Hoge huizenprijzen kan nieuwe crisis veroorzaken

De huizenprijzen zijn veel te hoog. Dat geldt niet alleen voor België maar ook voor Australië, Canada, Noorwegen en Zweden. Dat blijkt uit een nieuwe analyse van het Internationaal Monetair Fonds waarin zij de huizenprijzen in een reeks landen met de niveaus van inkomens en van de kosten van huurhuizen met elkaar heeft vergeleken. Als de beleidsmakers geen maatregelen treffen, dreigt er een nieuwe crisis op de huizenmarkt, met alle gevolgen van dien.

De financiële crisis van 2008 en de daaropvolgende recessie zetten huizenprijzen wereldwijd onder druk, maar de afgelopen twee jaar zijn ze weer gestegen. "In sommige gevallen gaat het om een herstel na een scherpe correctie", zegt IMF-bestuurder Min Zhu. "In andere landen werd een stijgende lijn doorgezet, die alleen even werd gematigd tijdens de grote recessie."

Beleidsmakers moeten maatregelen nemen

Volgens de huizenindex van het IMF lagen de huizenprijzen eind vorig jaar gemiddeld ruim drie procent hoger dan een jaar eerder. De sterkste stijging vond plaats in opkomende economieën als China, Brazilië en de Filipijnen. In de zuidelijke eurolanden, India, Rusland en Nederland daalden de prijzen het afgelopen jaar dan weer het hardst.

Om een nieuwe crisis op de huizenmarkt te voorkomen, moeten beleidsmakers maatregelen nemen, zegt het IMF. De bedragen die huizenkopers kunnen lenen ten opzichte van de waarde van het huis moeten beperkt kunnen worden. Ook moeten er strenge eisen worden gesteld aan het kapitaal dat banken moeten aanhouden ten opzichte van hun hypotheken. Daarnaast zouden centrale banken meer rekening moeten houden met ontwikkelingen op de huizenmarkt bij het bepalen van hun renteniveaus.