Algemeen

Asbestverwijdering kan legaal én betaalbaar gebeuren

Gisteren heeft het radioprogramma Peeters & Pichal ophef doen ontstaan over de verwijdering van asbest bij de uitvoering van sloopwerken. De regelgeving is duidelijk. Asbest kan op twee manieren worden verwijderd: niet alleen door erkende asbestverwijderaars maar in heel wat gevallen ook door slopers die daarvoor een specifieke opleiding hebben gevolgd. De slopersfederatie CASO heeft haar leden hierop voorbereid door de organisatie van cursussen. Er zijn dus mogelijkheden genoeg om asbest op een legale én betaalbare wijze te laten verwijderen. CASO en VCB (Vlaamse Confederatie Bouw) roepen opdrachtgevers er dus toe op om asbestverwijdering door professionele bedrijven te laten uitvoeren.

In zeer veel gevallen komt asbest voor in zogenaamde ‘gebonden’ toepassingen. Voorbeelden zijn asbestcementen golfplaten en dakleien, afvoerbuizen en goten in asbestcement. Slopers kunnen deze elementen verwijderen. Hun werknemers moeten dan wel een cursus voor ‘eenvoudige handelingen’ hebben gevolgd. Zij leren daarbij hoe zij veilig met asbest moeten omgaan, bijvoorbeeld dat zij om vezelverspreiding te voorkomen het materiaal moeten bevochtigen of fixeren, de elementen één voor één moeten verwijderen, ze niet mogen breken en ze in een gesloten verpakking moeten opslaan. De beroepsvereniging CASO (Confederatie Bouw van Aannemers van Sloop- en Ontmantelingswerken) organiseert nu geregeld dergelijke cursussen voor de werknemers van haar leden.

Alleen voor asbest in ongebonden toestand, bijvoorbeeld bij plaasterisolatie rond verwarmingsleidingen, moet de opdrachtgever een beroep doen op erkende asbestverwijderaars.

Er bestaan dus voldoende mogelijkheden om asbest op een legale en tegelijk betaalbare wijze te laten verwijderen. Wie (een deel van) zijn huis wil laten slopen, mag niet worden afgeschrikt om hiervoor een professional in te schakelen.

Asbestverwijdering moet altijd op een legale manier gebeuren om gezondheids- en veiligheidsrisico’s te vermijden. De overheid moet opdrachtgevers blijvend sensibiliseren voor het belang van een legale verwijdering. In dit verband is het belangrijk dat opdrachtgevers slopers informeren over al de afvalstoffen die in het te slopen gebouw voorkomen, inclusief de aanwezigheid van het asbest. Dan kan het slopersbedrijf de verwijdering in de beste omstandigheden laten verlopen, zowel voor de opdrachtgever als voor de eigen werknemers.

Voor bepaalde te slopen of te ontmantelen gebouwen is de inventarisering van de afvalstoffen die daarbij kunnen vrijkomen, trouwens een verplichting. Deze verplichting staat ingeschreven in het Vlarem (Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning). De opdrachtgevers moeten daarbij aangeven welke afvalstoffen waar en in welke hoeveelheid aanwezig zijn in het gebouw dat moet worden gesloopt en/of ontmanteld, inclusief gevaarlijke afvalstoffen zoals asbest. De verplichte inventarisering geldt voor de sloop en/of ontmanteling van alle niet-woongebouwen (zoals kantoren en bedrijfsgebouwen) met een volume van meer dan 1.000 m³ waarvoor een stedenbouwkundige vergunning is vereist.

Maar in de realiteit stellen VCB en CASO vast dat deze verplichting nog te weinig wordt nageleefd. Daarom hebben VCB en CASO samen met OVAM (de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij) recentelijk nog een brochure uitgegeven over het selectief slopen en ontmantelen van gebouwen. Tegelijk loopt momenteel een ‘roadshow’ waarbij ambtenaren en studiebureaus over deze sloopinventaris worden geïnformeerd.

Bijkomend stellen VCB en CASO voor de verplichting van een sloopinventaris niet alleen te laten toepassen voor wanneer gebouwen worden gesloopt of ten gronde worden ontmanteld. De verplichting van een sloopinventaris zou moeten gelden voor alle renovatiewerken aan grotere gebouwen.
Build for Life