Groene energie dan toch niet zo groen als gedacht

Groene stroom is niet altijd zo milieuvriendelijk als door de producenten wordt beweerd. Tot die conclusie komen milieuorganisatie Greenpeace en consumentenorganisatie Test-Aankoop. Wie als consument voor een groen tarief kiest, is niet zeker dat zijn geld ook in hernieuwbare energie geïnvesteerd wordt.

In 2009 werd tot 40 procent van de verkochte energie als groen aangekondigd, terwijl de productie van groene stroom in België beperkt bleef tot 6 procent. "Het geld dat de consumenten uitgeven aan groene contracten, blijkt in de praktijk te gaan naar investeringen in vervuilende energie", merkt Michel Peremans van Greenpeace op.

Greenpeace en Test-Aankoop benadrukken dat het Europese systeem van "garantie van oorsprong", waarbij de leverancier een groen label krijgt als zijn stroom ook werkelijk groen is, niet werkt. "In de praktijk koopt de leverancier een groen kleurtje", luidt het. Uiteindelijk gaat minder dan 1 procent van de groene energiefactuur naar de garanties van oorsprong.

Consumenten kunnen wel de productie van groene energie stimuleren via hun keuze voor een stroomleverancier. Kleine leveranciers investeren meer in groene energie. Greenpeace en Test-Aankoop stelden een lijst op van leveranciers die 100 procent groene productie hebben opgebouwd, daartoe behoren Ecopower, Energie 2030 en Wase Wind. Electrabel, Luminus, Nuon en Essent zijn dan weer "geen waardige keuzemogelijkheden voor de consument die oog heeft voor het milieu".