Algemeen

Mits hefbomen helpt bouw maatschappelijke transities waarmaken

Mits hefbomen helpt bouw maatschappelijke transities waarmaken
Vorige week lanceerde Embuild Vlaanderen tijdens de voorstelling van zijn Visierapport beleidsvoorstellen met het oog op de verkiezingen van 2024. De bouwfederatie beklemtoont dat de sector cruciaal is voor de grote transities die in de komende legislatuur dienen te worden aangepakt. Denk daarbij aan de klimaatuitdaging, de waterhuishouding, de wooncrisis, duurzame mobiliteit enz. Maar om zijn rol waar te maken, heeft de bouw nood aan hefbomen. Samen met de overheid wil de bouwfederatie werk maken van de doordachte besteding van overheidsmiddelen om zowel publieke als private investeringen doelgericht in te zetten; van een robuust en efficiënt vergunningenbeleid; van het vrijwaren van betaalbaarheid om duurzaam wonen mogelijk te maken. And last but not least, de bouwvacatures scheren hoge toppen. Om de transities te realiseren, hebben de bouwbedrijven gemotiveerde mensen nodig die nieuwe skills willen leren. De bouw kan samen met de overheid inzetten op de gewenste werkzaamheidsgraad tot 80%.

Met meer investeringen recurrente gebruikskosten verlagen

Volgens Embuild Vlaanderen dienen de overheidsinvesteringen minimaal toe te nemen van 3,6% van het BNP vandaag naar 4,5% in 2029 en 5% in 2034. Dat betekent dat de Vlaamse overheid jaarlijks een miljard extra dient te investeren tegen 2029, bijna 2 miljard extra tegen 2034. Dat is nodig om de shift te maken naar een fossielvrij en klimaatbestendig Vlaanderen. Maar ook om betaalbaar en energiezuinig wonen voor kwetsbare huishoudens te realiseren. Bovendien is die investeringsnorm vereist om overheidsgebouwen energie-efficiënt te maken en om onze infrastructuur te moderniseren en de waterhuishouding voor te bereiden op de klimaatverandering. De investeringskosten gaan omhoog maar in de gebruiksfase gaan o.a. de energiekosten drastisch omlaag. Maar dan dient de overheid in te zetten op eenduidige coördinatie van de middelen en op de inschatting van de behoeften rond o.a. energierenovaties bij (semi)publieke) instellingen. Dat is nog een blinde vlek. Bij het waterbeleid zien we dan weer verschillende overheidsspelers die naast elkaar werken. Ook daar is één regisseur nodig om ons voor te bereiden op wateroverlast en droogte.

“Maar overheden kunnen het niet alleen. Want het leeuwendeel van de investeringen dient te komen van burgers en ondernemers. Zo heeft het Steunpunt Wonen aangegeven dat er jaarlijks 5 miljard euro dient te worden geïnvesteerd om de renovatiegolf te doen slagen. Daarom is gerichte overheidssteun nodig, alsook partnerships en publiek-private samenwerkingen”, zegt Marc Dillen van Embuild Vlaanderen.


De flessenhals voor transities: vergunningen

Hoewel de Vlaamse regering de afgelopen legislatuur stappen heeft gezet om de vergunningsprocedure te vereenvoudigen, is een vergunningstraject complexer dan ooit. Daardoor komt rechtszekerheid onder druk te staan. Dat is vooral het gevolg van de vele beroepsmogelijkheden en de toenemende milieuwetgeving en nieuwe ruimtelijke plannen. Om het vergunningenbeleid te ontmijnen pleit Embuild Vlaanderen voor een taskforce die ingrijpende dossiers zoals stikstof en natuurherstel dient te ontwarren. Die taskforce kan het Belgisch voorzitterschap in 2024 helpen voor te bereiden om de Europese natuurherstel- en habitatrichtlijn drastisch bij te sturen.

“Om grote projecten nog mogelijk te maken in Vlaanderen dienen we in te zetten op positieve initiatieven en partnerships in plaats van de regulitis te blijven voeden. Daarbij moeten we de meerwaarde en het maatschappelijk belang van projecten als leidraad nemen. Het groenblauwpeil is een goed voorbeeld. Met die tool kunnen burgers en overheden nagaan hoe hun perceel scoort op klimaatbestendigheid en welke ingrepen zij dienen door te voeren. Om de klimaattransitie te doen slagen, is rechtszekerheid essentieel. Burgers dienen hun investeringen te kunnen omzetten in een meerwaarde. Als de overheid plots het geweer van schouder verandert en die meerwaarde teniet doet, dan komen transities in het gedrang. Wie wil meewerken aan vergroening en biodiversiteit maar riskeert om later geen vergunning meer te bekomen voor wijzigingen aan zijn project, haakt af”, aldus Marc Dillen van Embuild Vlaanderen.


Betaalbaarheid van wonen voor iedereen tegen 2034

Onder andere de gestegen rente, de hoge bouwgrondprijzen, de grote vraag en het stagnerend aantal verdichtingsprojecten houden de woningprijzen op een hoog peil. Bovendien vragen de banken aan kandidaat-kopers tot 20% aan eigen middelen. Daardoor slinken de beschikbare middelen om een grondige energierenovatie door te voeren of om een energie-efficiënte nieuwbouw te verwerven. Daarom lanceert Embuild Vlaanderen een reeks voorstellen om de betaalbaarheid niet verder in het gedrang te brengen. Eerst en vooral is er nood aan een multidisciplinair monitoring comité om de maatregelen die op diverse beleidsniveaus worden genomen tegen het licht van betaalbaar wonen te houden. Daarnaast hebben we nood aan nieuwe woonbehoeftestudies om een positief verdichtingsbeleid met voldoende woningaanbod op de rails te zetten. Een groter aanbod voor kwetsbare huishoudens is cruciaal aangezien er jaarlijks 15.000 betaalbare woningen dienen bij te komen om de huidige wachtlijsten tegen 2034 in te vullen. Huursubsidies en het nieuwe systeem van geconventioneerd huren zijn belangrijke hefbomen.

Maar ook de middenklasse heeft het steeds moeilijker op de woningmarkt. In Vlaanderen moeten kandidaat-kopers bovendien over meer middelen beschikken dan in Wallonië. Terwijl het mediaan woonhuis in Wallonië 175.000 euro kost, is dat in Vlaanderen 295.000 euro (zie bijlage). Niet alleen hebben Vlaamse gezinnen een hogere maandelijkse hypotheeklast, ook moeten zij voor de aankoop meer eigen middelen voorzien. Als de bank 20% eigen middelen vraagt moet een Vlaams gezin 59.000 euro sparen vooraleer zij een woning kan verwerven, terwijl bij een Waals gezin 35.000 euro volstaat. Daarom vraagt de bouwfederatie aan de Vlaamse overheid om gezinnen te ondersteunen bij het bekomen van een hypothecaire lening. Die steun kan de vorm aannemen van een achtergestelde lening met uitstel van betaling of van een borgstelling voor een deel van de gevraagde eigen inbreng.

Bouw is cruciaal richting werkzaamheidsgraad van 80%

De Vlaamse regering beoogt een werkzaamheidsgraad van 80 % tegen 2030. Zo dient de VDAB de komende jaren bijkomend 90.000 mensen te activeren. Als jobmotor kan de bouw potentieel 20.000 nieuwe jobs of ruim een vijfde van de opdracht invullen. “Los van de enorme vervangingsvraag in de bouw, zal de sector tegen 2030 minstens 20.000 gloednieuwe jobs tellen als gevolg van de energietransitie- en renovaties, de uitdagingen om future-ready te bouwen en het duurzaam gaan (her) gebruiken van grondstoffen”, stelt Marc Dillen. Maar dan dienen de inspanningen en de activering door de VDAB nog veel meer gericht ingezet te worden op werkplekleren en ingroeibanen om mensen aan te trekken naar knelpuntberoepen uit de bouw.

Zo kan de VDAB bouwbedrijven extra ondersteunen die zelf opleidingen voorzien aan nieuwe medewerkers om hen sneller te integreren in de arbeidsmarkt. Aangezien de sector permanent beschikt over bijna 6700 oningevulde vacatures, heeft de bouw momenteel nood aan gedetacheerde arbeidskrachten van binnen en buiten de EU. Daarom dient de toelating tot arbeid van niet-EU arbeidskrachten sneller en eenvoudiger te verlopen. Bovendien dient de lijst met knelpuntberoepen voor migratie te worden uitgebreid. In Vlaanderen telt die 29 beroepen, terwijl het in Wallonië om 75 gaat waaronder een resem extra bouwberoepen. Globaal en om alle kanalen te kunnen inzetten, hebben de bouwbedrijven nood aan ondersteuning en soepele procedures om potentiële medewerkers aan te trekken uit Brussel en Wallonië, binnen en buiten de Europese Unie.

Ook interessant


Build for Life