Algemeen

Bouwonderwijs zoekt jongeren

Geschikte arbeidskrachten vinden is voor bouwbedrijven allesbehalve gemakkelijk. Wie een bouwdiploma op zak heeft, moet niet lang naar werk zoeken. Maar de belangstelling voor het technisch en beroepsonderwijs is ondermaats. Te weinig jongeren kiezen voor een bouwopleiding. Het aantal afgestudeerden volstaat niet om de behoefte aan bouwvakarbeiders in te vullen. De Vlaamse bouwsector heeft jaarlijks behoefte aan de vervanging van ongeveer 13.000 bouwvakkers. Het bouwonderwijs levert zo'n 1.540 kersverse arbeiders aan. Bouwunie, de bij Unizo aangesloten unie van het kmo-bouwbedrijf, blijft daarom aandringen op de hervorming van het technisch en beroepssecundair bouwonderwijs. Bouwunie vraagt de afbouw van het ASO-TSO-BSO-hokjessysteem, de opwaardering van het beroepsonderwijs, de creatie van kwaliteitsvolle sectorgebonden scholen en de introductie van bouwthema's in het vak "Technologische Opvoeding" en in het basisonderwijs. Met haar voorstellen wil Bouwunie ervoor zorgen dat meer jongeren voor een bouwopleiding kiezen en zowel de opleiding van de jongeren als de levenslange vorming beter afstemmen op de behoeften van de (potentiële) werknemers en de bouwsector.

De meeste bouwberoepen behoren al jaren tot de knelpuntberoepen. Uit enquêtes blijkt dat de bouwbedrijven veel problemen ondervinden in hun zoektocht naar geschikte, d.i. geschoolde, vakarbeiders. De Vlaamse bouwsector moet immers jaarlijks ongeveer 13.000 bouwvakkers vervangen en het bouwonderwijs (d.i. het voltijds onderwijs, Technisch Secundair Onderwijs, Beroepssecundair Onderwijs en Buitengewoon Secundair Onderwijs, TSO/BSO/BuSO) levert er maar 1.540 aan.
Daarnaast zijn er nog een aantal potentiële bouwvakkers die deeltijds onderwijs of een opleiding bij de VDAB gevolgd hebben. In totaal is dit nog niet de helft van het benodigde aantal.

De cijfers spreken boekdelen. Té weinig jongeren kiezen in het secundair onderwijs voor een bouwrichting. Het secundair onderwijs telde in Vlaanderen voor het schooljaar 2005-2006 457.351 leerlingen. Daarvan volgden 188.516 leerlingen een opleiding in het TSO/BSO/BuSO. 16.208 leerlingen volgden een bouwgerichte opleiding (bron: FVB). In de periode van 1997 tot 2006 daalde het aantal leerlingen in het bouwonderwijs met bijna 15%. Bovendien stromen niet al deze jongeren uiteindelijk door naar de bouwsector. In Vlaanderen studeren elk jaar steeds minder bouwleerlingen af. In juni 2006 waren dat er 3.210 (in juni 2005: 3.228) (Bron: FVB). Indien de trend van de voorbije jaren zich doorzet, zullen slechts 1.540 van hen uiteindelijk in de bouwsector aan de slag gaan.



Daarnaast stellen de bouwbedrijven vast dat de kwaliteit van deze afgestudeerden daalt. Eén van de oorzaken daarvan is het versnipperde onderwijslandschap. De bouw-kmo's willen dat meer jongeren kiezen voor een bouwopleiding en dat het onderwijs meer kwaliteit aflevert.

Om de kloof tussen onderwijs en arbeidsmarkt te dichten, stelt Bouwunie een aantal concrete maatregelen voor.

Zo is de promotie van het TSO/BSO - en specifiek van de verschillende bouwopleidingen - nodig om het negatief imago af te schudden. Beroepsrichtingen worden nu te weinig gepromoot als waardevol en noodzakelijk. Veel ouders zijn de mening toegedaan dat BSO en TSO niet prestigieus genoeg zijn. Nochtans verdient een bouwvakarbeider goed zijn boterham. Bouwunie vraagt een duidelijke imagocampagne over het beroep en de doorstromingsmogelijkheden van jongeren uit BSO- en TSO-bouwopleidingen.

Tegelijk moeten de overheid en de onderwijsnetten de bouw beter integreren in het lespakket van het basisonderwijs. Onbekend maakt onbemind. Jongeren moeten van in het basisonderwijs in contact kunnen komen met bouwberoepen. Zoals dat nu gebeurt met naaien en koken, zou dat ook kunnen voor bouwspecifieke activiteiten. Dit geldt ook voor het secundair onderwijs. In de eerste twee jaren van het middelbaar is er wel een vak "Technologische Opvoeding" (TO), maar de invulling gebeurt door de school zelf en bevat nu weinig bouwthema's. De bouw is een belangrijke sector in onze economie. Dit moet ook weerspiegeld worden in het vak TO.

Wat zeker belangrijk is om de aansluiting op de arbeidsmarkt te verzekeren, is de stageverplichting. Al tijdens de opleiding moet er voldoende aandacht gaan naar typische sectorelementen. Een stage is hiervoor de meest aangewezen methode. Bouwunie lanceerde onlangs een stagedatabank zodat bouwbedrijven en jongeren uit het bouwonderwijs die een stageplaats zoeken om relevante werkervaring op te doen, elkaar vinden.

Ook de opleidingsinhoud blijft vaak een knelpunt. Deze staat té ver af van de beroepsbezigheden. Bouwunie wil een ernstig debat over de verwachtingen van jongeren en de opleidingsinhouden. Voor heel wat leerlingen is een directe opleiding veel interessanter dan een brede opleiding. De keuze van een jongere voor een beroepsgerichte opleiding moet hem voldoende garanties op tewerkstelling in de sector bieden. De bouw kan dit garanderen.

Het huidige opleidingsaanbod is sterk versnipperd. Dit heeft een weerslag op de kwaliteit van het aanbod en op de continuïteit. Jongeren moeten duidelijk kunnen kiezen voor een kwalitatieve opleiding die voorbereidt op een bepaald beroep. Een opleiding met voldoende praktijklessen en werkervaring om de kloof tussen onderwijs en arbeidsmarkt te dichten. Scholen die duidelijk maken dat je bij hen voor een specifiek beroep kan leren, trekken trouwens beduidend meer jongeren aan. Vandaar dat Bouwunie voorstander is van sterke sectorgebonden scholen. Deze hebben beroepsspecifieke leerkrachten, hebben voldoende middelen om het machinepark te vernieuwen, bieden specifiekere stageplaatsen aan ... kortom, bieden meer kwaliteit.

Daarnaast bepleit Bouwunie een algemene opwaardering van het beroepsgerichte onderwijs, dat ook in het BSO na afronding van de opleiding een volwaardig diploma oplevert. Nu krijgen zij slechts een “studiegetuigschrift” terwijl ASO- en TSO-afgestudeerden een “diploma” krijgen. Het zou trouwens beter zijn om radicaal af te stappen van het ASO-TSO-BSO-hokjessysteem. Het onderwijs moet jongeren opleiden en begeleiden op basis van hun mogelijkheden en toekomstperspectieven.

Met deze voorstellen wil Bouwunie ervoor zorgen dat meer jongeren voor een bouwopleiding kiezen, en zowel de opleiding van de jongeren als de levenslange vorming beter afstemmen op de behoeften van de (potentiële) werknemers en de bouwsector.
Build for Life