Algemeen

Integrale milieuvoorwaarden voor houtbewerkingsbedrijven

Bouwunie tevreden met integrale milieuvoorwaarden voor kmo-schrijnwerkerijen “Integrale milieuvoorwaarden verminderen rompslomp voor 3.500 bedrijven” De Vlaamse regering voert vandaag “integrale milieuvoorwaarden” in voor houtbewerkingsbedrijven. Bouwunie, de bij Unizo aangesloten Unie van het KMO-bouwbedrijf, is tevreden met de uiteindelijke realisatie van de al in het Vlaamse regeerakkoord van 1999 aangekondigde maatregel. Het nieuwe principe betekent een forse administratieve vereenvoudiging voor de betrokken ondernemers.

Die moeten niet langer de rompslomp voor het aanvragen van een milieuvergunning doorlopen, een melding aan de gemeente volstaat. Bovendien zijn de integrale milieuvoorwaarden gebruiksvriendelijker, bieden ze de schrijnwerker meer rechtszekerheid en leveren ze meer milieuwinst op. De Raad van State buigt zich nu over het ontwerp. Daarna moet het, in goed overleg met de sector, snel in werking treden, aldus Bouwunie.

De invoering van integrale milieuvoorwaarden speelt in op een jarenlange vraag van Bouwunie en Unizo: de vergunningsplicht voor kmo’s met beperkte milieu-impact vervangen door een meldingsplicht gekoppeld aan specifieke te realiseren milieuvoorwaarden om zo de administratieve rompslomp voor kmo’s gevoelig te doen dalen. Bouwunie en Unizo hebben trouwens actief meegewerkt aan het doelgroepenoverleg dat de invoering van de integrale milieuvoorwaarden voorafging.

Houtbewerkingsbedrijven waarvan de activiteiten bepaalde limietwaarden niet langer overschrijden zullen door de invoering van het systeem van integrale milieuvoorwaarden niet langer de rompslomp voor het aanvragen van een milieuvergunning moeten doorlopen. Een meldingsplicht bij de gemeente volstaat. De limietwaarden zijn opgesteld voor een aantal milieubelastende elementen in een houtbewerkingsbedrijf. Hiertoe behoren onder meer het geïnstalleerde vermogen, de voorraad hout, de opslagplaatsen voor verduurzamings- en afwerkingsproducten en de opslag van milieugevaarlijke stoffen. Het ontwerp legt strengere limietwaarden op voor schrijnwerkerijen die in woongebieden liggen dan voor schrijnwerkerijen in een industriegebied.

Bovendien moeten de betrokken bedrijven nu niet langer de ongeveer 1.400 pagina’s dikke VLAREM doorlopen om te weten welke milieuvoorwaarden zij dienen te respeceteren. Deze bedrijven zullen een pakket van integrale voorwaarden moeten naleven die nu allemaal gebundeld zijn in één hoofdstuk van het VLAREM.

Het opleggen van integrale milieuvoorwaarden is niet alleen een belangrijke administratieve vereenvoudiging. Het is ook een veel betere zaak voor het milieu. De milieuvoorwaarden versoepelen immers niet, ze worden wel beter begrijpelijk, toepasbaar en handhaafbaar dan de vergelijkbare VLAREM II-voorwaarden. Bovendien spelen ze beter in op de realiteit in de sector (huidige technieken en evoluties). De schrijnwerker weet precies wat hij moet doen om correct te werken en krijgt daardoor meer rechtszekeheid. De overheid kan correcter controle uitvoeren.

Zo’n 3.500 houtbewerkingsbedrijven kunnen op termijn onder deze maatregel vallen.
Build for Life