Tuin

Nuttige tips voor de keuze en plaatsing van een houten poort

Nuttige tips voor de keuze en plaatsing van een houten poort
© Lenaerts
De lente geldt traditioneel als het seizoen bij uitstek om in de tuin aan de slag te gaan, maar enige nuance is op zijn plaats. Voor de plaatsing van een houten poort bijvoorbeeld gelden er geen seizoenen. Uit de vele honderden vragen die Belgian Woodforum jaarlijks beantwoordt, blijkt dat houten poorten een echt najaars- en zelfs winterthema is. Daarom bundelde het houtinformatiecentrum de meest gestelde vragen over houten poorten:

1. Hoe weet ik of een houtsoort geschikt is voor een poort?

Door blootstelling aan weer en wind, vocht en extreme temperatuurverschillen krijgt een poort het hard te verduren. Hout leent zich uitstekend voor deze buitentoepassing op voorwaarde dat je kiest voor een houtsoort met de juiste eigenschappen inzake duurzaamheid.

Voor het bovengrondse gedeelte van een poort en voor houten steunpalen zonder rechtstreeks grondcontact adviseert Belgian Woodforum houtsoorten van duurzaamheidsklasse I, II of III.

Voor houten steunpalen die rechtstreeks in de grond zitten en waarvoor het risico op aantasting door schimmels bestaat, raadt het houtinformatiecentrum aan om houtsoorten van duurzaamzaamheidsklasse I zoals azobé, angelim vermelho, okan, bilinga, tatajuba, robinia en cupiuba of vakkundig volgens procédé A 4.1 (buitentoepassing met grondcontact) verduurzaamde naaldhoutsoorten te gebruiken.

Op basis van hun natuurlijke duurzaamheid worden houtsoorten onderverdeeld in 5 duurzaamheidsklassen, van I tot V. Klasse I staat voor zeer duurzame houtsoorten, klasse V voor niet duurzaam hout.

Houten poort
© Lenaerts

2. Welke houtsoorten komen in aanmerking?

Tientallen ruim voorradige houtsoorten met elk een unieke combinatie van houttekening en kleur en al dan niet beschikbaar met FSC- en/of PEFC-ecolabel beantwoorden aan de hoge kwaliteitseisen voor een poort.

Liefhebbers van hardhout hebben keuze uit van nature voldoende duurzame houtsoorten zoals Afrikaans padoek, afrormosia, afzelia, arura vermelho, basralocus, bossé clair, bubinga, cumaru, faveira amargosa, gonçalo alves, iroko, ipé, itauba, jatoba, louro gamela, louro preto, makoré, massaranduba, merbau, moabi, niové, sapelli, sipo, tatajuba, tola, etc.

Verder zijn ook western red cedar en Europees eikenhout van nature voldoende duurzaam om in aanmerking te komen voor poorttoepassingen.

Geef je de voorkeur aan naaldhoutsoorten, dan is een voorafgaandelijke vakkundige verduurzaming noodzakelijk. Door zachte(re) naaldhoutsoorten met een lage natuurlijke duurzaamheid zoals grenen, vuren, lorkenhout of oregon te verduurzamen, verhoogt de duurzaamheid van het hout. Om hout vakkundig te verduurzamen komen chemische verduurzaming volgens procedé A3, de thermische behandeling (hittebehandelen) en de acetylering in aanmerking. Thermisch behandelen en acetyleren zijn twee milieuvriendelijke verduurzamingstechnieken.

Nog 2 extra tips:
  • Kies je voor Afrikaans padoek, gebruik dan hout dat vakkundig gedroogd is tot een houtvochtgehalte van 18 à 20% .
  • Valt de keuze op ipé, ga dan voor rechtdradig ipé waarbij de houtvaten zichtbaar recht lopen in de lengterichting. Rechtdradig ipé blijft in zeer vochtige omstandigheden vele tientallen jaren in prima conditie.

3. Waarop moet ik letten bij de plaatsing?

Gebruik steeds roestvrijstalen schroeven en beslag. Ijzeren, stalen of verzinkte schroeven en beslag corroderen en veroorzaken moeilijk te verwijderen verkleuringen in het hout. De meeste hardhoutsoorten vragen om voorgeboorde schroefgaten.

Houten poort
© V.E.H

4. Zijn er andere mogelijkheden dan het hout te laten vergrijzen?

Door blootstelling aan zonlicht en regen treedt er na verloop van tijd een natuurlijke, gelijkmatige vergrijzing van het hout op. Die vergrijzing heeft geen enkele invloed op de kwaliteit, de eigenschappen en de levensduur van de houtsoort.

Wanneer je de natuurlijke kleur van de houtsoort wil behouden, moet je de vergrijzing een stap voor zijn. Dat kan door het hout volgens de regels van de kunst af te werken met olie die de uv-straling tegenhoudt en afgestemd is op de originele kleur van de houtsoort.

De eerste keer breng je best méér dan één laag olie aan. Respecteer de droogtijd en breng een volgende laag pas aan wanneer de vorige volledig droog én hard is. Om de houtstructuur zichtbaar te houden, werk je af met beits.

Je kan het hout ook afwerken met een dekkende kleurlaag. Ben je de kleur na enkele jaren beu, dan haal je de oude verflaag eraf en breng je een nieuwe kleurlaag aan.

5. Hoe zit het met het onderhoud?

Vergrijsd hout vraagt geen onderhoud. Kan je het niet laten om de hogedrukreiniger boven te halen, ga dan behoedzaam te werk en gebruik een zachte waterstraal. Een krachtige waterstraal dicht op het hout beschadigt namelijk het houtoppervlak.

Ook interessant