Nederlandse, Franse en Duitse bouwvakkers zeker zo duur zijn, omdat ze een gelijkwaardige hoge sociale bescherming genieten.
De Belgische bouwsector ondervindt dan ook geen concurrentienadeel ten aanzien van de bouwbedrijven uit deze drie buurlanden.
De bouw heeft wél serieus te lijden onder de concurrentie van Midden- en Oost-Europese bouwvakkers, van Nederlandse ZZP’ers (zelfstandigen zonder personeel) en van buitenlanders die hier via allerlei schimmige constructies aan het werk zijn. Zij zijn veel goedkoper dan de Belgische werknemers. Een Belgisch bouwbedrijf met eigen werknemers prijst zichzelf uit de markt.
Het zou dan ook niet ernstig zijn, en al zeker niet getuigen van enige realiteitszin, mocht de regering dit rapport aangrijpen om het uitzonderingsregime bij de gelijkschakeling van het arbeiders- en bediendenstatuut voor de tijdelijke en mobiele bouwplaatsen af te schieten.
Ook interessant
Meest gelezen
- Bouw & Wonen Partners:
