Verlichting

Tips voor gezellige verlichting

Tips voor gezellige verlichting
Wanneer je verlichting in huis installeert, doe je dat meestal niet alleen omdat het nuttig is: het kan ook heel gezellig zijn. Tenminste, als je kiest voor de juiste verlichting. Want lang niet alle verlichting geeft een even gezellige sfeer! Denk maar eens aan Tl-buizen, die wel praktisch zijn maar bijzonder koud, kil licht geven. Niet zo leuk om die in de woonkamer te hangen dus. Maar hoe weet je nu welke verlichting je nodig hebt om het lekker knus en gezellig te maken in huis? Wij geven 5 handige tips voor gezellige verlichting in huis.

1. De juiste lichttemperatuur

De lichttemperatuur bepaalt voor een groot deel hoe gezellig een ruimte aanvoelt. Dit wordt gemeten in graden Kelvin en staat vrijwel altijd op de verpakking vermeld. Koud licht (met name wit en blauw licht), wordt als bijzonder ongezellig ervaren. Eigenlijk geldt de regel voor binnenverlichting: hoe warmer het licht, hoe gezelliger. Toch kun je beter niet kiezen voor het warmste licht, omdat dit gewoon niet praktisch is. Voor sfeerverlichting gebruik je lampen van ongeveer 2700 Kelvin, voor praktische verlichting wordt meestal 3000 Kelvin gebruikt.

2. Directe verlichting

Directe verlichting is vooral heel praktisch, maar kan zeker ook gezellig zijn. De verlichting boven de eettafel is bijvoorbeeld vrijwel altijd directe verlichting. Je kunt kiezen voor inbouwspots, maar boven de eettafel wordt ook vaak gekozen voor een mooie en gezellige plafondlamp. Daarbij is ook het armatuur belangrijk: een mooi armatuur zorgt ook voor meer gezelligheid in huis als de lamp niet brandt. Hang dus niet de eerste lamp op die je tegenkomt, maar zoek naar een mooi model dat past in je inrichting.

3. Indirecte verlichting

Als het gaat om sfeer, scoort indirecte verlichting hoog. Dat komt omdat het licht wordt weerkaatst, bijvoorbeeld op de muur, waardoor het zachter wordt. Het licht verspreid zich op een andere manier en is veel vriendelijker en knusser. Indirecte wandverlichting kan bijvoorbeeld bestaan uit inbouwspotjes. Deze spots zorgen voor zacht strijklicht op de wand en zijn zelf nauwelijks te zien. De verlichting moet het dus niet hebben van het uiterlijk, maar van het effect dat wordt bereikt wanneer de lamp brandt.

4. Kies voor LED

Wanneer je goed let op het aantal lumen en de lichttemperatuur, is er geen enkele reden waarom LED minder gezellig zou zijn dan andere verlichting. Bovendien zijn halogeen-lampen en gloeilampen verboden, dus heb je nog maar twee keuzes: spaarlampen of LEDs. Daarbij zijn LEDs de verstandigste keus, omdat ze veruit het zuinigst zijn. Bovendien hoeven ze niet eerst op te warmen, dus zijn ze ook veel praktischer. Een LED-lamp geeft tegenwoordig vrijwel hetzelfde licht als gloeilampen, dus qua gezelligheid of sfeer maakt het eigenlijk geen verschil.

5. Behoud je praktische verlichting

Ongeacht hoe gezellig je het vindt om knus te zitten met weinig verlichting: zorg dat je genoeg praktische verlichting overhoudt. Zo moet je in de keuken en in de badkamer goed kunnen zien wat je doet. Bedenkt dat praktisch en gezellig best samengaan! In de keuken kun je ook kiezen voor inbouwspotjes of een LED-strip, waardoor het licht direct op je werkvlak schijnt. Van een afstandje zie je alleen het indirecte licht, wat dus wel mooi en gezellig is.

Gezellige verlichting is in vrijwel elke ruimte te realiseren - zelfs in de kelder! Hou altijd in je achterhoofd dat het vooral de combinatie is van mooie armaturen, een warme lichttemperatuur en zacht indirect licht die zorgt dat het gezellig wordt in huis. Zorg ervoor dat je verlichting er niet alleen gezellig uitziet, maar ook praktisch is. En dat de verlichting ook gezelligheid in huis geeft als het licht niet aanstaat. Zo bereik je de perfecte combinatie van praktisch en gezellig!

Ook interessant