Tweeduizend buitenlandse kandidaturen voor de bouw

De interesse van buitenlanders om in België te komen werken is groot. De nv FIBS, die voor de leden van de Vlaamse Confederatie Bouw aan arbeidsbemiddeling doet, ontving sedert 2008 ongeveer 2.000 kandidaturen uit het buitenland. FIBS bemiddelt deze mensen om in de bouw te komen werken als werknemers, d.w.z. met inachtname van de CAO-bepalingen voor de bouw. Tot eind vorig jaar is de tewerkstelling in de Vlaamse bouw blijven toenemen. De bouw doet het in België voorlopig nog relatief goed in vergelijking met andere Europese lidstaten. Er bestaat op Europees vlak een belangrijke mobiele groep van mensen die bereid zijn om te gaan werken in de lidstaten waar het meeste werk is. Volgens de Vlaamse Confederatie Bouw moet de Vlaamse bouw van deze reserve gebruik kunnen maken. Zij betreurt dan ook dat de Belgische regering beslist heeft Roemenen en Bulgaren de komende twee jaar nog altijd maar beperkt toe te laten.

De laatste jaren is het aantal jobs in de Vlaamse bouw blijven toenemen: van ongeveer 127.000 werknemers (arbeiders en bedienden samen) in het tweede kwartaal van 2007 tot ongeveer 133.000 werknemers in het tweede kwartaal van 2011. Voor het derde kwartaal van 2011 zijn er voor de werknemers enkel Belgische cijfers: die wijzen op nog eens een toename met 1.500 jobs in vergelijking met het tweede kwartaal. De laatste cijfers van FVB-Constructiv (alleen voor arbeiders) voor november-december 2011 gaan in dezelfde richting: meer jobs (+ 3% in vergelijking met het jaar voordien), meer openstaande vacatures (+ 41%) en minder werkzoekenden (- 6%).

In het diepst van de crisis – rond 2009 en 2010 – bleef de tewerkstelling in de bouw relatief constant. Op dat ogenblik was de voornaamste bekommernis van de bouwbedrijven het bestaand personeelsbestand in stand te houden. De belangstelling voor de aanwerving van buitenlandse arbeidskrachten daalde. Maar in 2011 is de interesse weer beginnen toenemen. Opnieuw werden de diensten van de nv FIBS ingeroepen om buitenlandse arbeidskrachten te begeleiden bij hun eerste stappen naar werk in een Vlaams bouwbedrijf.

Voor 2012 zien de perspectieven voor de bouw er wel minder gunstig uit. De orderboeken van de woningbouwers waren reeds eind 2011 minder goed gevuld. De forse vermindering van de fiscale voordelen voor energiebesparende investeringen dreigt het aantal woningrenovaties sterk te doen dalen. Maar het tekort aan arbeidskrachten in de bouw is niet alleen van conjuncturele aard. Zij is ook structureel, met name door de sterk toenemende veroudering van de bouwwerknemers. Ook als de bouwconjunctuur verzwakt, zal de sector dus blijven aanwerven. Bij een dalende instroom vanuit het onderwijs moet de sector bij de rekrutering alternatieve wegen bewandelen, door te rekruteren bij allochtonen in eigen land maar ook uit het buitenland.

Marc Dillen, directeur-generaal van de Vlaamse Confederatie Bouw: “In heel wat andere Europese landen ging het de laatste jaren veel minder goed in de bouw. In België heeft de bouw tot nu toe nog relatief goed de crisis doorstaan. Maar in Ierland en Spanje bijvoorbeeld is de woningbouw ineengestort. Heel wat kandidaturen die de nv FIBS ontvangt, komen precies van Polen die eerst in die landen actief zijn geweest. Zij bieden nu hun diensten aan in landen waar de bouw nog goed presteert. Het zijn trouwens vaak gekwalificeerde krachten, niet alleen gespecialiseerde bouwvakarbeiders maar ook hooggeschoolde technici en ingenieurs waaraan de sector trouwens steeds meer behoefte heeft.

We moeten deze mobiele reserve kunnen aanspreken wanneer de bouw in ons land goed presteert. Daarmee beschermen we trouwens de kern van onze eigen medewerkers. Als het slechter gaat, kan die kern aan het werk blijven. De mobiele reserve aan buitenlanders zal dan weer werk zoeken in andere landen waar de bouwactiviteit heropleeft. Het gebeurt immers bijna nooit dat de bouw in alle Europese landen slecht presteert.”