Algemeen

Onderzoek Essencia over watertoets geeft opvallende resultaten

Wanneer een bouwheer zijn bouwvergunning wenst te bekomen, is de watertoets een onderdeel van het administratief dossier. In dit document wordt gevraagd naar de oplossingen die de bouwheer zal toepassen om het water dat opgevangen wordt op de verharde delen te beheren. Het onderzoek over de watertoets dat Essencia bij honderd experts ter zake heeft gehouden, geeft enkele opvallende resultaten. Zo worden er momenteel verschillende infiltratie- en bufferingsystemen gecombineerd bij gebrek aan een systeem dat onder alle omstandigheden werkbaar is. Daarnaast blijkt er weinig infiltratiepolitiek te zijn. Ook is er een specialist ter zake nodig die zich verdiept in de materie van waterbeheer bij verharding van grote oppervlakten. De conclusies, de opzet en de details van het onderzoek lichtte Bieke Gepts van Essencia toe tijdens de lezing Opvang, infiltratie en hergebruik van regenwater op de beurs Industrie- en Projectbouw 2010 in Antwerp Expo.

Wat was de reden voor dit onderzoek?

“Wie vandaag of morgen bouwt, zal zich terdege moeten voorbereiden op wateroverlast en waterschaarste,” weet Bieke Gepts van Essencia. “Water is een natuurelement dat een verhoogde aandacht in België verdient. Daarom dat we deze studie bij bouwprofessionals hielden om zo de bestaande situatie en meningen in kaart te brengen. Wat ons bij de resultaten wellicht het meeste opvalt, is het feit dat op dit moment een goede infiltratie zo goed als onbestaande is en dat het gebufferde hemelwater al vrij snel weer naar de riolen stroomt. Men blijkt dus absoluut niet aan waterschaarste te denken, terwijl de overheid op infiltratie echter wel degelijk sterk de nadruk wil leggen om het waterpeil op niveau te houden. Uit het onderzoek komt ook duidelijk naar voren dat de hele problematiek specialistenwerk is. Wie die specialist moet zijn, is momenteel niet duidelijk. Onze studie zet hopelijk aan tot een verdere bewustwording van de waterproblematiek in ons land.”

Wie houdt zich vandaag bezig met het waterbeheer en -beleid?

“De architect blijkt de persoon die zich het meeste aantrekt van de watertoets, de keuze van waterbeheersysteem en dergelijke. Daarnaast merken we ook een rol voor gemeenten en studiebureaus. Uit een aantal gesprekken met experts ter zake blijkt dat bij specifieke projecten of projecten met enige omvang de gemeenten en intercommunales en studiebureaus vaak ook betrokken partij worden. In dat geval gaan de gemeentes of hun overeenkomstige intercommunales en de studiebureaus optreden als experts. Bij de beslissingscriteria merken we dat een uitgewerkte studie door experts door bijna 70% van de respondenten als belangrijk wordt beschouwd. 89% stelt dat die expert niet de architect moet zijn. Wie het dan wel moet zijn, blijft een open vraag.”

Wat legden jullie de bouwprofessionals met jullie onderzoek voor?

“De probleemstelling kunnen we tot drie vragen samenvatten. Eén: bieden de bestaande systemen een accurate oplossing voor de Belgische omgeving en omstandigheid? Twee: door welke hoofdspeler in de ganse keten moet dit item gedragen worden? En drie: wat houdt de bouwprofessional bezig: wateroverlast of waternood? Met het onderzoek begonnen we in oktober en in het midden van november waren we ermee klaar. In een eerste deel van het onderzoek hielden we twintig diepte-interviews bij experts ter zake, zoals professoren, ingenieurs en intercommunales. Een tweede deel van het onderzoek was een telefonisch bevraging aan de hand van een gesloten vragenlijst. We realiseerden een totaal van honderd respondenten.”

Voor welke systemen wordt doorgaans geopteerd: bufferen, infiltreren of de combinatie van de twee?

“66% van de respondenten geven aan meestal een mix van beide systemen te gebruiken, van de overige 34% zijn 82% van de systemen enkel bufferende systemen. Twee op de drie respondenten combineren dus verschillende systemen. Bijkomend onderzoek bij een aantal experts geeft een nader licht op deze feiten. Zowel in de diepte-interviews als bij de telefonische enquêtes blijkt dat iedere case anders is. Er moet bijvoorbeeld rekening gehouden worden met de stabiliteit van de grond, het huidige waterpeil en de activiteiten van de bouwheer. Wie het waterbeheersysteem kiest, is daardoor vaak verplicht om een combinatie van systemen te maken, aangezien er geen systeem bestaat dat in alle omstandigheden een effectief en blijvend werkende oplossing biedt. Wanneer wordt gekozen voor een waterbufferend systeem, al dan niet in combinatie met een infiltrerend systeem, wordt in 33% van de gevallen geopteerd voor tanks. Nadien volgen krattensystemen en gebetonneerd bekken met respectievelijk 24% en 22%.”

Wat gebeurt er met het gebufferde water?

“Opmerkelijk is het feit dat nagenoeg alle respondenten stellen dat er meestal voor geopteerd wordt om het gebufferde water terug te sturen naar de riool. Weliswaar door het vertraagd af te voeren of door het eerst te hergebruiken. In eerste instantie gaat dit reeds de goede richting uit aangezien het principe ‘eerst vasthouden om dan in voorkeursvolgorde te hergebruiken, te infiltreren en vertraagd af te voeren’ door de bestuursinstanties wordt gepromoot. Maar er is een grote maar. Het toekomstig beleid stelt immers dat naast bufferen en vertraagd afvoeren ook infiltratie aan belang moet winnen, dit om het alsmaar dalend grondwaterpeil op niveau te houden. Zoals blijkt uit het onderzoek wordt het gebufferde water vandaag de dag veel te weinig geïnfiltreerd.”

Wat zijn de belangrijkste criteria die uiteindelijk de doorslag geven bij de beslissing over een systeem?

“De drie belangrijkste criteria hebben te maken met de garantie voor de blijvende werken, de noodzaak aan onderhoud en de stand van het huidig grondwaterpeil. Benutting van de oppervlakte en de moeilijkheidsgraad van het plaatsen speelt quasi geen rol. Misschien toch een paar opmerkelijke resultaten uitlichten. De prijs wordt maar door 50% van de gemeenten als belangrijk beschouwd. De mogelijkheid om na de plaatsing de werking te controleren en de eenvoud van het plaatsen, is uiteraard belangrijker voor de wegenbouwer, die de systemen plaatst. Bouwheren vinden het huidige grondwaterpeil beduidend minder belangrijk dan de bouwprofessionals. Ook een uitgewerkte studie van een specialist ter zake vindt de bouwheer minder belangrijk.”
Build for Life