Architectuur

Renzo Piano: architect in de spotlights (fotospecial)

Renzo Piano werd geboren in 1937 te Genua, Italië, in een aannemersfamilie. Renzo Piano is afgestudeerd aan de technische hogeschool in Milaan in 1964, (de politecnico), waar hij ook tot 1968 doceerde en werkte daarna bij zijn vader in Genua. Van 1962-64 werkte Renzo Piano samen met Franco Albini, van 1965-70 met Louis Kahn en Z.S. Makowsky in Londen.

In 1970 ging Piano een partnerschap met de Engelse architect Richard Rogers aan, die ook met Norman Foster heeft samengewerkt. Net als Foster is Piano ook een ¨high-tech¨ architect. Deze stroming heeft een industriële benadering van architectuur. De modernste industriële technieken worden toegepast en zijn ook zichtbaar. De ontwerpen benadrukken een herhaling van industriële modules, waarbij vaak geprefabriceerde elementen worden gebruikt. Ook voor Piano is technologie het uitgangspunt voor zijn ontwerpen. Hij past zijn ontwerpen echter aan uit zorg om het comfort en de behoeften van gebruikers. Samen met Rogers ontwierp Piano een aantal gebouwen in Italië en Engeland. Hun beroemdste gebouw is het Centre Pompidou in Parijs uit 1977. Dit gebouw beoogde sterk te contrasteren met de traditionele omgeving. Later tracht Piano zijn ontwerpen juist te laten aansluiten op de omgeving waarin ze gebouwd worden.

Zelfs het Centre Pompidou, het gebouw dat hij in 1971 samen met de Brit Richard Rogers ontwierp en dat midden in Parijs staat, wordt met de haven in verband gebracht. Het gebouw dat Piano beroemd maakte, wordt met zijn doorzichtige roltraptunnels, zijn buizen, felgekleurde ontluchtingspijpen, stangen, staal en glas met een raffinaderij vergeleken. Een Genuese criticus noemde het zelfs een ode aan de haven. Zelf noemt Piano Beaubourg liever een ruimteschip: 'Het beeld kwam op omdat het makkelijk was om te zeggen dat in het midden van Parijs het plateau Beaubourg was, een lege ruimte, en daar landde plotseling iets.'


Bekijk de fotospecial van Renzo Piano.

Renzo Piano werkte met Peter Rice van 1977 en met Richard Fitzgerald in Houston van 1980.

In 1981 werden hem de Compasso d'Oro en het erelidmaatschap van de AIA toegekend.

Een hoogtepunt in zijn werk is de Menil Collection Museum in Houston (1981-1986) waar veel aandacht aan de (natuurlijke, indirecte) belichting is besteed. Piano werd in 1984 benoend tot Commandeur des Arts et des Lettres.

In 1985 werd hem het Légion d'Honneur toegekend, in 1986 het erelidmaatschap van RIBA in Londen en in 1989 de Gouden Medaille van RIBA (pritzker Prize). Renzo Piano ontwierp het stadion in Bari (1987-1990).

Behalve de opdracht voor het Centre Pompidou, een van de meest provocatieve gebouwen van de laatste vijftig jaar, sleepte Piano die voor het bouwen van de duurste luchthaven ter wereld binnen. Het Kansai-vliegveld (1993) ligt op een kunstmatig eiland voor de kust van Osaka in Japan; daar gaat het op een heel andere manier met de grens tussen land en water om. Verdwenen is de nadrukkelijke high tech-architectuur van Beaubourg. De luchthaven en het bijbehorende station liggen als sierlijk gewelfde watermonsters in de baai.

Zijn hele oeuvre zou een ode aan de haven zijn, van Centre Pompidou in het hart van Parijs tot het zojuist geopende newMetropolis in het Amsterdamse Oosterdok. Maar dat de schepping NewMetropolis van Renzo Piano aan het IJ zo aan een schip doet denken, is volgens de architect puur toeval.

Het heeft iets ronduit rechtvaardigs dat juist Renzo Piano de opdracht heeft gekregen newMetropolis te ontwerpen. In veel van zijn gebouwen heeft hij zijn liefde voor de waterkant, zijn verlangen naar zee tot uitdrukking gebracht. 'Ik ben in Genua geboren', vertelt hij, 'en Genua is een havenstad. Met mijn vader ging ik vaak naar de haven en dat is iets fantastisch voor een kind. Je kunt je er veel verbeelden over reizen, ontsnapping en constante verandering. Niks blijft er hetzelfde. De haven voedt mijn verbeelding nog steeds.'

Renzo Piano is eredoctor aan de Technische Universiteit Delft. Hij was gasthoogleraar aan Columbia University, de Universiteit van Pennsylvania en de Architectural Association in Londen.


Bekijk de fotospecial van Renzo Piano.

Tegenwoordig heeft Piano een bureau in Genua, Parijs, Japan en Berlijn (In Genua geassocieerd met Shunjii Ishida en Flavio Marano, in Parijs met Bernard Plattner en in Osaka met Noriaki Okabe) en werkt onder de naam Renzo Piana Building Workshop. In zijn antwoord op de vraag naar de definitie van architectuur beroept Piano zich op de drie sleutelbegrippen van Vitruvius: Utilitas, firmitas en venustas. Zijn grote aandacht voor het programmatisch functioneren van een ontwerp is streven naar de verwezenlijking van het vitruviaanse utilitas oftewel doelmatigheid. De noodzakelijke sterkte en duurzaamheid van de constructie - door Vitruvius aangeduid met Firmitas - beschouwt Piano als het belangrijkste element van het ontwerpproces. tenslotte voegt hij hieraan toe dat alles wat hij maakt ook mooi moet zijn waarmee ook aan het begrip venustas is voldaan.

Bekijk de fotospecial van Renzo Piano. Klik hier.

Ook interessant