Hulp voor slachtoffers watersnood

Veertien bouwvakkers van het Heerlense bouwbedrijf Gildebouw vertrekken donderdagavond naar Oost-Duitsland om slachtoffers van overstromingen te helpen. Het gebied tussen Dresden en Maagdenburg werd in de zomer zwaar getroffen door enorme regenval.

Het water in de rivier de Elbe steeg zelfs boven 9 meter, terwijl 2 meter normaal is. Het was de hoogste waterstand die de afgelopen 150 jaar werd gemeten.
Grote delen van het omringende gebied kwamen blank te staan en ook het plaatsje Falkenau, nabij Dresden werd zwaar getroffen. Bondskanselier Schröder sprak destijds van een nationale ramp.
De bouwvakkers van Gildebouw zullen daar de ergst getroffen woningen van particulieren onder handen nemen. Ze namen dat initiatief toen ze van Duitse collega’s hoorden over de problemen in het Oost-Duitse stadje. In plaats van een inzamelingsactie besloten ze zelf naar het gebied te gaan om daar, gratis uiteraard, een handje te helpen.
De Limburgse vaklieden trekken er vier dagen voor uit. Ze offeren een weekend en een roostervrije dag op. De directie van Gildebouw juicht het bewogen initiatief toe en doet zelf ook een duit in de zak. Het bedrijf vergoedt de reis- en verblijfskosten en betaalt de maandag door als een gewone werkdag.
Een woordvoerder van het bedrijf zegt dat het niet nodig is om materiaal mee te nemen naar het getroffen plaatsje want dat is er voldoende aanwezig. Daar staat tegenover dat financiële bijdragen welkom zouden zijn, omdat de gedupeerde bewoners nauwelijks geld hebben om spullen te kopen. “Misschien zijn er andere bouwbedrijven die ons willen steunen.”