Verwarming & Sanitair

Lokale of centrale verwarming?

Het wordt weer een stuk kouder buiten. Het is vroeger donker en ik heb al ijs van mijn autoruiten moeten krabben. Brrr koud. Dat houdt wel weer in dat de gordijnen vroeg dichtgaan, we knus samen op de bank een kopje koffie drinken en de verwarming lekker hoog zetten. U begrijpt het al: deze week vertel ik u alles over verwarming in huis.

Je hebt grofweg gezegd twee soorten verwarming van een huis. Lokale en centrale verwarming. Met lokaal bedoelen we de gevel-, gas- en oliekachels, openhaarden en alle losse, verplaatsbare verwarmingstoestellen. Met lokale verwarming verwarm je dus één specifieke ruimte bijvoorbeeld woonkamer of slaapkamer. Het voordeel is dat je die kamer kan verwarmen tot zeg 20 graden, terwijl je in de slaapkamer de thermostaat op de kachel op 15 graden instelt. En bij storing aan één van de kachels werken de anderen gewoon door. Wel is het belangrijk dat de kachels en openhaarden (schoorsteen!) goed worden gereinigd anders ontstaat er een onvolledige verbranding met koolmonoxide als gevolg. En dat kan zelfs dodelijk zijn.

De andere soort verwarming is centrale verwarming ook wel cv-installatie genoemd. Weet je ook gelijk waar die ’cv’ voor staat. Met een cv hebben we één centrale verwarmingsbron (cv-ketel). Deze verwarmt water dat via cv-leidingen naar de radiators gepompt wordt. Doordat je een aanvoer hebt en een afvoer, komt het afgekoelde water weer terug bij de verwarmingsbron en wordt dan weer opnieuw verwarmd. Dit aan- en afvoer gebeuren is een gesloten systeem. Daarom moet regelmatig gecontroleerd worden of er voldoende water(druk) in het systeem aanwezig is. Een standaard cv-installatie heeft ongeveer een waterdruk van 1,5 bar.

Het voordeel van een cv is dat alleen de cv-ketel onderhoud nodig heeft. Het nadeel is dat als er storing is, er nergens in het huis verwarming is. Bij een cv-installatie hangt meestal in de woonkamer de thermostaat. Dan is het verstandig om in de slaapkamers thermostaatkranen te plaatsen op de radiators, zodat je deze lokaal kan regelen.

Ook zie je regelmatig de heteluchtverwarming. Dit is ook een centrale verwarming. De lucht wordt op een centrale plek verwarmd en via buizen en roosters verspreid door het huis. Het voordeel hiervan is dat je geen radiators meer nodig hebt.

Radiators kunnen na verloop van tijd verkleuren of door beschadiging lelijk worden. Je hoeft ze dan niet gelijk te vervangen. Je kan ze namelijk een tweede leven geven met een hittebestendige verf.