Algemeen

TU Eindhoven bouwt vrije vorm-paviljoen

Op het grasveld voor het hoofdgebouw van de TU Eindhoven verrijst in oktober een vrije vorm- of blob-paviljoen, uitgevoerd als ‘blowing structure’.

Tientallen studenten van de TU Eindhoven zijn begonnen aan een vrije vorm- of blob-paviljoen, ondersteund door docenten van alle vakgroepen, drie kunstenaars, een aantal bedrijven en de Stichting Kunst en Openbare Ruime (SKOR).

“Dit is een enorme stimulans om onderwijs en onderzoek aan elkaar te koppelen”, vindt J. Post, hoogleraar aan de TU Eindhoven. Hij opende de tentoonstelling ‘Materia’, die ter gelegenheid van het project tot 24 april is te zien in het gebouw Vertigo, het nieuwe onderkomen van de faculteit Bouwkunde.
“Het wordt een gebouwtje van ongeveer 18 x 4 x 4 meter. We gaan het daadwerkelijk bouwen bij de ingang van het hoofdgebouw. Het biedt onderdak aan wisselende kunstenaars in het voor- en najaar en vaste exposities in zomer en winter. Het project is een combinatie van enerzijds wetenschappelijk materiaalonderzoek, anderzijds een architectonisch experiment”, aldus Post.
Traditioneel worden gebouwen uitgevoerd met massa of vakwerken. Sinds het midden van de vorige eeuw zijn nieuwe methoden ontwikkeld, zoals membraan-, kabel- en schaalconstructies. Het zijn vaak gekromde constructies, waarvan de vorm wordt bepaald door de wetten van de mechanica. Het paviljoen in Eindhoven krijgt echter een vrije vorm. Het wordt een ‘blob’, een opgeblazen en gemanipuleerde vorm, die met polymeren wordt verstijfd.

Nieuwe materialen
Niet alleen de vorm van het paviljoen wordt nieuw, ook de materialen zijn nog onbekend. Vast staat wel dat Zeilmakerij Buitink uit Duiven de tentconstructie levert, Polycel uit Panningen zorgt voor de verstijving, Tentech en de TU Delft het doek ‘uitrekenen’ en de aanvraag voor de bouwvergunning opstellen, TNO Industrie een 3D-scan maakt, Oxycom uit Raalte de klimaatinstallatie levert en Kropman uit Nijmegen de overige installaties. Medewerkers van de TU Eindhoven begeleiden het ontwerp en de uitvoering, samen met de kunstenaars Jurgen Bey van de Design Academy Eindhoven, Ronald Cornelissen uit Rotterdam en Gabriel Lester uit Brussel.
Als inleiding hielden J. Wurm van de Universiteit Aken en E. Zijlstra van Materia twee lezingen. Wurm liet zien wat allemaal mogelijk is met vlakglas. Hij vergeleek het met papier of karton, dat ook een zeer lage stijfheid heeft, maar heel stevig kan zijn als het gevouwen is of driedimensionaal aan elkaar gelijmd is. Ook liet hij zien hoe met glas sandwich-structuren te vervaardigen zijn, met aluminium blokjes of polymeer stroken als verbindingsmateriaal. Hij zei in de eerste plaats architect te zijn, maar liet voorbeelden zien van constructieve proeven met nieuwe toepassingen van glas.

Vakgebied
Els Zijlstra benadrukte dat de kennis over materialen onvoldoende toegankelijk is. De Nederlandse Bouw Documentatie (NBD) bijvoorbeeld is productgerelateerd, volgens de Sfb-classificatie. Het materiaal heeft dan al een plaats in een gebouw. Ontwerpers hebben echter behoefte aan adviezen over materialen voorafgaand aan de keuze van een product of bouwdeel. Daarom heeft Zijlstra vijf jaar geleden adviesbureau Materia opgericht. “Materiaalinformatie wordt een nieuw vakgebied. De huidige materiaalkunde op de universiteit wordt vanuit een civieltechnische, constructieve invalshoek gegeven. Materiaal is echter veel meer dan constructie. In de eerste plaats is het multisensorisch, wat wij noemen esthetisch. Daarnaast heeft het constructieve, bouwfysische en milieutechnische aspecten”, lichtte Zijlstra toe. Haar motto is: blijven zoeken tot je het materiaal van je keuze vindt, niet stoppen met zoeken bij gebrek aan informatie.
Voor de studenten is het project een uitgelezen kans om kennis te maken met nieuwe vormen van materialen en ‘blob’-technieken. En vanaf oktober beschikt de TU Eindhoven over een bijzonder gebouw als onderkomen voor kunst- en andere tentoonstellingen.
Build for Life