Nieuwbouw

Aannemers vermijden steden met lage emissiezones

Aannemers vermijden steden met lage emissiezones
Uit een enquête van de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) bij haar leden blijkt dat aannemers werken in een lage emissiezone (LEZ ) vermijden. Zelfs als zij daardoor omzet mislopen. Zo geeft 23 % van de respondenten aan een LEZ te vermijden. Hoe verder aannemers van de LEZ-steden gevestigd zijn, hoe vaker ze die vermijden. Ongeveer 1/3 van de respondenten die op meer dan 15 km van een LEZ woont vermijdt actief de lage emissiezone. Van de aannemers die op minder dan 15 km van een LEZ gevestigd zijn is 94 % wel bereid in een LEZ te werken. Daaruit blijkt dat aannemers gevestigd in de buurt van een LEZ, niet zomaar de LEZ naast zich kunnen neerleggen.

Waarom werken aannemers liever niet in een LEZ-stad?

Heel wat aannemers beschikken nog niet over voertuigen die toegelaten zijn in de LEZ. De vernieuwing van gespecialiseerd materieel dat technisch nog in goede staat is, houdt immers een groot kostenplaatje in voor aannemers. Niet elke aannemer kan deze investering onmiddellijk doorvoeren. Bovendien zegt 55 % ook extra administratieve kosten te hebben door de LEZ: aanvragen dagpas, complexere planning van voertuigen, verschillende regels voor LEZ in de verschillende steden, informeren van de bestuurders, voertuiginformatie opzoeken enz.

Daarnaast veroorzaken werken in steden voor bijkomende problemen zoals files, beperkte parkeerplaatsen en complexe circulatieplannen.

Vooral aannemers technische installaties hebben bijkomende hinder door de LEZ. Deze aannemers moeten vaak een LEZ in voor bijvoorbeeld het onderhoud van ketels. 29% zegt echter niet meer bereid te zijn een LEZ in te rijden.

Overheid informeert onvoldoende

20 % zegt al een boete te hebben ontvangen voor het betreden van een LEZ. Dat toont aan dat de overheden onvoldoende geïnformeerd hebben over de LEZ: vanaf wanneer treedt de LEZ in werking op welk grondgebied, waaraan moeten voertuigen voldoen, mogen kraanwagens en ander gespecialiseerd materieel zomaar een LEZ binnenrijden,… Een goede informatiecampagne en overgangsperiode dringt zich dan ook op bij het lanceren en bij het verstrengen van een LEZ.

Bovendien roept de Vlaamse Confederatie Bouw op tot een uniforme regelgeving, terwijl nu de modaliteiten verschillen tussen de steden die een LEZ invoeren. Marc Dillen, directeur-generaal van de VCB: “vandaag is er geen uniformiteit tussen de verschillende lage emissiezones. In Antwerpen kun je bijv. een dagpas kopen, maar in Gent is het minimum één week. Dat maakt het voor onze aannemers des te ingewikkelder en vergroot de administratieve last. Een uniforme regelgeving tussen de verschillende lage emissiezones lijkt ons een goed begin.”

Aannemers investeren in groener wagenpark

Verschillende aannemers geven aan dat ze verplicht worden te investeren in een (deel) van hun wagenpark. Dat resulteert in hoge kosten. De Vlaamse Confederatie Bouw vindt het belangrijk dat deze investeringen op een economisch rendabele manier kunnen gebeuren.

Ook interessant