Algemeen

Geheime tuinen in Brugge

Geheime tuinen in Brugge
Onder het motto 'Een tuin is meer dan er staat' worden tijdens de Open Monumentenweek 2002 in Brugge op zaterdag en zondag 7 en 8 september, op woensdag 11 september en tijdens het weekend van 14 en 15 september meer dan 40 privé-tuinen opengesteld voor het publiek. Het is een unieke kans om een aantal bijzondere tuinen in en om Brugge, die normaal nooit geopend zijn, te bezoeken.

Tenzij anders vermeld zijn de tuinen op zondag te bezoeken van 10 tot 12 en van 14 tot 17u en op zaterdag en woensdag 11 september van 14 to 17u

Een overzicht
- Begijnhof. De tuin van het monasterium de Wijngaard waar een bloementuin, een moestuin en zelfs een boomgaard verborgen liggen achter hoge bakstenen muren.

- Vuldersreiproject. Een project van kunstenaar Pierre Goetinck waarbij de bezoeker vanop een wandelbrug in stellingmateriaal toegang krijgt tot de tuinen en binnenkoeren langs de historische en ingekokerde Vuldersrei. Alleen van 14 tot 18u.

- Blekersstraat. De tuin van het voormalige herenhuis De Meyer werd ontworpen door André Van Wassenhove. De plantvakken zijn aangelegd op een lengteas die ondersteund wordt door een langgerekte vijver en de symmetrie van de gevels benadrukt. Hagen en geleide druivelaars creëren een verrassende ruimtelijke structuur. Niet op woensdag.

- Burg 3. De statige tuin bij de residentie van de gouverneur wordt gedomineerd door een monumentale treurbeuk. De tuin werd gerenoveerd naar het ontwerp van de bekende tuinarchitect J.Wirtz met strak gesnoeide hagen van haagbeuk en taxus en met wilde wingerd aan de gevel van het neogotische Provinciaal Hof.

- Elf-Julistraat 48, het kleinste tuintje van Brugge aangelegd naar een ontwerp van Piet Blanckaert.

- Ezelstraat 33. De grote tuin van het voormalige huis Maertens uit 1990 is het werk van André Van Wassenhove die zorgde voor een bijzondere ruimtelijke werking dank zij de geterrasseerde aanleg van gazons en de bloeiende borders onder imposante bomen. Niet op woensdag.

- Hoogstraat 28. Het monumentale classicistische herenhuis Empire met het fraaie theehuis werden in 1822-1826 gebouwd. De geometrische bloemenperken zijn op twee assen opgebouwd, afgezoomd met buxushaagjes en afgewerkt met een randbeplanting en enkele solitaire heesters.

- Hugo Verrieststraat naast nr.19. Bij deze pretentieloze maar sfeervolle tuin hoort een prachtig 16de-eeuws woonhuis, dat bestaat uit drie bouwvolumes. Net als bij het nabijgelegen geboortehuis van Guido Gezelle, maakte dit perceel in de 15de eeuw deel uit van het domein van de familie Adornes. De bewoners dragen zelf zorg voor de ruime tuin om de authenticiteit van de plek te bewaren. Ze koesteren er oude tuinornamenten en pogen zoveel als mogelijk de oorspronkelijke rozenvariëteiten in stand te houden of opnieuw aan te planten.

- Langerei 66. De structuur van de grote tuin is het werk van Paul Deroose, de beplanting van André Van Wassenhove. Dank zij een perfecte ruimtelijke compositie, een afgewogen inplanting van waardevolle solitaire heesters en bomen, is hier een tuin met een tijdloos karakter en een wonderlijke rust ontstaan. De waterpartij is bijzonder attractief.

- Nieuwe Gentweg 8-32. Het 17de-eeuwse godshuis De Muelenaere is één van de aantrekkelijke sites in de binnenstad. De vierentwintigen zoals dit beluik wel eens wordt genoemd, zijn aan weerszijden van de fraaie, romantische godshuistuin gelegen. De nu gemeenschappelijke tuin van beide godshuiscomplexen is in 2001 aangelegd naar het ontwerp van tuinarchitect Karel De Smet. De oorspronkelijke structuren van de binnentuin werden daarbij nauwgezet gerespecteerd; de indeling werd iets strakker door het gebruik van hagen die nu de plantvakken omzomen. Oorspronkelijk lagen binnen de paden enkel grasveldjes die als bleekweiden voor het wasgoed gebruikt werden.

- Oude Burg 21. Op het einde van de tuin, aan de Dijver, staat een prachtig 18de-eeuws tuinhuis. De tuin werd na de restauratie van het huis en het tuinhuis in 1995 nieuw aangelegd naar het ontwerp van Paul Deroose. Het is een formele tuin naar 18de-eeuws model in overeenstemming met de architectuur van de oranjerie. Twee gesnoeide loofgangen in haagbeuk onderlijnen het perspectivisch zicht op de oranjerie en schermen de aanpalende gebouwen af van de grote centrale broderie in buxus met schelpmotieven.

- Rolweg 64. Geboortehuis en tuin van Guido Gezelle. Net zoals Hugo Verrieststraat naast nr. 19 maakte dit perceel in de 15de eeuw deel uit van het domein van de familie Adornes. Nu is het gebouw ingericht als museum voor de Vlaamse dichter. De Stedelijke Groendienst plantte in de tuin na 1925 een grote verscheidenheid van boomsoorten aan die een aanvulling vormde op de bomen van de oorspronkelijke boomgaard.

- Sterstraat z.n. Op het einde van de ommuurde tuin van een woning in de Gouden Handstraat bevindt zich een laat-18de-eeuws tuinhuis. De grote stadstuin met een uniek zicht op de Sint-Gilliskerk is uitsluitend bereikbaar via een poortje in de Sterstraat.

- Sint-Annarei 12. De grote tuin ligt verborgen achter een complex woonhuis dat uit meerdere bouwvleugels bestaat. De oudste bouwfase klimt op tot de 16de eeuw. De grootste verrassing voor de bezoeker is de omvang van de tuin midden in het oude stadscentrum. Alleen op 7 en 8 september.

- Sint-Clarastraat 41. Vanuit deze tuin krijgt de bezoeker een prachtig uitzicht op de neogotische gevels van de Rijksnormaalschool. Eigenaar-tuinarchitect Jan Swimberghe tekende een tuin bestaande uit vier in elkaar overgaande, kleine formele ruimten die vooral vanuit de hoger gelegen woonruimte beleefd worden. In deze kleine tuin in het centrum van de stad, omzoomd door hagen en verweven in een net van omliggende stadstuinen met veel heesters en bomen, observeerde de eigenaar meer dan dertig vogelsoorten.

- Sint-Clarastraat tussen 67 en 69. De grote tuin het dominicanessenklooster is een verademing en een ontdekking. De zusters zelf genieten volop van dit stuk waardevol groen erfgoed vanuit de woonruimtes. In de grote tuin zijn enkele sculpturale elementen aanwezig, afkomstig van de 19de-eeuwse kloostergebouwen, met de afbeelding van de H.-Dominicus. Uitsluitend 's namiddags.

- Stijn Streuvelsstraat 3-31. In 1994 werd dit fraaie 20ste-eeuwse godshuiscomplex gerestaureerd. Aansluitend op de restauratie van de woningen werden ook de tuinen heraangelegd. De fruitbomen van de boomgaard, die het complex van de ongehuwde vrouwen scheidde van dat van de weduwen, zijn op één na alle afgestorven en verdwenen. De waardevolle buxusplanten konden gelukkig bewaard blijven, en werden in de nieuwe aanleg geïntegreerd. Vooral de exemplaren in de tuin palend aan de Stijn Streuvelsstraat vallen op.

- Westmeers 100. De tuin werd in formele stijl aangelegd, aanleunend bij de 17de-eeuwse tuinarchitectuur. De verschillende compartimenten van de geterrasseerde tuin bieden de ruimte voor de passies van beide bewoners: voor zowel snijbloemen en kleinfruit als voor hedendaags beeldhouwwerk.

- Witteleertouwersstraat 17. Via de natuurstenen tudorboogpoort van een voorgebouw aan de straatkant bereikt men een verrassende binnenkoer. Op zaterdag alleen in de namiddag.

- Zwarteleertouwersstraat 68-82. Na de restauratie van de kapel en de eenlaagshuisjes in 1997 verloor de binnentuin haar authentieke karakter: de bleekweide en de individuele moestuintjes werden vervangen door een hedendaagse aanleg met hagenstructuren en sobere beplanting

- Assebroek, Kleine Kerkhofstraat 72. Privé-tuin van de vorige week overleden tuinarchitect André Van Wassenhove. De voortuin bestaat uit een ingewikkeld en ingenieus patroon van buxushaagjes en buxusblokken waartussen een rijke collectie vaak bijzondere vaste planten, struiken en bomen groeien. Naast de woning liggen een kleine bollenweide, een vijvertuin met twee terrassen en daarachter situeert zich de grote collectietuin waar sinds jaren wordt geëxperimenteerd met vaste planten, struiken en bomen.

- Sint-Andries, Dopheidestraat 7. Recente privétuin van landschapsarchitect Piet Blanckaert. De inplanting van het huis werd bepaald in functie van het behoud van een nat elzenbosje en een gracht, die door de aanplanting van wintergroene iris, hosta en muizenoortje een verrassend entree vormt naar de rest van de tuin. In de siertuin zijn verschillende tuinkamers uitgebouwd die verbonden zijn door assen waarop bloemenborders werden geënt.

- Sint-Andries, Grote Ede 18. In deze tuin verwijzen enkele oude fruitbomen naar de oude boomgaard bij een verdwenen kasteel waarvan de omliggende gronden tussen 1960-1970 werden verkaveld. De eenvoudige architectuur van de woning vormt een eenheid met deze van de tuin. Niettegenstaande het perceel qua vorm en ligging complex is, werden op een originele wijze perspectieven gecreëerd.

- Sint-Andries, Sint-Baafstraat 14. De kruin van een imposante honderdjarige beuk in een rustige woonwijk, niet ver van de oude binnenstad, trekt de aandacht op een private tuin met de afmetingen en de allure van een park. De tuin was meer dan twintig jaar verwaarloosd en werd op initiatief van de huidige eigenaars naar een ontwerp van Van Wassenhove omgevormd tot een hedendaagse tuin met een waardevol sortiment van bloeiende planten en heesters en vele minutieus geschoren hagen en snoeivormen.

- Sint-Andries, Zeeweg 69. Het basisconcept van de tuin werd in 1973 getekend door tuinarchitect Paul Deroose. Met een formeel lijnenspel van hoge hagen en een eigentijdse interpretatie van de ‘giardino segreto’ wist hij onder meer het hoogteverschil tussen rooilijn en woning onopvallend en origineel op te vangen. Als uitloper van het terras is een labyrintisch opgebouwde beplanting met strak geschoren buxus uitgewerkt, en even verderop vormt een vaste plantenborder voor een in toom gehouden kleuraccent. Van Wassenhove ontwierp de ruime entree tot de woning met een sterk ritmisch opgebouwde beplanting.

- Sint-Andries, Zeeweg 73. Tuin bij de privé-woning van de Brugse architect Arthur Degeyter. De ruime tuin past perfect bij de strakke, modernistische woning en de omgeving, een open ruimte in het bos. Degeyter concipieerde deze tuin in overleg met tuinarchitect Paul Deroose. Basisidee was dat de tuin vanuit de woonvertrekken op de eerste verdieping moest worden bekeken. De tuin bestaat uit grote cirkels en ovalen van taxushagen die zich over het terrein bewegen in een schijnbaar willekeurige orde, maar die zich bij nader toezien feilloos aansluiten bij de vele grachtjes die het terrein doorkruisen. Elke ruimte kreeg een verschillende invulling met bloemen, groenten, fruit of gras. Degeyter ontpopte zich tot een begenadigd topiarius en heeft zijn hagen op een meesterlijke manier gedecoreerd met de meest vreemde snoeivormen.

- Sint-Michiels , Heidelbergstraat 78. Het 19de-eeuws kasteeldomein Leyselebeke met vijver en eeuwenoude bomen biedt afwisselend zichten en perspectieven op open grasvelden, waterpartijen en bosquets. Aan de voet van het kasteel werd recent door de nieuwe eigenaars een formele parterre aangelegd. Voor de overige delen van het kasteelpark worden bestemmingen in een hedendaagse context gezocht. Voor de allerkleinsten werd bijvoorbeeld een kabouterhoek ingericht.

- Sint-Michiels , Lorkendreef 11. De ‘Lochting’ bestaat uit een fraai woonhuis en een tuin, beide in 1979 ontworpen door respectievelijk architect Degeyter en landschapsarchitect Paul Deroose. De tuin heeft als kern een formele besloten tuin omgeven door een taxushaag, een gevel van het huis en een zogenaamde ‘gothic avenue’, een tunnel van beuken. Vooraan en wat lager gelegen situeert zich een klein grasveld met enkele notelaars, dat aan de kant van de straat afgesloten is met een hulsthaag. Op zaterdag alleen in de namiddag. Alleen op 7 en 8 september.

- Sint-Michiels, Nachtegalendreef 28. De ruime tuin werd vanaf 1982 in verschillende fasen aangelegd naar het ontwerp van tuinarchitect Van Wassenhove. Hij bouwde volgens een formeel schema enkele door hagen omsloten tuinkamers uit. In een perfecte verhouding tussen ‘openheid’ en ‘geborgenheid’ ontstond een rustige tuin met een watertuin, een verzameltuin, een bosquet en een ruim gazon met boomgaard. Alleen op 7 en 8 september

- Sint-Kruis, Aardenburgseweg 33. De voormalige hovenierswoning uit 1870 die bij het kasteel Polderhoek hoorde wordt nu bewoond door tuinarchitect Van Moffaert. De charmante tuin rond de woning is opgebouwd rond de oorspronkelijke, oude tuinmuur. Die muur en de leilinden geven een passende omsluiting van de inkomtuin, de moestuin en de bloementuin.

- Sint-Kruis, Bisschopsdreef, Kasteelpark Rooigem. Aansluitend op de restauratie van het neerhof en later het kasteel, zal op korte termijn de parkaanleg gerenoveerd worden. Uit een nauwkeurige terreinstudie blijkt alvast dat de ontwerpopdracht een moeilijke evenwichtsoefening wordt tussen het behoud van waardevolle botanische elementen en het zoeken naar integratie en herstel van elementen uit de originele 18de-eeuwse formele parkaanleg en de waarden van de 19de-eeuwse landschappelijke tuin.

- Sint-Kruis, Poldersstraat 23. Bij de woning hoort een sympathieke amateurstuin die mooi harmonieert met de woning. Door het passend gebruik van hagen en beplantingsmassieven bezit de tuin een rustige, ruimtelijke werking.

- Lissewege, Oude Pastoriestraat 5. De tuinvleugel van het gebouw dateert uit de 17de eeuw. Het bezoek aan de tuinvleugel en de ommuurde tuin wordt onmiddellijk gevolgd door een rondleiding in het dorp met aandacht voor waardevolle groene en symbolische elementen. Alleen op 8 en 15 sept om 14u

- Jabbeke, Gistelse Steenweg 341. In een domein van ca. 2 hectare ligt het huis ‘De Vier Winden’, gebouwd in 1928-1929 in opdracht van kunstschilder Constant Permeke. Toen Permeke hier woonde, werd slechts een klein gedeelte van het terrein aangelegd als tuin. Hij is recent gereconstrueerd op basis van oud fotomateriaal, volgens een ontwerp van landschapsarchitect J. Swimberghe. Een nieuwe boomgaard werd aangeplant en het panorama op de achterliggende weiden en boerderijen opnieuw zichtbaar gemaakt.

- Jabbeke, Gistelse Steenweg 539. In de laatste vijfentwintig jaar is het domein uitgegroeid tot een paradijs voor vogels maar ook voor orchideeën bijvoorbeeld. niet op woensdag.

- Jabbeke Stationstraat 166. Privétuin van landschapsarchitect Paul Deroose die zorgde voor een sterke architecturale eenheid tussen de tuin en de woning die uit 1843 dateert. De middenas wordt geflankeerd door twee borders. De muren die naar het zuiden zijn georiënteerd zijn begroeid met druivelaar, vijg, Ceanothus en klimrozen. Daarnaast vindt men er enkele afzonderlijke ruimten voor snijbloemen en kruiden. Verder ligt er een boomgaard met oude appelaars, perelaars en een notelaar, een collectietuin voor heesters en rozen aangelegd, omgeven door een ecologisch beheerd weiland met bosschages en vijver en een grote moestuin met kruiden, kleinfruit en leiperen.

- Oedelem/ Beernem, Bruggestraat 22. Bij een 19de-eeuwse woning in laatclassicistische stijl hoort een jonge tuin, aangelegd door tuinarchitect Chris Ghyselen. De tuinaanleg is opgebouwd op een langgerekte zichtas die vanaf de voortuin, door het huis en een afgesloten terras doorloopt tot in de achterliggende siertuin. Een lineaire waterpartij, strakke hagen en scherp afgelijnde graspartijen contrasteren met de gevarieerde beplantingen en de goed geïntegreerde hoogstammige bomen.

- Oedelem, Tinhoutstraat 36. Tuinarchitect Chris Ghyselen legde bij zijn honderd jaar oude huis een bijzondere tuin aan die in eerste plaats bedoeld is voor zijn eigen familie. De tuin is opgedeeld in een aantal sobere, eenvoudige en vooral kleinere tuinen, waaronder een vijvertuin.

- Loppem/Zedelgem, Stationstraat 18. De grote siertuin werd aangelegd in samenspraak met tuinarchitect Van Wassenhove waarbij de bloemen en bloeiende structuren een belangrijke rol spelen. Niet op 14 en 15 sept

- Oostkamp, Hertsbergestraat 4. Het romantische kasteelpark Erkegem of De Herten werd in het begin van de 20ste eeuw ontworpen door de befaamde Brusselse landschapsarchitect Jules Buyssens. Het uitgestrekte, goed onderhouden domein bestaat uit grasvelden, een mooie vijver, grote heestergroepen en bospartijen. Enkele solitaire bomen of bomengroepen behoren tot de merkwaardigste bomen van België, zoals de grootbladige linde en een valse acacia.

- Oostkerke, Spegelsweg. Het ontwerp van de tuin van het kasteel van Oostkerke is een creatie van de befaamde Nederlandse tuinarchitect Mien Ruys uit de jaren '50. De 14de-eeuwse grondvesten van de vroegere ringmuur en hoektorens werden daarbij blootgelegd, en als tracé van de wandelpaden in de nieuwe tuin geïntegreerd. Rond het huis, op hetzelfde niveau, vormen gesloten tuinen een plantenbastion. Ze zijn afgeschermd door taxushagen die na vijftig jaar een aanzienlijk dikke muur vormen. Van buitenaf lijken deze gesloten tuinen, die enkel via trappen te bereiken zijn, op een groene verdedigingswal die het huis beschut tegen de felle windstoten. Langs de paden die van daaruit in de tuin leiden bewonderen we niet alleen de verschillende bloemenborders in uitgebalanceerde kleurencombinaties en indrukwekkende topiaries, maar voor alles de perfecte harmonie met het prachtige polderlandschap. Alleen op afspraak.

De Zeven Geheime Tuinen wandeling
Naast deze 'open tuinen' kan u zich ook inschrijven voor een begeleide wandeling langs zeven 'geheime tuinen' in de binnenstad die horen bij prachtige oude gebouwen. De adressen worden geheim gehouden omdat de tuinen te klein zijn of omdat men alleen via het huis de tuin kan bereiken. De wandelingen vertrekken aan het beeld ‘Flandria Nostra’ op het Muntplein en eindigen in de tuin van het Huis Arents. Ze duren minstens tweeëneenhalf uur.
De wandelingen vertrekken op zaterdag 7 september om 14u en 14u15; op zondag 8 september om 9u30, 9u45 en 14u en 14u15; op woensdag 11 september om 14u en 14u15; op zaterdag 14 september om 14u en 14u15 en op zondag 15 september om 9u30, 9u45 en 14u en 14u15 (maximum 20 personen per groep).
Vooraf inschrijven is noodzakelijk, en kan op de Stedelijke Dienst voor Monumentenzorg op het telefoonnummer 050/47.23.79 (Lieve Danneels).

Een brochure met alle adressen, de preciese openingsuren en een beschrijving met plan van alle open tuinen is onder meer te koop bij Toerisme Brugge op de Burg en aan de Cultuurbalie in het Concertgebouw.
Build for Life