Vastgoed

Fiscale aftrek lening voor woning wordt te duur

Het Institutioneel akkoord voor de zesde staatshervorming voorziet in de regionalisering van de fiscale aftrek van een hypothecaire lening voor de eigen woning –de zogenaamde woonbonus. De overheveling van deze bevoegdheid biedt volgens de Vlaamse Woonraad een unieke kans om een coherent Vlaams woonbeleid te ontwikkelen.
In zijn advies over de regionalisering van de woonbonus plaatst de Vlaamse Woonraad, de adviesraad voor het Vlaamse woonbeleid, kritische kanttekeningen bij de huidige woonbonus. Zo heeft de woonbonus, vooral bij bestaande woningen, een prijsopdrijvend effect op de woningprijzen. Hierdoor wordt het financiële voordeel voor kopers in belangrijke mate teniet gedaan. Ook is de woonbonus niet gericht op wie de financiële steun echt nodig heeft om eigenaar te kunnen worden en genieten de hogere inkomens een groter voordeel dan de lagere. Voor huurders –die vaker te kampen hebben met betaalbaarheidsproblemen van wonen dan eigenaars- bestaat geen gelijksoortige ondersteuning.

De Vlaamse Woonraad wijst tevens op de te verwachten budgettaire ontsporing bij ongewijzigd beleid. De uitgaven voor de woonbonus zullen in Vlaanderen stijgen van 1,2 miljard euro in 2010 tot naar schatting 2,9 miljard euro in 2024. Dan bereiken de uitgaven voor de woonbonus immers hun kruissnelheid. Deze middelen kunnen volgens de Vlaamse Woonraad anders en beter worden besteed.

De Vlaamse Woonraad stelt voor om de woonbonus fundamenteel te herdenken en deze te heroriënteren in een periode van 10 à 15 jaar. Zowel voor nieuwe contracten als voor bestaande hypothecaire leningen pleit de Raad voor een stapsgewijze afbouw. Voor gezinnen met een laag inkomen en recente contracten worden overgangsmaatregelen voorgesteld. Een dergelijke geleidelijke aanpak is van belang voor de consument en voorkomt economische schokeffecten op de woningmarkt.

Alternatieven voorzien
De Vlaamse Woonraad wil de middelen die vrijkomen door de geleidelijke afbouw en heroriëntatie van de woonbonus benutten voor beleidsinstrumenten die meer gericht zijn op de doelstellingen van het Vlaamse woonbeleid, in essentie het verzekeren van het grondwettelijk recht op goed en betaalbaar wonen. Een bijkomend voordeel is dat dergelijk beleid nieuwe zuurstof geeft aan de woningmarkt en de daarbij betrokken economische sectoren.

De Raad stelt een meer selectieve vorm van eigendomsondersteuning voor. Dit moet ten goede komen aan kandidaat-kopers die niet op eigen kracht een woning kunnen verwerven. De Raad denkt hierbij onder meer aan een aanpassing en verruiming van de Vlaamse Woonlening voor gezinnen met een laag of bescheiden inkomen.

Ook op de private huurmarkt zijn bijkomende inspanningen noodzakelijk om kwaliteitsvol en betaalbaar wonen mogelijk te maken. De Raad pleit voor een huursubsidie voor huurders met een laag inkomen. Om een voldoende aanbod aan private huurwoningen te verzekeren, dient private verhuring aantrekkelijker te worden gemaakt via fiscale voordelen en renovatiepremies voor verhuurders die goede en betaalbare woningen verhuren, in het bijzonder aan zwakkere groepen.

Daarnaast pleit de Vlaamse Woonraad voor een substantiële uitbreiding van het aantal sociale huurwoningen en een grondige renovatie van het bestaande sociale woningbestand.

Tot slot is er nood aan een globaal plan voor de verbetering van de woonkwaliteit en energiezuinigheid. Vlaanderen hinkt wat dat betreft immers achterop in vergelijking met andere Europese regio’s en lidstaten.

Het benodigde budget voor dit geheel aan maatregelen (ongeveer 1,1 miljard euro) ligt lager dan de kostprijs van de woonbonus. Bovendien hebben veel van deze maatregelen -vooral deze gekoppeld aan de bouw en renovatie van woningen- een gunstige impact op de tewerkstelling en genereren ze aanzienlijke terugverdieneffecten. Deze bijkomende effecten dienen mee in rekening te worden gebracht.

Politiek beslist
Het advies van de Vlaamse Woonraad is niet bindend. Het Vlaams Parlement en de Vlaamse Regering zullen moeten beslissen of en hoe ze de woonbonus in de toekomst zullen bijsturen. De Vlaamse Woonraad vraagt een grondig en sereen debat, gebaseerd op feiten en argumenten uit wetenschap en werkveld. Een definitieve beslissing over de toekomst van de woonbonus zal wellicht pas na de verkiezingen van 2014 worden genomen.

Ook interessant