Er zijn voldoende mogelijkheden voor woningbouw in provincie Utrecht. Dit is de conclusie die wordt getrokken uit de jaarlijkse inventarisatie van woningbouwmogelijkheden van de provincie Utrecht.
Op basis van informatie van gemeenten, cijfers die nog stammen uit de VINEX-afspraken van 1994, en uit bestaande plannen - verstrekt door gemeenten - blijkt in de provincie Utrecht nog ruimte te zijn voor 65.000 nieuwe woningen. Dat is ruim voldoende om het bouwprogramma van het huidige streekplan te realiseren, namelijk nog 34.000 nieuwe woningen tot 2005. De provincie verwacht niet dat de gemeenten deze opgave tussen nu en 2005 helemaal kunnen realiseren. Zij gaat er echter wel van uit dat de komende jaren de bouwachterstand in Leidsche Rijn en Vathorst voor een groot deel wordt ingelopen. De huidige capaciteit speelt een belangrijke rol bij het nieuwe streekplan (2005-2015), waarin bepaald wordt voor hoeveel woningen er tot 2015 nog nieuwe locaties moeten worden gevonden. Een belangrijk deel van de nieuwe woningen wordt gebouwd in Leidsche Rijn (Utrecht) en Vathorst (Amersfoort). De rest wordt volgens woordvoerder Christianne Colaris van de provincie Utrecht wellicht in Rijnenburg - maar dat is nog niet vastgesteld – of binnenstedelijk opgelost. “Dat moet nog allemaal bepaald worden. Daarin hebben de gemeenten een belangrijke rol”, aldus Colaris. De jaarlijkse inventarisatie van de provincie baseert zich op planologisch aanvaarde cijfers die in januari 2002 zijn vastgesteld, waarvan een deel ook in het nieuwe streekplan van 2005-2015 is terug te vinden.
Woningbouwcapaciteit
De conclusie van deze inventarisatie bevestigt voor de provincie nog eens de uitkomst van de recente Taskforce in opdracht van voormalig Staatssecretaris Remkes. Dit is een onderzoek naar de oorzaken van het achterblijven van de woningbouw in het land, waaruit bleek, dat provincies in het algemeen zorgen voor voldoende ruimtelijke mogelijkheden. De woningbouwcapaciteit verandert jaarlijks door de oplevering van nieuwe woningen, het creëren van nieuwe capaciteit en het veranderen of afvallen van gemeentelijke plannen. Bij de gemeenten nemen de laatste jaren nieuwe mogelijkheden binnen het bestaande stedelijk gebied langzaam maar zeker af. Veel van de in financieel, technisch en maatschappelijk opzicht wat gemakkelijker te ontwikkelen locaties zijn al benut. De provincie beschouwt het aantal van 65.000 woningen dan ook als een momentopname waarbij de kans op tegenvallers groter is dan de kans op meevallers.
