Energie

Bewoners enthousiasmeren over aardgasvrij wonen

Bewoners enthousiasmeren over aardgasvrij wonen
De aandacht voor de energietransitie doet de maatschappelijke belangstelling voor warmtenetten toenemen. Toch zijn bewoners niet altijd enthousiast over stadsverwarming. Hoe nemen organisaties in Nederland de zorgen weg?

Steeds meer steden zijn aan de slag om de gebouwde omgeving aardgasvrij en CO2-neutraal te maken. Daarbij wordt vaak gekeken naar de mogelijkheden om een lokaal of regionaal warmtenet aan te leggen, of uit te breiden. Een van de uitdagingen daarbij is om maatschappelijk draagvlak te creëren.

Opties open

Volgens Arie-Willem Bijl is de meerderheid draait de discussie vooral om het betaalbaar maken van de overgang naar aardgasvrij wonen. Bijl is adviseur bij Over Morgen, een Nederlands adviesbureau op het snijvlak van gebiedsontwikkeling en energietransitie. Daarnaast is hij warmteregisseur bij het Warmte Koude Programma van de Metropoolregio Amsterdam. Een van de speerpunten van het programma is om de maatschappelijke kosten zo laag mogelijk te houden.

Bijl pleit ervoor om op wijkniveau zo goed mogelijk te onderzoeken, onderbouwen en communiceren waarom een warmte-koudeopslag (WKO), all electric-systeem of juist stadswarmte de beste en meest betaalbare oplossing is. “Soms scoort een collectief systeem beter op haalbaarheid en betaalbaarheid, in andere situaties is all electric beter. We hebben daarom vaak beide opties nodig. Voor veel bestaande bouw is stadswarmte de juiste keuze.”

Financiële regeling

Ook Steven Kerstel, commercieel projectmanager voor de regio Amsterdam en Almere bij energiebedrijf Vattenfall, weet uit de praktijk dat een aantrekkelijke financiële regeling onmisbaar is voor de uitrol van een warmtenet. “Veel huiseigenaren gaan zelf met rekensommen aan de slag, en vaak is dan de conclusie dat de kosten voor de overstap naar stadswarmte lager zijn dan de investeringskosten voor bijvoorbeeld een warmtepomp en -boiler.” Deze uitkomst heeft volgens Kerstel vooral te maken met de kostbare isolatiemaatregelen die eigenaren van bestaande bouw moeten nemen om de woning geschikt te maken voor een warmtepomp, die doorgaans warmte op een lage temperatuur levert.

Ontzorgen als trend

Als het gaat om de maandelijkse kosten voor stadswarmte, is volgens Bijl het sleutelwoord transparantie. “Het is zaak om de consument duidelijk te maken dat de aanleg van stadswarmte om enorme investeringen vraagt. Je moet inzicht geven in je prijsstelling, bijvoorbeeld wat voor rendement je als energiebedrijf nodig hebt om een uitgebreid warmtenet aan te leggen. Warmtenetten zijn voor de bestaande bouw - en trouwens vaak ook voor nieuwbouw - het beste alternatief voor aardgas tegen de laagst maatschappelijke kosten. De opgave is nu om het voor de klant betaalbaar te krijgen en te houden."

Bijl denkt dat ontzorgen bij de overgang naar aardgasvrije warmte steeds belangrijker zal worden. “Denk bijvoorbeeld aan warmte as a service. Voor een helder en aantrekkelijk maandbedrag krijg je meer comfort, betrouwbare warmte en laat je een betere wereld achter.”

Tevreden gebruikers

Critici van stadsverwarming mogen dan met grote regelmaat nadrukkelijk van zich laten horen, recente cijfers geven aan dat stadsverwarming bij de gemiddelde Nederlander positief in beeld staat. Zo blijkt uit onderzoek van Direct Research dat consumenten in hun huis liever stadsverwarming willen dan een gasgestookte cv-ketel. Ruim een derde van de respondenten (35,9 procent) zou voor een aansluiting op een warmtenet kiezen als alternatief voor aardgas. Hiermee is stadsverwarming aanzienlijk populairder dan de warmtepomp (die de voorkeur heeft van 14,8 procent) en groen gas (de favoriet van 9,4 procent).

Kerstel heeft wel een verklaring voor de positieve trends. “Als mensen gebruikmaken van onze stadswarmte zijn ze doorgaans heel tevreden, met name over de betrouwbaarheid van de levering en over service. De scepsis over de afwezige keuzevrijheid verdwijnt dan vanzelf naar de achtergrond.”

Ook interessant