Algemeen

Hoogste woontoren Nederland groeit in razend tempo

Over enkele weken bereikt Nederlands hoogste woontoren Westpoint in Tilburg zijn top (142 meter). In de achterliggende maanden groeide de toren elke vijf werkdagen met één verdieping van ongeveer 900 vierkante meter. Door een slimme uitvoeringsmethodiek kon het indrukwekkende bouwtempo met de inzet van slechts één bouwkraan worden gerealiseerd.

Waar het met één torenkraan gebruikelijk is om een productie te halen van 80 tot 90 vierkante meter per dag, haalt Ballast Nedam Bouw Speciale Projecten bij de bouw van woontoren Westpoint het dubbele. De toren groeit elke vijf dagen met één verdieping van 900 vierkante meter. “De inzet van een tweede kraan zou aanzienlijk meer hebben gekost”, vertelt W. van Dijk van Ballast Nedam Bouw Speciale Projecten. “We hadden speciaal daarvoor veel kabels en leidingen moeten omleggen. Om het grote bouwtempo te realiseren kozen we voor gietbouw vanwege het geringe risico van vertraging. Maar boven de 100 meter is met tunnel/gietbouw nog geen ervaring opgedaan, dus we namen daarmee een behoorlijk risico.”

Beperking van kraanactiviteiten en daarmee ook van windverlet vormen de kernbegrippen in de bouwlogistiek. Met de inzet van vier voltunnelbekistingen in plaats van drie zijn de kraanactiviteiten beperkt. Daarmee krijgen betonvlechters en installateurs voldoende werkplek voor een continu werkvolume. Het doorrollen van de tunnelbekistingen maakt een kraan overbodig, waardoor op de gevellijn de kraanactiviteiten minimaal zijn. Wapening voor zowel wanden als vloeren is grotendeels geprefabriceerd aangebracht. Elke bouwlaag kent een grote diversiteit aan woningen die gecreëerd is door constructieve scheidings- en kernwanden. Als gevolg van de variabele indeling per verdieping veranderen de woningscheidende wanden steeds van locatie.

Om de tunnelbekistingen toch door te kunnen rollen, worden deze wanden telkens uitgevoerd onder de bouwlaag van het gietproces. Daartoe worden sleuven uitgespaard in het dek ter breedte van de wand. Vervolgens wordt de aluminium paneelbekisting naijlend gesteld en een dag later gesloten. Voor de zijgevels is gekozen voor zelfklimmende eindgevelwanden. De wandbekistingen staan op rijwagens waardoor deze – ook weer zonder kraanactiviteit – horizontaal over de klimsteigers kunnen rijden. Het aanbrengen van de isolatie en de prefab buitenelementen gebeurt meteen na het wegnemen van de bekisting. “Een bijkomend voordeel is dat onze mensen op die hoogte worden beschermd door de wandbekisting. Zij moeten weliswaar in een smalle ruimte werken maar de bekistingswanden in hun rug bieden veel veiligheid.”

Na het aanbrengen van de betonnen elementen en de raamkozijnen ontstaat onder de hangsteigers een gereed product. De ramen worden van binnenuit geplaatst. Een probleem was dat het instorten van voorzieningen voor de ophanging van de klimconstructie daardoor niet meer mogelijk was. Daarom is in de raamsparingen een hulpconstructie aangebracht.

Een ander probleem betrof de plaatsing van de betonverdeelgiek. Door toepassing van vier voltunnelbekistingen en de positionering van de verdeelgiek exact in het midden van het gebouw zou het doorrollen van de bekistingen lastig worden.

Door de giek over 700 millimeter hydraulisch te laten scharnieren, kunnen de tunnelbekistingen de giek zowel links als rechts passeren. De scharnierconstructie is gerealiseerd met een vastdraaipunt op vlonderniveau –2. Op vlonderniveau 0 bevindt zich het tweede bevestigingspunt, voorzien van een ovale sleufconstructie die het scharnieren van de verdeelgiek mogelijk maakt. De prefab kernwanden nemen via spindels de horizontale belastingen op vanuit de verdeelgiek op de niveaus –2 en 0. Telkens wanneer de bouw een verdiepingshoogte erbij krijgt, tilt de torenkraan de gehele constructie, inclusief de betonverdeelgiek een verdieping hoger.

Ten aanzien van de montage van aluminium puien is gekozen voor het gebruik van acht hangsteigers in plaats van hefsteigers die aan de gevel verankerd zouden moeten worden. Tijdens de bouw worden de hangsteigers op het maaiveld één voor één bevoorraad met twee puien van elk 200 kilogram per stuk en een betonnen luifelplaat van 3700 kilogram. De hangsteigers hebben twee werkvloeren en een loopkat om de puien te verplaatsen.

Een probleem vormden de uitkragende uitrijsteigers die het inhijsen van de puien bemoeilijken. Hoofd Uitvoering Nol Duivenvorden van Ballast Nedam Bouw Speciale Projecten bedacht een slimme oplossing: het gebruik van een kantelarm voor de montage van de vliesgevelpuien in combinatie met de hangsteiger: de met materiaal bevoorrade hangsteigers worden in verticale positie zo dicht mogelijk tegen de uitkraging ingehesen, vervolgens kan de steiger dankzij de kantelarm een kwartslag in positie worden gedraaid waarna de steiger met puien en luifelplaten vlak tegen de gevel hangt. Van Dijk: “In het logistieke traject bieden dergelijke oplossingen grote voordelen en we hebben ook veel minder opslagruimte nodig.”
Build for Life