Afbouwbranche dicht bij consument

De directheid van communiceren met de woonconsument ligt bij bedrijven in het segment afbouw duidelijk een stuk hoger dan bij andere sectoren. Vooral gemeenten kiezen voor een andere informatiebron dan het direct contact. Dat concludeert USP Marketing Consultancy in een recent onderzoek onder meerdere marktpartijen in de bouw.

De dynamiek op de woonmarkt en de demografische ontwikkelingen in Nederland dwingen marktpartijen de continu veranderende woonconsument te blijven volgen. Ook moeten ze na blijven denken over de eigen rol op de woonmarkt. Om in te spelen op de wensen van de woonconsument is een juiste informatievoorziening van groot belang. Informatie over de behoeften van de woon consument is niet alleen noodzakelijk voor de ontwerp- en ontwikkelingsfase, maar ook voor de realisatiefase.

De bronnen waaruit de meeste informatie wordt gehaald door de bouwsector over de wensen van de woonconsument zijn vakbladen en marktonderzoek. Vooral woningbouwcorporaties vertrouwen vaak op een algemeen marktonderzoek of een specifiek onderzoek voor de corporatie zelf om de wensen van consumenten te achterhalen. De afbouwsector, waaronder schilders, glaszetters, timmerlieden en klusbedrijven en anderen vallen, maakt maar weinig gebruik van deze vorm van informatievoorziening. De meeste afbouwers geven aan zich te informeren door direct contact met de consument. Gemeenten hebben daarentegen relatief weinig direct contact. Ook wanneer wordt gekeken op welke wijze de groep afbouw communiceert naar de woonconsumenten valt op dat zij dit vaak direct en persoonlijk doen via het eigen verkoopapparaat. Andere communicatiekanalen die de afbouw gebruikt zijn afnemers en advertenties in kranten.